België
10.06.2020 - Dwars door Wallonië (B)
10.06.2020 - Dwars door Wallonië (B)
10.06.2020 - Dwars door Wallonië (B)
13.04.2018 - Probeerweekend Lembeke
Na een eerdere aanvaring met onze afsluiting thuis (kon je lezen op de pagina “over ons”) rijden we op vrijdag 13/04/18 naar Lembeke - camping Malpertuus - op amper 20 km van thuis, kwestie van alles eens uit te proberen.  Een camping waar een buurman een residentiele caravan bezit. Buiten een koude douche (boiler niet echt geschikt voor een lange douche, zeker niet op ECO-stand) werkt alles prima.  Of toch niet, de schotelantenne werkt niet. 
Bleek later dat ze verkeerd was aangesloten door een werknemer van Dicar Geel. De antenne was rechtstreeks aangesloten op het zonnepaneel in plaats van aan het 12V circuit. Bij levering werkte de antenne gezien er veel zon was en het zonnepaneel zijn volledige vermogen afgaf. Uiteraard, wanneer er weinig zon was, was er geen vermogen genoeg om de antenne te doen werken. Doch niet getreurd. Wij hebben steeds een harde schijf met talloze films mee op onze vakanties.
Lembeke is een zeer mooie locatie voor wandelaars. De “Lembeekse bossen” zijn nationaal bekend.
Uiteraard hebben we de bossen verkend. Het was wel nodig om stevige wandelschoenen te dragen, aangezien het de voorbije weken goed geregend heeft.

In de namiddag werd Dirk ‘opgeëist’ door Rik (onze buurman) om een paar spelletjes petanque te spelen!
Na een zeer rustig weekend zonder verdere problemen met de toestellen van de motorhome, keerden we de volgende maandag terug huiswaarts.
Overzicht overnachtingen
Camping Malpertuus - Lembeke: 20,5€/nacht (elektriciteit 4€ inbegrepen). Alle voorzieningen voor motorhome. Leuke gezellige camping aan de rand van de bossen.
04.05.2018 - Eerste hulp bij kamperen - Pasar
Op vrijdag 04/05/18 vertrokken we vol goede moed voor een initiatieweekend voor beginnende kampeerders. Dit op Kompas Camping Nieuwpoort, en ingericht door Pasar.  We laadden de motorhome  zoals we op een 14 daagse reis zouden vertrekken. Met volle watertank en volle brandstoftank. Vooraleer we naar de camping rijden gaan we  toch eerst langs  bij een weegbrug. De openbare weegbrug in Aalter. Kostprijs 2€! Je raadt het nooit! Te zwaar geladen; 20 kg te veel! Volgende keer vertrekken met een 40-tal liter water i.p.v. een volle tank.  Dat scheelt ook weer 80 kg.  Hoe doe je het als je met 4 of 5 aan boord bent, fietsen en speelgoed in de garage en misschien een bak bier?
SONY DSC
Het weekend was hoe dan ook geslaagd.  Iedereen had een mooie plek, het was stralend weer.  De mensen van Pasar deelden met heel veel inzet en geduld hun kennis en ervaring.  Regelmatig werd voor eten en drinken, koffie en koekjes gezorgd.  Op tijd en stond werd er ook goed gelachen, al dan niet met een mop of een of andere stommiteit van de leden.
SONY DSC
Op zondagnamiddag wandelden we richting Nieuwpoort-bad. Aan de vismijn namen we de tram gezien het toch nog een eindje was tot op de dijk. Onder een stralende hemel liepen we langs de vele kraampjes! Het was braderie in Nieuwpoort. Vervolgens gingen we op de dijk uitwaaien.

Op 07/05/18 zat het weekend er op en  tuften we terug naar huis, met een lege vuilwatertank en een beetje vers water. Geen overgewicht meer!
Overzicht overnachtingen
Kompas Camping - Nieuwpoort: Wij kregen een speciale prijs voor een comfortplaats. Een standaard camperplaats 60 m² kost in het laagseizoen 19,5€/nacht (elektriciteit inbegrepen). Voor Pasarleden is er een korting van 4€. Alle voorzieningen voor motorhome aanwezig. Prachtige grote camping met verwarmde zwembaden. Rustig. Strand gemakkelijk bereikbaar per fiets.
SONY DSC
E-mail: info@dmcamperreizen.be

Copyright © DMCamperreizen 2018.
All right reserved.
2020 gaat de geschiedenis in als het jaar van de Covid-19 (Corona) crisis. Het jaar van de wereldwijde “lockdowns” en “essentiële verplaatsingen”. Het jaar dat we onze familie en vrienden niet konden ontmoeten of knuffelen. Het jaar van een ongeziene economische crisis. Winkels, bedrijven, horecazaken, scholen, … allen waren maanden gesloten. Sport, cultuur, ontspanning, reizen, … waren verboden. 2020 was eveneens het jaar dat we, na het afzwakken van de maatregelen, een week enkel in eigen land mochten reizen.

Gelukkig bleven wij, onze familie en vrienden, gespaard van het virus en kunnen we volop plannen.

Op 3 juni 2020 zitten we gespannen voor de televisie. Om 16u zullen we eindelijk te horen krijgen van de Veiligheidsraad wanneer we opnieuw mogen reizen.

Eindelijk ... het licht wordt op groen gezet. Vanaf 8 juni mogen we uitstappen van meerdere dagen doen. Weliswaar enkel in eigen land. Vanaf 15 juni gaan de Belgische grenzen opnieuw open en kunnen we reizen naar het buitenland. Doch enkel naar die Europese landen die hun grenzen ook open zetten voor ons, Belgen.

Maar niet getreurd. Onze eerste reis in 2020 zal in eigen land plaatsvinden.

Normaal reserveer ik nooit een plaatsje op een camping of camperplaats, om zo meer vrijheid te hebben tijdens het reizen (er is steeds wel een plaatsje vrij wanneer we dit ter plaatse vragen bij de diverse uitbaters).
Doch een uitzonderlijke toestand vereist een andere aanpak.
Om 17u heb ik reeds een eerste reservatie gemaakt voor een kampeerplaats op een camping. Dit op camping “Natuurlijk Limburg” in Remersdaal (Voerstreek). De uitbater was zéér enthousiast wanneer ik hem opbelde (ook voor de andere campings tijdens deze trip reserveerde ik).

We wachten nog twee dagen, en op 10 juni 2020 zijn we er eindelijk mee weg. We vertrekken voor onze eerste trip.

Van de Voer, langs de Ourthe tot de Semois. Drie rivieren die de rode draad vormen van deze trip.

Deel 1:  de Voerstreek - een stukje Vlaanderen in Wallonië

Rust. Groen. Genieten. Drie woorden die de Voerstreek perfect beschrijven. De Voerstreek groepeert zes kleine dorpjes (Moelingen, ‘s-Gravenvoeren (of Voeren), Sint-Martens-Voeren, Sint-Pieters-Voeren, Teuven en Remersdaal).
Een streek met adembenemende vergezichten. Het is een heuvelachtig landschap, met vele holle wegen, afgebakend met meidoornhagen. Een wandelparadijs, een onontdekte natuur die een ongelofelijke rust uitstraalt.
Onder een matig zonnetje bereiken we tegen de middag de camping in Remersdaal. De enige camping in de voerstreek (de overige campings, van waaruit je de streek kan bezoeken zijn, net over de landsgrens, in Nederland gelegen).

Het is een mooie, gezellige camping, met zeer ruime plaatsen en alle voorzieningen. Het sanitair blok is zéér proper en oogt nieuw. Er is een café/restaurant (gelukkig mocht de horeca reeds opnieuw opstarten) en een zwembad (dit was nog gesloten tot 1 juli).
Na de middag duiken we het bos in. Net naast de camping gelegen, is dit de ideale gelegenheid om een eerste indruk van de streek op te doen. Een goede bewegwijzering leidt ons vlotjes door dit natuurlijk bos. Er wordt bewust niet meer ingegrepen door de mens, en laat de natuur er zijn vrije loop.
Plots komen we langs een weggetje “in the middle of nowhere”, zowaar een ijsjesautomaat tegen. Een boerderij maakt er artisanaal ijs. Het is zeer lekker en een leuke afkoeler.
We klimmen nog een eindje. Ja heuvelachtig is het hier zeker, wat we de komende dagen zeker nog zullen ondervinden. Verderop langs de rand van het Veursbos, bereiken we het hoogste punt. We hebben er een prachtig panorama! In het dal is het gehucht Veurs gelegen. Een unieke afsluiter van onze eerste dag.

Het Veursbos behoort tot één van de hoogste punten in Vlaanderen. De Remersberg die ook in Voeren is gelegen, is het hoogste punt van Vlaanderen (287,5m). Wanneer je de Voerstreek niet meerekent dan is de Kemmelberg (156m) met hoogste punt van Vlaanderen.
Dag 2
Vandaag staat opnieuw een stevige wandeling op het programma, vertrekkende aan de camping. Eén nadeel. De camping ligt op een heuvel. Bij vertrek heb je steeds dalende wegen. Wat betekent, dat het bij terugkomst steeds in stijgende lijn gaat. Onder een stralende zon en een aangename 23 graden stappen we richting Remersdaal. Na het oversteken van de straat bevinden we ons onmiddellijk in een holle weg. Je waant je zowaar in een tunnel. De weg kronkelt door de velden tot in het dorp Remersdaal. Een paar huizen, een bushalte, een neogotische kerk, een hoeve en de resten van het kasteel ‘Het Hoes‘. Dit is de kern van het dorp.
Op één van de huizen staat nog de graffiti tekst “village wallon” geschreven. Een stille getuige van de aanhoudende botsingen, eind de jaren 70, tussen Vlaamse en Waalse activisten. Een taalconflict die in 1979 leidde tot een ware veldslag met de politie. Een conflict waarover verschillende regeringen gevallen waren. Een conflict dat in 1988 afgesloten werd met een pacificatieakkoord.
Door de open velden vatten we de terugweg aan. We sloten de wandeling af op het terras van de camping. Dit met een gekoeld abdijbiertje Val-Dieu en een appelsapje.
sdr
Dag 3
Met de camper rijden we naar ’s Gravenvoeren. We parkeren op een grote gemengde parking aan de rand van het dorp. Deze parking is ook een gratis camperplaats zonder voorzieningen. Volgens de app camperstop zijn er 20 plaatsen. Doch deze zijn niet afgebakend en er kunnen veel meer campers staan als de personenauto’s weg zijn.

We begeven ons naar het bezoekerscentrum. De startplaats van vele uitgestippelde wandelingen. In het bezoekerscentrum kan je een knooppunten wandelkaart van de streek kopen. Ik had de kaart al op voorhand besteld.
Wij starten er de “kapelletjeswandeling”. Een wandeling die we een stukje omleiden omdat de route door Nederland loopt en we die dag (12 juni) ons nog niet in Nederland mochten begeven!
Al na een paar honderd meter komen we de eerste kapel tegen. Naast de kapel staat een grote gietijzeren kraan die herinnert aan de tijd dat Voeren van een waterleiding werd voorzien. Door de holle weg klimmen we verder. Een pad leidt ons door het natuurreservaat Altenbroek. Door een weidehekje stappen we het weiland binnen.
Let op dat je je hond aan de leiband houdt wanneer je een weide betreedt. Dit om de schapen en het vee niet op te schrikken. Je wandelt hier letterlijk tussen de koeien!
Na een flink eind stappen komen we aan de Steenboskapel. Een kapel die gebouwd is met de resten van een Romeinse villa.
Ondertussen is de temperatuur nog opgelopen. We vervolgen het pad tussen de koren- en maïsvelden. Uiteraard bieden deze weinig beschutting tegen de zon. De laatste kapel die we tegenkomen is de witte kapel. Aan de splitsing slaan we rechts af. Een weggetje die ons terug in de dorpskern brengt.
Gelukkig zijn er een aantal terrassen. Wij laten ons neerploffen op een stoel van een groot terras, gelegen op de binnenhof van het Blanckthys Hotel. Een koude “La Chouffe” smaakt heerlijk na zo’n wandeling.

’s Avonds genieten we van een maaltijd in het restaurant van de camping. En dan kwam … de regen, en een stevig onweer.
Dag 4
Vandaag is het rustdag. Geen grote wandeling op de agenda. Het weer is opnieuw goed en we relaxen aan de motorhome. In de namiddag brengen we een bezoekje aan Garden Decor. Een zaak naast de camping gelegen.
Wanneer je er aan de overkant van de straat de omgeving bekijkt, dan zie aan de ene kant op 5km Nederland liggen. Kijk je rechts dan zie je, bij open weer, 30km verder Duitsland!
De eigenaar van de zaak (een Duitse tuinarchitect) toverde op 35 jaar tijd een grote weide om in een prachtige parktuin. Er is een grote verscheidenheid aan bomen en planten. Zilverberken staan sierlijk in een kring en bakenen een zen-zone af. Tussen de planten in de talrijke perken staan talrijke beelden en kunstwerken in brons, metaal en steen opgesteld. Je ziet er in alle formaten. Van een groot edelhert tot een aantal mieren in het gelid. Alle werken die tentoongesteld staan in de tuin zijn te koop.
In de tuin staan ook een aantal kooien geintegreerd met sierkippen, papegaaien en parkieten.
We konden niet aan de verleiding weerstaan en kochten een bronzen stokstaart en een aantal metalen klaprozen (vervaardigd uit het metaal van afgedankte auto’s).
Dag 5
Na een bewolkte voormiddag, breekt na middag de zon door. Opnieuw vertrekken we vanaf de camping voor een wandeling. Via een paar knooppunten stappen we naar Teuven. Een bescheiden dorp in een golvend landschap en omringd door uitgestrekte bossen. De gehele heenweg zal het bergaf zijn. We wandelen langs de vele weiden. De bonte “longhorn” koeien staarden ons na. Van ver zie je reeds de Sint-Pieterskerk, opvallend hoog boven de rest van het dorp uitsteekt.
Het dorp is rustig en oogt verlaten. We bestijgen de vele trappen naar de kerk, doch deze is, zoals de meeste kerken, gesloten wegens de coronamaatregelen.
Aan het dorpspleintje gaan we het binnenhof van café-restaurant “moeder de gans” binnen. De trekpleister van Teuven. Op het terras heerst een gezellige drukte (ha, dit verklaart waarom er zo weinig mensen in het dorp aanwezig waren). Dit biercafé met de vele soorten bier is gevestigd in een 18e eeuwe vierkantshoeve. Vele oude elementen van de hoeve zijn bewaard gebleven. Het hok van de “courhond” en zelfs het “huuske”, een oude wc, zijn bewaard gebleven. Direct achter de hoeve bevindt zich een nog altijd drinkbare bron, de centrale plek van het dorp. Nu nog komen de inwoners van Teuven hier heerlijk sprankelend bronwater drinken.
Ik verkoos toch een lekker biertje; een Gulpener oud bruin.
Zoals gezegd was de heenweg in dalende lijn, dus was het gehele terugweg stijgen. Af en toe was het puffen, de zon brandde constant op onze hoofden.
Alvorens naar de camper terug te gaan ploften we ons eerst nog eens neer op het terras van de camping en dit voor een verfrissing.
Dag 6
Vandaag maandag 15 juni is de dag dat de grenzen van België opnieuw opengaan. De één na de andere camper vertrekt op de camping. De ene rijdt huiswaarts, de meesten trekken richting Frankrijk en Nederland.
Na een eerste boodschappenronde sedert we thuis vertrokken, rijden we naar Sint-Pieters-Voeren. Onderweg kruisen we zowaar een kolonne Nederlandse motorhomes! Ze zijn gelukkig dat ze de Belgische grens opnieuw over mogen. Waarschijnlijk zullen ze zich zuidelijker verspreiden.
We parkeren onze motorhome op de parking rechtover de kerk. Met de knooppunten wandelkaart in de hand wandelen we richting Sint-Martens-Voeren.
Onmiddellijk na ons vertrek passeren we de Commanderie. Een kasteel dat toebehoorde aan een Duitse Ridderorde. In het park van het kasteel ligt de bron, die de vijvers en de rivier de Voer van water voorziet. In de vijvers wordt er o.a. forel en steur gekweekt. In het kasteel is ook een restaurant gevestigd, met als specialiteit de ter plaatse gekweekte forel. Doch het restaurant is, zoals de meeste horecazaken in de buurt, op maandag gesloten.
We wandelen verder door het bos en langs holle wegen. Net voor we Sint-Martens-Voeren bereiken wandelen we onder een imposant viaduct door. Het is een 23 m hoge spoorwegbrug die door de Duitsers tijdens de eerste wereldoorlog werd aangelegd.
Centraal in het landelijke dorpje staat de Sint-Martinus-kerk, oorspronkelijk uit de 13de eeuw. Links onder de toren bevindt zich het graf van pastoor Veltmans. Hij speelde een belangrijke rol in het behoud van het Nederlandstalige karakter van de Voerstreek.
We vervolgen onze weg terug richting Sint-Pieters-Voeren. ’s Avonds is het nog aangenaam warm en is het zalig buiten te zitten.
Dag 7
Vandaag het motto: “liever lui dan moe”. Gezellig niets doen, buiten zitten, eten, puzzelen, een boek lezen. Voor mij het moment om de foto’s van de eerste week van het fototoestel te kopieëren naar de laptop.

Deel 2: Idyllische plekjes langs Ourthe- en Semoisvallei
Dag 8
Tijd om de Voerstreek te verlaten. Onder een lichte bewolking ruimen we op en vertrekken richting Ourthevallei.
Het eerste plaatsje dat we aandoen is Tilff. Een mooi dorp aan de Ourthe. Via een weggetje langs het water wandelen we van onze parkeerplaats naar het centrum. Aan de kerk is een verkeersarm pleintje met gezellige terrasjes. Doch rustig is het er op dit ogenblik niet! In het gehele centrum zijn plein- en wegenwerken aan de gang. Op de hoek van het pleintje vinden we toch een rustig plaatsje op een terras.
Na de middag was het de bedoeling om het bijenmuseum te bezoeken. Het museum bevindt zich in de gerestaureerde schuur van het oude Kasteel van Brunsode, ook wel Kasteel van Tilff genoemd. In de druilende regen wachtten we geduldig tot het museum opende. Een maat voor niets. Gelukkig gaf een een verantwoordelijke van een andere vereniging ons meer uitleg. Ondanks de versoepeling van de coronamaatregelen (musea mochten open) bleef het museum gesloten. Nergens was dit aangeduid. Ook de website van de gemeente maakte hier geen melding van.
We reden dan maar verder naar Hotton. Onderweg begint het pijpestelen te regenen. Mijn humeur krijgt een dipje en in een bocht krijg ik, Dirk, ons reservatiebord op mijn hoofd. Dit lag bovenop het hefbed, doch niet vast genoeg.
De regen komt met bakken uit de lucht wanneer we de camping (Eau-zone) bereiken. Receptie en café, potdicht! Niemand aanwezig. Onder een paraplu, maar toch doorweekt, halen we (na een telefoontje) onze toegangsbadge en papieren uit een kluis en kunnen we een plaats uitzoeken op de camping. Deze is bijna leeg en we installeren ons in de gietende regen langs de oever van de Ourthe. Een standplaats voor de volgende vier nachten. Morgen of overmorgen zou er dan iemand langskomen om alles te regelen.
Dag 9
De hemel is opgeklaard. In de voormiddag kwam een verantwoordelijke van de camping langs en liet het weer toe om de camping te verkennen. De plaatsen zijn  zeer ruim, maar uit de kranen, die om de twee plaatsen geïnstaIleerd staan komt er geen water. Er is één centrale kraan waar we water kunnen nemen. De sanitaire blokjes zijn oud en gedateerd, doch zijn proper. De douches blijken later geen warm water te hebben. De gasflessen waren leeg volgens een verantwoordelijke van de camping. Deze camping maakt deel uit van een andere camping: Domaine Le Val de l'Aisne in Blier. Een eind verderop aan de Semois gelegen. We hebben de indruk dat camping eau zone een beetje verwaarloosd wordt door de uitbating. Zeker in het laagseizoen. Ook de faciliteiten zijn niet open. Het café, frituur, het onthaal: allen gesloten. Er dient ook bij gezegd worden dat buiten een 10 tal campers en caravans er enkel nog een paar vaste residenten aanwezig waren. In het weekend was er meer volk.

Na de administratieve taken maakten we gebruik van de rest van de voormiddag om Hotton te verkennen. Een aangenaam dorp met een zeer goede bakker, verscheidene cafés en restaurants. 
In de namiddag maken we een stevige wandeling, vertrekkende aan het water tot het dorpje Melreux en verder door het bos, om zo naar de camping terug te keren. Langs het water spotten we een reiger, op zoek naar iets lekkers in de snelstromende rivier. Af en toe moeten we enorme plassen ontwijken, een restant van de overvloedige regen van de laatste 24u. Tegen het einde van de wandeling gaat de weg zelfs door een beek. Een bruggetje zorgt er voor dat je als voetganger droge voeten behoudt.

In de vooravond maakte ik een bericht aan op onze facebook pagina. Hierin beschreef ik onze aankomst op camping Eau-zone. Ik kreeg onmiddellijk het antwoord van een volgster: “Wij staan hier ook”.
Een ontmoeting kon uiteraard niet uitblijven. Het verrassende was dat zij er stonden samen met twee andere motorhomes. Eén van die camperaars was een oud collega waar, zowel ik als Monique, jaren mee samengewerkt heb. Het was een hartelijk weerzien en een zeer gezellig onderonsje. Bedankt Sien! Bedankt Wilfried!
Dag 10
Met de camper naar La Roche-en-Ardenne. La Roche wordt ook wel de Parel van de Ardennen genoemd. Populair bij motorrijders en dagjesmensen. Daar is niet veel van te zien. We kunnen de motorhome zelfs parkeren op een nog niet half volle parking in het centrum van het stadje. De meeste parkeerders zijn klanten van de plaatselijke supermarkt. We slenteren rond in de binnenstad. Hier en daar zie je iemand op een terras. Het is duidelijk dat er geen buitenlandse toeristen. Tijd voor het middagmaal. Het restaurant hadden we ook voor ons alleen. De enige andere gasten waren een paar zwaluwen die hun nest in de overkapping van het terras hadden gemaakt. Het voordeel was dat we extra verwend werden door de restaurantuitbater. Vooral de forel was overheerlijk.

In de namiddag klimmen we over bolle kasseien naar het kasteel van La Roche. We pijnigen onze voeten door de vele openingen tussen de kasseien. De ingang is mooi verdeeld met dranghekkens en linten om de toekomende bezoekers te scheiden van diegenen die het kasteel verlaten. Vandaag was dit alleszins overbodig. Tijdens ons bezoek kwamen we exact vier andere bezoekers tegen. Hetgeen we aanschouwen zijn de ruïnes van een middeleeuwse kasteel, gebouwd tussen de 11de, 12de en 13ste eeuw. Het is een indrukwekkend bouwsel dat  nog benadrukt wordt door de ruwe opeenstapeling van leistenen. We wandelen door de donkere kamers. Vanop de kantelen van het kasteel heb je een prachtig zicht op de vallei die in een lus, gevormd door de Ourthe, ligt. 

’s Avonds krijgen we leuke buren op de camping. Eveneens benimar eigenaars. Na de aankondiging van onze trip op onze facebook pagina, waren ze op de idee gekomen om ook naar de camping in Hotton te komen. Toevallig kwamen ze naast ons staan.
Dag 11
Vandaag zaterdag is het markt in Hotton. Deze gaat om de veertien dagen door. Vandaag houden we het ook rustig en brengen in de voormiddag een bezoekje aan de markt. We kuieren langs de kramen, die in een lange rij op de weg naast de Ourthe staan. Het is éénrichtingsverkeer op de markt. Terugkeren doe je langs de andere zijde van de dranghekkens. Het is niet druk en de marktkramers doen hun uiterste best om nieuwsgierigen te lokken en zo hun waar te kunnen aanprijzen.

In de namiddag genieten we van het mooie weer op één van de terrassen langs de oevers van de rivier.

Dag 12
Het mooie en warme weer is nu echt doorgebroken en het is zondag. Na de middag rijden we naar het meer en de stuwdam van Nisramont. Een pad leidt naar en rond het meer. Een locatie die uitnodigt voor een mooie wandeling. Alle inwoners van de wijde omgeving hadden blijkbaar het zelfde idee. We maken toertje op en rond de grote parkings. Geen enkele vrije plaats! Tussen de parkings is ook een camperplaats met 10 plaatsen gelegen. Ook hier geen vrije plaats. Er stond welgeteld één motorhome. Alle andere plaatsen waren ingenomen door personenauto’s. Wanneer we de opmerking maakten dat ze motorhome plaatsen innamen, deden ze alsof hun neus bloedde.
Noodgedwongen zijn we verder gereden. Richting Achouffe. De brouwerij Achouffe was nog wel gesloten voor bezoek, maar rond de brouwerij zijn verscheidene leuke café’s met terras gelegen. Daar ter plaatse toegekomen, het zelfde scenario! Geen enkele vrije parkeerplaats. De parkings te klein voor een motorhome en alle andere parkeermogelijkheden eveneens ingenomen door de lokale bevolking.

We hebben dan maar de streek nog een beetje verkend, in de hoop nog een terrasje te kunnen doen. Vruchteloos. We zijn dan noodgedwongen terug gereden naar de camping.
Dag 13
Vroeg in de ochtend is het al aangenaam warm en is het tijd om verder te reizen. We rijden richting Semois.

In België is er geen mooiere vallei dan de Semoisvallei. De meest vrouwelijke van onze rivieren … zo wordt de rivier de Semois in gedichten omschreven. Zo zacht en lieflijk als ze vloeit door de Gaume, zo wild en rebels stroomt ze door de Ardennen. Het is de eerste keer dat we in dit deel van de Ardennen vertoeven. Het is een ware ontdekking. Langs de rivier zijn talrijke mooie dorpen gelegen. Het eerste dorp dat we aandoen is Chassepierre. Een liefelijk dorp in een meander van de Semois. Zeer vriendelijke bewoners en in augustus blijkt er het oudste straatkunstenfestival in Europa plaats te vinden. Doch nu in juni is het er veel rustiger. Aan de kerk ontdekken we een netwerk van prehistorische galerijen en tunnels. De zogenaamde “Le Trou des Fées”. Dit netwerk van galerijen werd ooit door mensen gegraven in een kalksteenrots. De tunnels lopen tot in de kelders van de pastorie.
Eén van de bezienswaardigheden in het dorp is een oude wasplaats die dateert uit de 2e helft van de 19e eeuw.
Een oude man uit het dorp vertelde ons graag een stukje van de geschiedenis. De wasplaats was ‘de’ ontmoetingsplaats voor de vrouwen uit het dorp. Hier werden de laatste nieuwigheden en weetjes uitgewisseld en kon er volop geroddeld worden. De was werd thuis eerst gekookt en nadien in de wasplaats gespoeld en verder uitgewassen. De man verklapte ons dat er zelfs een tweede wasplaats was in het dorp. Enthousiast wees hij ons de locatie aan.
We vervolgen onze weg naar de gemeentecamping ‘Halliru’ in Bouillon. Ook hier zullen we vier nachten verblijven. Vanop onze standplaats, die we zelf mochten uitzoeken, hadden we een zeer mooi zicht op de rivier.
Ook hier is het sanitair verouderd, maar proper. Het was wel een hele klim vooraleer je de blokken bereikte. Gelukkig hadden we hier wél warm water in de douches. En voor de jeton die 1,5€ kostte had je zeer lang warm water. Een minpunt is dat er geen lozingspunt is voor grijs water. Maar niet getreurd. Om de twee dagen leegde ik de tank met een emmer, die ik onder de uitlaat van de tank plaatste.
Dag 14
Onmiddellijk aan de camping vertrekt een wandelpad langs de oever van de Semois. Dit in beide richtingen. Het “Ladmirantpad”. Dit pad maakt deel uit van de GR-route die over de camping loopt.
Wij nemen het pad richting Bouillon. Ondanks de ochtend is het al zomers warm. Gelukkig is er de gehele wandeling langs de Semois schaduw van de bomen die de rivier flankeren. Na een half uurtje bereiken we de stad. Hoog boven de stad, op een rots,  torent het ‘kasteel van Bouillon’. De plaats was goed gekozen want er was een natuurlijke watervoorraad. Het kasteel is één van de oudste overblijf selen van ons land en uiteraard bekend door zijn belangrijkste bewoner: de legendarische Godfried van Bouillon. We doen de klim voor een bezoek.
Bij de ingang krijgen we een plattegrond. Als u deze volgt, dan komt u langs alle delen van het kasteel. Doch door de coronamaatregelen is er een verplicht parcours aangeduid. Ook het dragen van een mondmasker is er verplicht. Doordat er weinig bezoekers zijn lukt het om het masker op de meeste plaatsen af te laten, gezien we geen contact hadden met anderen. Het parcours leidt door donkere gangen, langs de vele robuuste kamers. Het is er koud en vochtig. Moet niet aangenaam geweest zijn er te wonen! Op de grote binnenplaats kan je normaal genieten van een roofvogelshow met grote valken, maar door de maatregelen gaat die niet door en zijn de vogels ook niet aanwezig. Vanuit het kasteel heb je wel een schitterend uitzicht op de stad, de Semois en de vallei.

Na ons bezoek genieten we eerst nog van een verfrissing op het terras van het, naast het kasteel gelegen, restaurant. Daarna dalen we af naar de binnenstad.

Bouillon zelf is niet groot, maar wel mooi, onderhouden en gezellig. Het is aangenaam vertoeven aan de kade. Je vindt er leuke restaurantjes, terrasjes en een souvenirwinkel! De eerste die we tegenkomen op onze trip. De postkaarten zijn recent (ze dateren niet uit de jaren 80, zoals we in voorgaande tegenkwamen. In Hotton kregen we ze zelfs gratis in het bureau van toerisme).

’s Avonds verdwijnt de zon al vlug uit de vallei en kunnen we een koele nacht tegemoet gaan.
Dag 15
Na een rustige voormiddag aan het water, besluiten we het wandelpad in de andere richting te bewandelen. Gelukkig hadden we stevige wandelschoenen aan. Het pad is ruw, loopt over rotsen en verder rakelings langs het water. Monique geeft het op en zoekt een zitplaatsje aan het water om te rusten. Ikzelf ga nog een eindje verder. Op de terugweg waag ik de klim naar de top van de “Rocher du Pendu”, de rots van de gehangene. Er staat een bordje met de vermelding 100m. Ik vermoed dat dit bordje verwijst naar de voet van de rots. Het was nog een helse klim, die steil naar de top ging. Doch éénmaal boven krijg je de voldoening. Je hebt er een prachtig panoramisch zicht over de vallei van de Semois.

Er is een legende over deze rots: Er wordt verteld dat een boer van het dorp Corbion, die zijn vee op de markt van Bouillon verkocht had, al het verdiende geld opgedronken had. Omdat hij dit niet aan zijn vrouw durfde vertellen, hing hij zich op aan de rots, op de terugweg naar huis.
Dag 16
Vandaag bereikt de temperatuur de 30°C. Wij doen het rustig aan. In de namiddag wandelen we nog eens naar het centrum van Bouillon. Dit om op een terras te genieten van een ijscoupe. Net zoals in La Roche, hebben we het gezelschap van een nest zwaluwen (eveneens gebouwd in de rand van de luifel). De drie jongen zaten met open bek geduldig te wachten tot één van de ouders met voedsel kwam aangevlogen.
Heerlijk zo’n luie dag. Tevens onze laatste in Bouillon. Morgen rijden we verder.
Dag 17
De eindbestemming van deze reis ‘dwars door Wallonië’ is Rochehaut. Eén van de parels langs de Semois.
We komen toe aan de camperplaats ‘Le Palis’. De enige locatie waar we niet reserveerden. Wat blijkt: volzet! Alle plaatsen zijn ingenomen of gereserveerd. Gelukkig is de zeer vriendelijke en behulpzame uitbater van het camperpark ter plaatse. Aangezien het maar voor één nacht is, krijgen we een reserveplaats toegewezen. Een plaats waar hij normaal aanhangwagens van campers plaatst. Doch er is niets mis mee met die plaats. Zoals de andere plaatsen staan we op stenen en hebben we een stuk groen naast de motorhome. We hebben ook stroom.

In de voormiddag bezoeken we nog de brouwerij, waar we het plaatselijke bier ‘Rochehaut’ in verschillende smaken aankopen. Er is ook een agri museum en dierenpark gelegen. Dit bezoeken we niet.

’s Middags wandelen we naar het zeer gezellige centrum, wat op 200m van de camperplaats gelegen is. We kiezen een plaatje op het terras van een restaurant. Aan restaurants geen gebrek hier in Rochehaut. De uitbaters van de restaurants waren blijkbaar verrast door de vele aanwezige toeristen. De eerste maal tijdens onze reis dat we veel volk samen zien.

Na een heerlijk menu wandelen we naar het “point de vue”. Zoals zijn naam verraadt ligt Rochehaut vrij hoog gelegen en heeft een speciale ligging. Het geeft het dorp uitzicht over één van de mooiste panorama's van het land. In de vallei omgeeft een lus van de Semois het dorpje Frahan. Een prachtig zicht met de kapel, huizen met leistenen daken en oude brug over de rivier.

Terug op de camperplaats is het plots gedaan met het mooie weer. De bewolking en de wind nemen fors toe. Het begint te regenen, hard te regenen, donder en bliksem.
Dag 18
Het is koud en nat en … we rijden huiswaarts. De eerste reis van 2020 zit er op.

Algemene indruk

We hadden een rustige vakantie, alhoewel we vele kilometers gestapt en gewandeld hebben.  Mooie streken en plaatsen ontdekt in eigen land. We ontmoetten zeer vriendelijke mensen en hebben zeer lekker kunnen eten.
Toch was het speciaal, onnatuurlijk. Geen buitenlandse toeristen, veel plaats op campings, weinig volk op de toeristische trekpleisters. Waar het druk was, waren enkel lokale bewoners. De coronamaatregelen alom aanwezig. De horeca en winkels die voorzichtig weer opstartten. Een trend voor de gehele zomer!
Ondanks dit alles waren er geen belemmeringen om te genieten.
2020 gaat de geschiedenis in als het jaar van de Covid-19 (Corona) crisis. Het jaar van de wereldwijde “lockdowns” en “essentiële verplaatsingen”. Het jaar dat we onze familie en vrienden niet konden ontmoeten of knuffelen. Het jaar van een ongeziene economische crisis. Winkels, bedrijven, horecazaken, scholen, … allen waren maanden gesloten. Sport, cultuur, ontspanning, reizen, … waren verboden. 2020 was eveneens het jaar dat we, na het afzwakken van de maatregelen, een week enkel in eigen land mochten reizen.

Gelukkig bleven wij, onze familie en vrienden, gespaard van het virus en kunnen we volop plannen.

Op 3 juni 2020 zitten we gespannen voor de televisie. Om 16u zullen we eindelijk te horen krijgen van de Veiligheidsraad wanneer we opnieuw mogen reizen.

Eindelijk ... het licht wordt op groen gezet. Vanaf 8 juni mogen we uitstappen van meerdere dagen doen. Weliswaar enkel in eigen land. Vanaf 15 juni gaan de Belgische grenzen opnieuw open en kunnen we reizen naar het buitenland. Doch enkel naar die Europese landen die hun grenzen ook open zetten voor ons, Belgen.

Maar niet getreurd. Onze eerste reis in 2020 zal in eigen land plaatsvinden.

Normaal reserveer ik nooit een plaatsje op een camping of camperplaats, om zo meer vrijheid te hebben tijdens het reizen (er is steeds wel een plaatsje vrij wanneer we dit ter plaatse vragen bij de diverse uitbaters).
Doch een uitzonderlijke toestand vereist een andere aanpak.
Om 17u heb ik reeds een eerste reservatie gemaakt voor een kampeerplaats op een camping. Dit op camping “Natuurlijk Limburg” in Remersdaal (Voerstreek). De uitbater was zéér enthousiast wanneer ik hem opbelde (ook voor de andere campings tijdens deze trip reserveerde ik).

We wachten nog twee dagen, en op 10 juni 2020 zijn we er eindelijk mee weg. We vertrekken voor onze eerste trip.

Van de Voer, langs de Ourthe tot de Semois. Drie rivieren die de rode draad vormen van deze trip.

Deel 1:  de Voerstreek - een stukje Vlaanderen in Wallonië

Rust. Groen. Genieten. Drie woorden die de Voerstreek perfect beschrijven. De Voerstreek groepeert zes kleine dorpjes (Moelingen, ‘s-Gravenvoeren (of Voeren), Sint-Martens-Voeren, Sint-Pieters-Voeren, Teuven en Remersdaal).
Een streek met adembenemende vergezichten. Het is een heuvelachtig landschap, met vele holle wegen, afgebakend met meidoornhagen. Een wandelparadijs, een onontdekte natuur die een ongelofelijke rust uitstraalt.
Onder een matig zonnetje bereiken we tegen de middag de camping in Remersdaal. De enige camping in de voerstreek (de overige campings, van waaruit je de streek kan bezoeken zijn, net over de landsgrens, in Nederland gelegen).

Het is een mooie, gezellige camping, met zeer ruime plaatsen en alle voorzieningen. Het sanitair blok is zéér proper en oogt nieuw. Er is een café/restaurant (gelukkig mocht de horeca reeds opnieuw opstarten) en een zwembad (dit was nog gesloten tot 1 juli).
Na de middag duiken we het bos in. Net naast de camping gelegen, is dit de ideale gelegenheid om een eerste indruk van de streek op te doen. Een goede bewegwijzering leidt ons vlotjes door dit natuurlijk bos. Er wordt bewust niet meer ingegrepen door de mens, en laat de natuur er zijn vrije loop.
Plots komen we langs een weggetje “in the middle of nowhere”, zowaar een ijsjesautomaat tegen. Een boerderij maakt er artisanaal ijs. Het is zeer lekker en een leuke afkoeler.
We klimmen nog een eindje. Ja heuvelachtig is het hier zeker, wat we de komende dagen zeker nog zullen ondervinden. Verderop langs de rand van het Veursbos, bereiken we het hoogste punt. We hebben er een prachtig panorama! In het dal is het gehucht Veurs gelegen. Een unieke afsluiter van onze eerste dag.

Het Veursbos behoort tot één van de hoogste punten in Vlaanderen. De Remersberg die ook in Voeren is gelegen, is het hoogste punt van Vlaanderen (287,5m). Wanneer je de Voerstreek niet meerekent dan is de Kemmelberg (156m) met hoogste punt van Vlaanderen.
Dag 2
Vandaag staat opnieuw een stevige wandeling op het programma, vertrekkende aan de camping. Eén nadeel. De camping ligt op een heuvel. Bij vertrek heb je steeds dalende wegen. Wat betekent, dat het bij terugkomst steeds in stijgende lijn gaat. Onder een stralende zon en een aangename 23 graden stappen we richting Remersdaal. Na het oversteken van de straat bevinden we ons onmiddellijk in een holle weg. Je waant je zowaar in een tunnel. De weg kronkelt door de velden tot in het dorp Remersdaal. Een paar huizen, een bushalte, een neogotische kerk, een hoeve en de resten van het kasteel ‘Het Hoes‘. Dit is de kern van het dorp.
Op één van de huizen staat nog de graffiti tekst “village wallon” geschreven. Een stille getuige van de aanhoudende botsingen, eind de jaren 70, tussen Vlaamse en Waalse activisten. Een taalconflict die in 1979 leidde tot een ware veldslag met de politie. Een conflict waarover verschillende regeringen gevallen waren. Een conflict dat in 1988 afgesloten werd met een pacificatieakkoord.
Door de open velden vatten we de terugweg aan. We sloten de wandeling af op het terras van de camping. Dit met een gekoeld abdijbiertje Val-Dieu en een appelsapje.
sdr
Dag 3
Met de camper rijden we naar ’s Gravenvoeren. We parkeren op een grote gemengde parking aan de rand van het dorp. Deze parking is ook een gratis camperplaats zonder voorzieningen. Volgens de app camperstop zijn er 20 plaatsen. Doch deze zijn niet afgebakend en er kunnen veel meer campers staan als de personenauto’s weg zijn.

We begeven ons naar het bezoekerscentrum. De startplaats van vele uitgestippelde wandelingen. In het bezoekerscentrum kan je een knooppunten wandelkaart van de streek kopen. Ik had de kaart al op voorhand besteld.
Wij starten er de “kapelletjeswandeling”. Een wandeling die we een stukje omleiden omdat de route door Nederland loopt en we die dag (12 juni) ons nog niet in Nederland mochten begeven!
Al na een paar honderd meter komen we de eerste kapel tegen. Naast de kapel staat een grote gietijzeren kraan die herinnert aan de tijd dat Voeren van een waterleiding werd voorzien. Door de holle weg klimmen we verder. Een pad leidt ons door het natuurreservaat Altenbroek. Door een weidehekje stappen we het weiland binnen.
Let op dat je je hond aan de leiband houdt wanneer je een weide betreedt. Dit om de schapen en het vee niet op te schrikken. Je wandelt hier letterlijk tussen de koeien!
Na een flink eind stappen komen we aan de Steenboskapel. Een kapel die gebouwd is met de resten van een Romeinse villa.
Ondertussen is de temperatuur nog opgelopen. We vervolgen het pad tussen de koren- en maïsvelden. Uiteraard bieden deze weinig beschutting tegen de zon. De laatste kapel die we tegenkomen is de witte kapel. Aan de splitsing slaan we rechts af. Een weggetje die ons terug in de dorpskern brengt.
Gelukkig zijn er een aantal terrassen. Wij laten ons neerploffen op een stoel van een groot terras, gelegen op de binnenhof van het Blanckthys Hotel. Een koude “La Chouffe” smaakt heerlijk na zo’n wandeling.

’s Avonds genieten we van een maaltijd in het restaurant van de camping. En dan kwam … de regen, en een stevig onweer.
Dag 4
Vandaag is het rustdag. Geen grote wandeling op de agenda. Het weer is opnieuw goed en we relaxen aan de motorhome. In de namiddag brengen we een bezoekje aan Garden Decor. Een zaak naast de camping gelegen.
Wanneer je er aan de overkant van de straat de omgeving bekijkt, dan zie aan de ene kant op 5km Nederland liggen. Kijk je rechts dan zie je, bij open weer, 30km verder Duitsland!
De eigenaar van de zaak (een Duitse tuinarchitect) toverde op 35 jaar tijd een grote weide om in een prachtige parktuin. Er is een grote verscheidenheid aan bomen en planten. Zilverberken staan sierlijk in een kring en bakenen een zen-zone af. Tussen de planten in de talrijke perken staan talrijke beelden en kunstwerken in brons, metaal en steen opgesteld. Je ziet er in alle formaten. Van een groot edelhert tot een aantal mieren in het gelid. Alle werken die tentoongesteld staan in de tuin zijn te koop.
In de tuin staan ook een aantal kooien geintegreerd met sierkippen, papegaaien en parkieten.
We konden niet aan de verleiding weerstaan en kochten een bronzen stokstaart en een aantal metalen klaprozen (vervaardigd uit het metaal van afgedankte auto’s).
Dag 5
Na een bewolkte voormiddag, breekt na middag de zon door. Opnieuw vertrekken we vanaf de camping voor een wandeling. Via een paar knooppunten stappen we naar Teuven. Een bescheiden dorp in een golvend landschap en omringd door uitgestrekte bossen. De gehele heenweg zal het bergaf zijn. We wandelen langs de vele weiden. De bonte “longhorn” koeien staarden ons na. Van ver zie je reeds de Sint-Pieterskerk, opvallend hoog boven de rest van het dorp uitsteekt.
Het dorp is rustig en oogt verlaten. We bestijgen de vele trappen naar de kerk, doch deze is, zoals de meeste kerken, gesloten wegens de coronamaatregelen.
Aan het dorpspleintje gaan we het binnenhof van café-restaurant “moeder de gans” binnen. De trekpleister van Teuven. Op het terras heerst een gezellige drukte (ha, dit verklaart waarom er zo weinig mensen in het dorp aanwezig waren). Dit biercafé met de vele soorten bier is gevestigd in een 18e eeuwe vierkantshoeve. Vele oude elementen van de hoeve zijn bewaard gebleven. Het hok van de “courhond” en zelfs het “huuske”, een oude wc, zijn bewaard gebleven. Direct achter de hoeve bevindt zich een nog altijd drinkbare bron, de centrale plek van het dorp. Nu nog komen de inwoners van Teuven hier heerlijk sprankelend bronwater drinken.
Ik verkoos toch een lekker biertje; een Gulpener oud bruin.
Zoals gezegd was de heenweg in dalende lijn, dus was het gehele terugweg stijgen. Af en toe was het puffen, de zon brandde constant op onze hoofden.
Alvorens naar de camper terug te gaan ploften we ons eerst nog eens neer op het terras van de camping en dit voor een verfrissing.
Dag 6
Vandaag maandag 15 juni is de dag dat de grenzen van België opnieuw opengaan. De één na de andere camper vertrekt op de camping. De ene rijdt huiswaarts, de meesten trekken richting Frankrijk en Nederland.
Na een eerste boodschappenronde sedert we thuis vertrokken, rijden we naar Sint-Pieters-Voeren. Onderweg kruisen we zowaar een kolonne Nederlandse motorhomes! Ze zijn gelukkig dat ze de Belgische grens opnieuw over mogen. Waarschijnlijk zullen ze zich zuidelijker verspreiden.
We parkeren onze motorhome op de parking rechtover de kerk. Met de knooppunten wandelkaart in de hand wandelen we richting Sint-Martens-Voeren.
Onmiddellijk na ons vertrek passeren we de Commanderie. Een kasteel dat toebehoorde aan een Duitse Ridderorde. In het park van het kasteel ligt de bron, die de vijvers en de rivier de Voer van water voorziet. In de vijvers wordt er o.a. forel en steur gekweekt. In het kasteel is ook een restaurant gevestigd, met als specialiteit de ter plaatse gekweekte forel. Doch het restaurant is, zoals de meeste horecazaken in de buurt, op maandag gesloten.
We wandelen verder door het bos en langs holle wegen. Net voor we Sint-Martens-Voeren bereiken wandelen we onder een imposant viaduct door. Het is een 23 m hoge spoorwegbrug die door de Duitsers tijdens de eerste wereldoorlog werd aangelegd.
Centraal in het landelijke dorpje staat de Sint-Martinus-kerk, oorspronkelijk uit de 13de eeuw. Links onder de toren bevindt zich het graf van pastoor Veltmans. Hij speelde een belangrijke rol in het behoud van het Nederlandstalige karakter van de Voerstreek.
We vervolgen onze weg terug richting Sint-Pieters-Voeren. ’s Avonds is het nog aangenaam warm en is het zalig buiten te zitten.
Dag 7
Vandaag het motto: “liever lui dan moe”. Gezellig niets doen, buiten zitten, eten, puzzelen, een boek lezen. Voor mij het moment om de foto’s van de eerste week van het fototoestel te kopieëren naar de laptop.

Deel 2: Idyllische plekjes langs Ourthe- en Semoisvallei
Dag 8
Tijd om de Voerstreek te verlaten. Onder een lichte bewolking ruimen we op en vertrekken richting Ourthevallei.
Het eerste plaatsje dat we aandoen is Tilff. Een mooi dorp aan de Ourthe. Via een weggetje langs het water wandelen we van onze parkeerplaats naar het centrum. Aan de kerk is een verkeersarm pleintje met gezellige terrasjes. Doch rustig is het er op dit ogenblik niet! In het gehele centrum zijn plein- en wegenwerken aan de gang. Op de hoek van het pleintje vinden we toch een rustig plaatsje op een terras.
Na de middag was het de bedoeling om het bijenmuseum te bezoeken. Het museum bevindt zich in de gerestaureerde schuur van het oude Kasteel van Brunsode, ook wel Kasteel van Tilff genoemd. In de druilende regen wachtten we geduldig tot het museum opende. Een maat voor niets. Gelukkig gaf een een verantwoordelijke van een andere vereniging ons meer uitleg. Ondanks de versoepeling van de coronamaatregelen (musea mochten open) bleef het museum gesloten. Nergens was dit aangeduid. Ook de website van de gemeente maakte hier geen melding van.
We reden dan maar verder naar Hotton. Onderweg begint het pijpestelen te regenen. Mijn humeur krijgt een dipje en in een bocht krijg ik, Dirk, ons reservatiebord op mijn hoofd. Dit lag bovenop het hefbed, doch niet vast genoeg.
De regen komt met bakken uit de lucht wanneer we de camping (Eau-zone) bereiken. Receptie en café, potdicht! Niemand aanwezig. Onder een paraplu, maar toch doorweekt, halen we (na een telefoontje) onze toegangsbadge en papieren uit een kluis en kunnen we een plaats uitzoeken op de camping. Deze is bijna leeg en we installeren ons in de gietende regen langs de oever van de Ourthe. Een standplaats voor de volgende vier nachten. Morgen of overmorgen zou er dan iemand langskomen om alles te regelen.
Dag 9
De hemel is opgeklaard. In de voormiddag kwam een verantwoordelijke van de camping langs en liet het weer toe om de camping te verkennen. De plaatsen zijn  zeer ruim, maar uit de kranen, die om de twee plaatsen geïnstaIleerd staan komt er geen water. Er is één centrale kraan waar we water kunnen nemen. De sanitaire blokjes zijn oud en gedateerd, doch zijn proper. De douches blijken later geen warm water te hebben. De gasflessen waren leeg volgens een verantwoordelijke van de camping. Deze camping maakt deel uit van een andere camping: Domaine Le Val de l'Aisne in Blier. Een eind verderop aan de Semois gelegen. We hebben de indruk dat camping eau zone een beetje verwaarloosd wordt door de uitbating. Zeker in het laagseizoen. Ook de faciliteiten zijn niet open. Het café, frituur, het onthaal: allen gesloten. Er dient ook bij gezegd worden dat buiten een 10 tal campers en caravans er enkel nog een paar vaste residenten aanwezig waren. In het weekend was er meer volk.

Na de administratieve taken maakten we gebruik van de rest van de voormiddag om Hotton te verkennen. Een aangenaam dorp met een zeer goede bakker, verscheidene cafés en restaurants. 
In de namiddag maken we een stevige wandeling, vertrekkende aan het water tot het dorpje Melreux en verder door het bos, om zo naar de camping terug te keren. Langs het water spotten we een reiger, op zoek naar iets lekkers in de snelstromende rivier. Af en toe moeten we enorme plassen ontwijken, een restant van de overvloedige regen van de laatste 24u. Tegen het einde van de wandeling gaat de weg zelfs door een beek. Een bruggetje zorgt er voor dat je als voetganger droge voeten behoudt.

In de vooravond maakte ik een bericht aan op onze facebook pagina. Hierin beschreef ik onze aankomst op camping Eau-zone. Ik kreeg onmiddellijk het antwoord van een volgster: “Wij staan hier ook”.
Een ontmoeting kon uiteraard niet uitblijven. Het verrassende was dat zij er stonden samen met twee andere motorhomes. Eén van die camperaars was een oud collega waar, zowel ik als Monique, jaren mee samengewerkt heb. Het was een hartelijk weerzien en een zeer gezellig onderonsje. Bedankt Sien! Bedankt Wilfried!
Dag 10
Met de camper naar La Roche-en-Ardenne. La Roche wordt ook wel de Parel van de Ardennen genoemd. Populair bij motorrijders en dagjesmensen. Daar is niet veel van te zien. We kunnen de motorhome zelfs parkeren op een nog niet half volle parking in het centrum van het stadje. De meeste parkeerders zijn klanten van de plaatselijke supermarkt. We slenteren rond in de binnenstad. Hier en daar zie je iemand op een terras. Het is duidelijk dat er geen buitenlandse toeristen. Tijd voor het middagmaal. Het restaurant hadden we ook voor ons alleen. De enige andere gasten waren een paar zwaluwen die hun nest in de overkapping van het terras hadden gemaakt. Het voordeel was dat we extra verwend werden door de restaurantuitbater. Vooral de forel was overheerlijk.

In de namiddag klimmen we over bolle kasseien naar het kasteel van La Roche. We pijnigen onze voeten door de vele openingen tussen de kasseien. De ingang is mooi verdeeld met dranghekkens en linten om de toekomende bezoekers te scheiden van diegenen die het kasteel verlaten. Vandaag was dit alleszins overbodig. Tijdens ons bezoek kwamen we exact vier andere bezoekers tegen. Hetgeen we aanschouwen zijn de ruïnes van een middeleeuwse kasteel, gebouwd tussen de 11de, 12de en 13ste eeuw. Het is een indrukwekkend bouwsel dat  nog benadrukt wordt door de ruwe opeenstapeling van leistenen. We wandelen door de donkere kamers. Vanop de kantelen van het kasteel heb je een prachtig zicht op de vallei die in een lus, gevormd door de Ourthe, ligt. 

’s Avonds krijgen we leuke buren op de camping. Eveneens benimar eigenaars. Na de aankondiging van onze trip op onze facebook pagina, waren ze op de idee gekomen om ook naar de camping in Hotton te komen. Toevallig kwamen ze naast ons staan.
Dag 11
Vandaag zaterdag is het markt in Hotton. Deze gaat om de veertien dagen door. Vandaag houden we het ook rustig en brengen in de voormiddag een bezoekje aan de markt. We kuieren langs de kramen, die in een lange rij op de weg naast de Ourthe staan. Het is éénrichtingsverkeer op de markt. Terugkeren doe je langs de andere zijde van de dranghekkens. Het is niet druk en de marktkramers doen hun uiterste best om nieuwsgierigen te lokken en zo hun waar te kunnen aanprijzen.

In de namiddag genieten we van het mooie weer op één van de terrassen langs de oevers van de rivier.

Dag 12
Het mooie en warme weer is nu echt doorgebroken en het is zondag. Na de middag rijden we naar het meer en de stuwdam van Nisramont. Een pad leidt naar en rond het meer. Een locatie die uitnodigt voor een mooie wandeling. Alle inwoners van de wijde omgeving hadden blijkbaar het zelfde idee. We maken toertje op en rond de grote parkings. Geen enkele vrije plaats! Tussen de parkings is ook een camperplaats met 10 plaatsen gelegen. Ook hier geen vrije plaats. Er stond welgeteld één motorhome. Alle andere plaatsen waren ingenomen door personenauto’s. Wanneer we de opmerking maakten dat ze motorhome plaatsen innamen, deden ze alsof hun neus bloedde.
Noodgedwongen zijn we verder gereden. Richting Achouffe. De brouwerij Achouffe was nog wel gesloten voor bezoek, maar rond de brouwerij zijn verscheidene leuke café’s met terras gelegen. Daar ter plaatse toegekomen, het zelfde scenario! Geen enkele vrije parkeerplaats. De parkings te klein voor een motorhome en alle andere parkeermogelijkheden eveneens ingenomen door de lokale bevolking.

We hebben dan maar de streek nog een beetje verkend, in de hoop nog een terrasje te kunnen doen. Vruchteloos. We zijn dan noodgedwongen terug gereden naar de camping.
Dag 13
Vroeg in de ochtend is het al aangenaam warm en is het tijd om verder te reizen. We rijden richting Semois.

In België is er geen mooiere vallei dan de Semoisvallei. De meest vrouwelijke van onze rivieren … zo wordt de rivier de Semois in gedichten omschreven. Zo zacht en lieflijk als ze vloeit door de Gaume, zo wild en rebels stroomt ze door de Ardennen. Het is de eerste keer dat we in dit deel van de Ardennen vertoeven. Het is een ware ontdekking. Langs de rivier zijn talrijke mooie dorpen gelegen. Het eerste dorp dat we aandoen is Chassepierre. Een liefelijk dorp in een meander van de Semois. Zeer vriendelijke bewoners en in augustus blijkt er het oudste straatkunstenfestival in Europa plaats te vinden. Doch nu in juni is het er veel rustiger. Aan de kerk ontdekken we een netwerk van prehistorische galerijen en tunnels. De zogenaamde “Le Trou des Fées”. Dit netwerk van galerijen werd ooit door mensen gegraven in een kalksteenrots. De tunnels lopen tot in de kelders van de pastorie.
Eén van de bezienswaardigheden in het dorp is een oude wasplaats die dateert uit de 2e helft van de 19e eeuw.
Een oude man uit het dorp vertelde ons graag een stukje van de geschiedenis. De wasplaats was ‘de’ ontmoetingsplaats voor de vrouwen uit het dorp. Hier werden de laatste nieuwigheden en weetjes uitgewisseld en kon er volop geroddeld worden. De was werd thuis eerst gekookt en nadien in de wasplaats gespoeld en verder uitgewassen. De man verklapte ons dat er zelfs een tweede wasplaats was in het dorp. Enthousiast wees hij ons de locatie aan.
We vervolgen onze weg naar de gemeentecamping ‘Halliru’ in Bouillon. Ook hier zullen we vier nachten verblijven. Vanop onze standplaats, die we zelf mochten uitzoeken, hadden we een zeer mooi zicht op de rivier.
Ook hier is het sanitair verouderd, maar proper. Het was wel een hele klim vooraleer je de blokken bereikte. Gelukkig hadden we hier wél warm water in de douches. En voor de jeton die 1,5€ kostte had je zeer lang warm water. Een minpunt is dat er geen lozingspunt is voor grijs water. Maar niet getreurd. Om de twee dagen leegde ik de tank met een emmer, die ik onder de uitlaat van de tank plaatste.
Dag 14
Onmiddellijk aan de camping vertrekt een wandelpad langs de oever van de Semois. Dit in beide richtingen. Het “Ladmirantpad”. Dit pad maakt deel uit van de GR-route die over de camping loopt.
Wij nemen het pad richting Bouillon. Ondanks de ochtend is het al zomers warm. Gelukkig is er de gehele wandeling langs de Semois schaduw van de bomen die de rivier flankeren. Na een half uurtje bereiken we de stad. Hoog boven de stad, op een rots,  torent het ‘kasteel van Bouillon’. De plaats was goed gekozen want er was een natuurlijke watervoorraad. Het kasteel is één van de oudste overblijf selen van ons land en uiteraard bekend door zijn belangrijkste bewoner: de legendarische Godfried van Bouillon. We doen de klim voor een bezoek.
Bij de ingang krijgen we een plattegrond. Als u deze volgt, dan komt u langs alle delen van het kasteel. Doch door de coronamaatregelen is er een verplicht parcours aangeduid. Ook het dragen van een mondmasker is er verplicht. Doordat er weinig bezoekers zijn lukt het om het masker op de meeste plaatsen af te laten, gezien we geen contact hadden met anderen. Het parcours leidt door donkere gangen, langs de vele robuuste kamers. Het is er koud en vochtig. Moet niet aangenaam geweest zijn er te wonen! Op de grote binnenplaats kan je normaal genieten van een roofvogelshow met grote valken, maar door de maatregelen gaat die niet door en zijn de vogels ook niet aanwezig. Vanuit het kasteel heb je wel een schitterend uitzicht op de stad, de Semois en de vallei.

Na ons bezoek genieten we eerst nog van een verfrissing op het terras van het, naast het kasteel gelegen, restaurant. Daarna dalen we af naar de binnenstad.

Bouillon zelf is niet groot, maar wel mooi, onderhouden en gezellig. Het is aangenaam vertoeven aan de kade. Je vindt er leuke restaurantjes, terrasjes en een souvenirwinkel! De eerste die we tegenkomen op onze trip. De postkaarten zijn recent (ze dateren niet uit de jaren 80, zoals we in voorgaande tegenkwamen. In Hotton kregen we ze zelfs gratis in het bureau van toerisme).

’s Avonds verdwijnt de zon al vlug uit de vallei en kunnen we een koele nacht tegemoet gaan.
Dag 15
Na een rustige voormiddag aan het water, besluiten we het wandelpad in de andere richting te bewandelen. Gelukkig hadden we stevige wandelschoenen aan. Het pad is ruw, loopt over rotsen en verder rakelings langs het water. Monique geeft het op en zoekt een zitplaatsje aan het water om te rusten. Ikzelf ga nog een eindje verder. Op de terugweg waag ik de klim naar de top van de “Rocher du Pendu”, de rots van de gehangene. Er staat een bordje met de vermelding 100m. Ik vermoed dat dit bordje verwijst naar de voet van de rots. Het was nog een helse klim, die steil naar de top ging. Doch éénmaal boven krijg je de voldoening. Je hebt er een prachtig panoramisch zicht over de vallei van de Semois.

Er is een legende over deze rots: Er wordt verteld dat een boer van het dorp Corbion, die zijn vee op de markt van Bouillon verkocht had, al het verdiende geld opgedronken had. Omdat hij dit niet aan zijn vrouw durfde vertellen, hing hij zich op aan de rots, op de terugweg naar huis.
Dag 16
Vandaag bereikt de temperatuur de 30°C. Wij doen het rustig aan. In de namiddag wandelen we nog eens naar het centrum van Bouillon. Dit om op een terras te genieten van een ijscoupe. Net zoals in La Roche, hebben we het gezelschap van een nest zwaluwen (eveneens gebouwd in de rand van de luifel). De drie jongen zaten met open bek geduldig te wachten tot één van de ouders met voedsel kwam aangevlogen.
Heerlijk zo’n luie dag. Tevens onze laatste in Bouillon. Morgen rijden we verder.
Dag 17
De eindbestemming van deze reis ‘dwars door Wallonië’ is Rochehaut. Eén van de parels langs de Semois.
We komen toe aan de camperplaats ‘Le Palis’. De enige locatie waar we niet reserveerden. Wat blijkt: volzet! Alle plaatsen zijn ingenomen of gereserveerd. Gelukkig is de zeer vriendelijke en behulpzame uitbater van het camperpark ter plaatse. Aangezien het maar voor één nacht is, krijgen we een reserveplaats toegewezen. Een plaats waar hij normaal aanhangwagens van campers plaatst. Doch er is niets mis mee met die plaats. Zoals de andere plaatsen staan we op stenen en hebben we een stuk groen naast de motorhome. We hebben ook stroom.

In de voormiddag bezoeken we nog de brouwerij, waar we het plaatselijke bier ‘Rochehaut’ in verschillende smaken aankopen. Er is ook een agri museum en dierenpark gelegen. Dit bezoeken we niet.

’s Middags wandelen we naar het zeer gezellige centrum, wat op 200m van de camperplaats gelegen is. We kiezen een plaatje op het terras van een restaurant. Aan restaurants geen gebrek hier in Rochehaut. De uitbaters van de restaurants waren blijkbaar verrast door de vele aanwezige toeristen. De eerste maal tijdens onze reis dat we veel volk samen zien.

Na een heerlijk menu wandelen we naar het “point de vue”. Zoals zijn naam verraadt ligt Rochehaut vrij hoog gelegen en heeft een speciale ligging. Het geeft het dorp uitzicht over één van de mooiste panorama's van het land. In de vallei omgeeft een lus van de Semois het dorpje Frahan. Een prachtig zicht met de kapel, huizen met leistenen daken en oude brug over de rivier.

Terug op de camperplaats is het plots gedaan met het mooie weer. De bewolking en de wind nemen fors toe. Het begint te regenen, hard te regenen, donder en bliksem.
Dag 18
Het is koud en nat en … we rijden huiswaarts. De eerste reis van 2020 zit er op.

Algemene indruk

We hadden een rustige vakantie, alhoewel we vele kilometers gestapt en gewandeld hebben.  Mooie streken en plaatsen ontdekt in eigen land. We ontmoetten zeer vriendelijke mensen en hebben zeer lekker kunnen eten.
Toch was het speciaal, onnatuurlijk. Geen buitenlandse toeristen, veel plaats op campings, weinig volk op de toeristische trekpleisters. Waar het druk was, waren enkel lokale bewoners. De coronamaatregelen alom aanwezig. De horeca en winkels die voorzichtig weer opstartten. Een trend voor de gehele zomer!
Ondanks dit alles waren er geen belemmeringen om te genieten.
2020 gaat de geschiedenis in als het jaar van de Covid-19 (Corona) crisis. Het jaar van de wereldwijde “lockdowns” en “essentiële verplaatsingen”. Het jaar dat we onze familie en vrienden niet konden ontmoeten of knuffelen. Het jaar van een ongeziene economische crisis. Winkels, bedrijven, horecazaken, scholen, … allen waren maanden gesloten. Sport, cultuur, ontspanning, reizen, … waren verboden. 2020 was eveneens het jaar dat we, na het afzwakken van de maatregelen, een week enkel in eigen land mochten reizen.

Gelukkig bleven wij, onze familie en vrienden, gespaard van het virus en kunnen we volop plannen.

Op 3 juni 2020 zitten we gespannen voor de televisie. Om 16u zullen we eindelijk te horen krijgen van de Veiligheidsraad wanneer we opnieuw mogen reizen.

Eindelijk ... het licht wordt op groen gezet. Vanaf 8 juni mogen we uitstappen van meerdere dagen doen. Weliswaar enkel in eigen land. Vanaf 15 juni gaan de Belgische grenzen opnieuw open en kunnen we reizen naar het buitenland. Doch enkel naar die Europese landen die hun grenzen ook open zetten voor ons, Belgen.

Maar niet getreurd. Onze eerste reis in 2020 zal in eigen land plaatsvinden.

Normaal reserveer ik nooit een plaatsje op een camping of camperplaats, om zo meer vrijheid te hebben tijdens het reizen (er is steeds wel een plaatsje vrij wanneer we dit ter plaatse vragen bij de diverse uitbaters).
Doch een uitzonderlijke toestand vereist een andere aanpak.
Om 17u heb ik reeds een eerste reservatie gemaakt voor een kampeerplaats op een camping. Dit op camping “Natuurlijk Limburg” in Remersdaal (Voerstreek). De uitbater was zéér enthousiast wanneer ik hem opbelde (ook voor de andere campings tijdens deze trip reserveerde ik).

We wachten nog twee dagen, en op 10 juni 2020 zijn we er eindelijk mee weg. We vertrekken voor onze eerste trip.

Van de Voer, langs de Ourthe tot de Semois. Drie rivieren die de rode draad vormen van deze trip.

Deel 1:  de Voerstreek - een stukje Vlaanderen in Wallonië

Rust. Groen. Genieten. Drie woorden die de Voerstreek perfect beschrijven. De Voerstreek groepeert zes kleine dorpjes (Moelingen, ‘s-Gravenvoeren (of Voeren), Sint-Martens-Voeren, Sint-Pieters-Voeren, Teuven en Remersdaal).
Een streek met adembenemende vergezichten. Het is een heuvelachtig landschap, met vele holle wegen, afgebakend met meidoornhagen. Een wandelparadijs, een onontdekte natuur die een ongelofelijke rust uitstraalt.
Onder een matig zonnetje bereiken we tegen de middag de camping in Remersdaal. De enige camping in de voerstreek (de overige campings, van waaruit je de streek kan bezoeken zijn, net over de landsgrens, in Nederland gelegen).

Het is een mooie, gezellige camping, met zeer ruime plaatsen en alle voorzieningen. Het sanitair blok is zéér proper en oogt nieuw. Er is een café/restaurant (gelukkig mocht de horeca reeds opnieuw opstarten) en een zwembad (dit was nog gesloten tot 1 juli).
Na de middag duiken we het bos in. Net naast de camping gelegen, is dit de ideale gelegenheid om een eerste indruk van de streek op te doen. Een goede bewegwijzering leidt ons vlotjes door dit natuurlijk bos. Er wordt bewust niet meer ingegrepen door de mens, en laat de natuur er zijn vrije loop.
Plots komen we langs een weggetje “in the middle of nowhere”, zowaar een ijsjesautomaat tegen. Een boerderij maakt er artisanaal ijs. Het is zeer lekker en een leuke afkoeler.
We klimmen nog een eindje. Ja heuvelachtig is het hier zeker, wat we de komende dagen zeker nog zullen ondervinden. Verderop langs de rand van het Veursbos, bereiken we het hoogste punt. We hebben er een prachtig panorama! In het dal is het gehucht Veurs gelegen. Een unieke afsluiter van onze eerste dag.

Het Veursbos behoort tot één van de hoogste punten in Vlaanderen. De Remersberg die ook in Voeren is gelegen, is het hoogste punt van Vlaanderen (287,5m). Wanneer je de Voerstreek niet meerekent dan is de Kemmelberg (156m) met hoogste punt van Vlaanderen.
Dag 2
Vandaag staat opnieuw een stevige wandeling op het programma, vertrekkende aan de camping. Eén nadeel. De camping ligt op een heuvel. Bij vertrek heb je steeds dalende wegen. Wat betekent, dat het bij terugkomst steeds in stijgende lijn gaat. Onder een stralende zon en een aangename 23 graden stappen we richting Remersdaal. Na het oversteken van de straat bevinden we ons onmiddellijk in een holle weg. Je waant je zowaar in een tunnel. De weg kronkelt door de velden tot in het dorp Remersdaal. Een paar huizen, een bushalte, een neogotische kerk, een hoeve en de resten van het kasteel ‘Het Hoes‘. Dit is de kern van het dorp.
Op één van de huizen staat nog de graffiti tekst “village wallon” geschreven. Een stille getuige van de aanhoudende botsingen, eind de jaren 70, tussen Vlaamse en Waalse activisten. Een taalconflict die in 1979 leidde tot een ware veldslag met de politie. Een conflict waarover verschillende regeringen gevallen waren. Een conflict dat in 1988 afgesloten werd met een pacificatieakkoord.
Door de open velden vatten we de terugweg aan. We sloten de wandeling af op het terras van de camping. Dit met een gekoeld abdijbiertje Val-Dieu en een appelsapje.
Dag 3
Met de camper rijden we naar ’s Gravenvoeren. We parkeren op een grote gemengde parking aan de rand van het dorp. Deze parking is ook een gratis camperplaats zonder voorzieningen. Volgens de app camperstop zijn er 20 plaatsen. Doch deze zijn niet afgebakend en er kunnen veel meer campers staan als de personenauto’s weg zijn.

We begeven ons naar het bezoekerscentrum. De startplaats van vele uitgestippelde wandelingen. In het bezoekerscentrum kan je een knooppunten wandelkaart van de streek kopen. Ik had de kaart al op voorhand besteld.
Wij starten er de “kapelletjeswandeling”. Een wandeling die we een stukje omleiden omdat de route door Nederland loopt en we die dag (12 juni) ons nog niet in Nederland mochten begeven!
Al na een paar honderd meter komen we de eerste kapel tegen. Naast de kapel staat een grote gietijzeren kraan die herinnert aan de tijd dat Voeren van een waterleiding werd voorzien. Door de holle weg klimmen we verder. Een pad leidt ons door het natuurreservaat Altenbroek. Door een weidehekje stappen we het weiland binnen.
Let op dat je je hond aan de leiband houdt wanneer je een weide betreedt. Dit om de schapen en het vee niet op te schrikken. Je wandelt hier letterlijk tussen de koeien!
Na een flink eind stappen komen we aan de Steenboskapel. Een kapel die gebouwd is met de resten van een Romeinse villa.
Ondertussen is de temperatuur nog opgelopen. We vervolgen het pad tussen de koren- en maïsvelden. Uiteraard bieden deze weinig beschutting tegen de zon. De laatste kapel die we tegenkomen is de witte kapel. Aan de splitsing slaan we rechts af. Een weggetje die ons terug in de dorpskern brengt.
Gelukkig zijn er een aantal terrassen. Wij laten ons neerploffen op een stoel van een groot terras, gelegen op de binnenhof van het Blanckthys Hotel. Een koude “La Chouffe” smaakt heerlijk na zo’n wandeling.

’s Avonds genieten we van een maaltijd in het restaurant van de camping. En dan kwam … de regen, en een stevig onweer.
Dag 4
Vandaag is het rustdag. Geen grote wandeling op de agenda. Het weer is opnieuw goed en we relaxen aan de motorhome. In de namiddag brengen we een bezoekje aan Garden Decor. Een zaak naast de camping gelegen.
Wanneer je er aan de overkant van de straat de omgeving bekijkt, dan zie aan de ene kant op 5km Nederland liggen. Kijk je rechts dan zie je, bij open weer, 30km verder Duitsland!
De eigenaar van de zaak (een Duitse tuinarchitect) toverde op 35 jaar tijd een grote weide om in een prachtige parktuin. Er is een grote verscheidenheid aan bomen en planten. Zilverberken staan sierlijk in een kring en bakenen een zen-zone af. Tussen de planten in de talrijke perken staan talrijke beelden en kunstwerken in brons, metaal en steen opgesteld. Je ziet er in alle formaten. Van een groot edelhert tot een aantal mieren in het gelid. Alle werken die tentoongesteld staan in de tuin zijn te koop.
In de tuin staan ook een aantal kooien geintegreerd met sierkippen, papegaaien en parkieten.
We konden niet aan de verleiding weerstaan en kochten een bronzen stokstaart en een aantal metalen klaprozen (vervaardigd uit het metaal van afgedankte auto’s).
Dag 5
Na een bewolkte voormiddag, breekt na middag de zon door. Opnieuw vertrekken we vanaf de camping voor een wandeling. Via een paar knooppunten stappen we naar Teuven. Een bescheiden dorp in een golvend landschap en omringd door uitgestrekte bossen. De gehele heenweg zal het bergaf zijn. We wandelen langs de vele weiden. De bonte “longhorn” koeien staarden ons na. Van ver zie je reeds de Sint-Pieterskerk, opvallend hoog boven de rest van het dorp uitsteekt.
Het dorp is rustig en oogt verlaten. We bestijgen de vele trappen naar de kerk, doch deze is, zoals de meeste kerken, gesloten wegens de coronamaatregelen.
Aan het dorpspleintje gaan we het binnenhof van café-restaurant “moeder de gans” binnen. De trekpleister van Teuven. Op het terras heerst een gezellige drukte (ha, dit verklaart waarom er zo weinig mensen in het dorp aanwezig waren). Dit biercafé met de vele soorten bier is gevestigd in een 18e eeuwe vierkantshoeve. Vele oude elementen van de hoeve zijn bewaard gebleven. Het hok van de “courhond” en zelfs het “huuske”, een oude wc, zijn bewaard gebleven. Direct achter de hoeve bevindt zich een nog altijd drinkbare bron, de centrale plek van het dorp. Nu nog komen de inwoners van Teuven hier heerlijk sprankelend bronwater drinken.
Ik verkoos toch een lekker biertje; een Gulpener oud bruin.
Zoals gezegd was de heenweg in dalende lijn, dus was het gehele terugweg stijgen. Af en toe was het puffen, de zon brandde constant op onze hoofden.
Alvorens naar de camper terug te gaan ploften we ons eerst nog eens neer op het terras van de camping en dit voor een verfrissing.
Dag 6
Vandaag maandag 15 juni is de dag dat de grenzen van België opnieuw opengaan. De één na de andere camper vertrekt op de camping. De ene rijdt huiswaarts, de meesten trekken richting Frankrijk en Nederland.
Na een eerste boodschappenronde sedert we thuis vertrokken, rijden we naar Sint-Pieters-Voeren. Onderweg kruisen we zowaar een kolonne Nederlandse motorhomes! Ze zijn gelukkig dat ze de Belgische grens opnieuw over mogen. Waarschijnlijk zullen ze zich zuidelijker verspreiden.
We parkeren onze motorhome op de parking rechtover de kerk. Met de knooppunten wandelkaart in de hand wandelen we richting Sint-Martens-Voeren.
Onmiddellijk na ons vertrek passeren we de Commanderie. Een kasteel dat toebehoorde aan een Duitse Ridderorde. In het park van het kasteel ligt de bron, die de vijvers en de rivier de Voer van water voorziet. In de vijvers wordt er o.a. forel en steur gekweekt. In het kasteel is ook een restaurant gevestigd, met als specialiteit de ter plaatse gekweekte forel. Doch het restaurant is, zoals de meeste horecazaken in de buurt, op maandag gesloten.
We wandelen verder door het bos en langs holle wegen. Net voor we Sint-Martens-Voeren bereiken wandelen we onder een imposant viaduct door. Het is een 23 m hoge spoorwegbrug die door de Duitsers tijdens de eerste wereldoorlog werd aangelegd.
Centraal in het landelijke dorpje staat de Sint-Martinus-kerk, oorspronkelijk uit de 13de eeuw. Links onder de toren bevindt zich het graf van pastoor Veltmans. Hij speelde een belangrijke rol in het behoud van het Nederlandstalige karakter van de Voerstreek.
We vervolgen onze weg terug richting Sint-Pieters-Voeren. ’s Avonds is het nog aangenaam warm en is het zalig buiten te zitten.
Dag 7
Vandaag het motto: “liever lui dan moe”. Gezellig niets doen, buiten zitten, eten, puzzelen, een boek lezen. Voor mij het moment om de foto’s van de eerste week van het fototoestel te kopieëren naar de laptop.

Deel 2: Idyllische plekjes langs Ourthe- en Semoisvallei
Dag 8
Tijd om de Voerstreek te verlaten. Onder een lichte bewolking ruimen we op en vertrekken richting Ourthevallei.
Het eerste plaatsje dat we aandoen is Tilff. Een mooi dorp aan de Ourthe. Via een weggetje langs het water wandelen we van onze parkeerplaats naar het centrum. Aan de kerk is een verkeersarm pleintje met gezellige terrasjes. Doch rustig is het er op dit ogenblik niet! In het gehele centrum zijn plein- en wegenwerken aan de gang. Op de hoek van het pleintje vinden we toch een rustig plaatsje op een terras.
Na de middag was het de bedoeling om het bijenmuseum te bezoeken. Het museum bevindt zich in de gerestaureerde schuur van het oude Kasteel van Brunsode, ook wel Kasteel van Tilff genoemd. In de druilende regen wachtten we geduldig tot het museum opende. Een maat voor niets. Gelukkig gaf een een verantwoordelijke van een andere vereniging ons meer uitleg. Ondanks de versoepeling van de coronamaatregelen (musea mochten open) bleef het museum gesloten. Nergens was dit aangeduid. Ook de website van de gemeente maakte hier geen melding van.
We reden dan maar verder naar Hotton. Onderweg begint het pijpestelen te regenen. Mijn humeur krijgt een dipje en in een bocht krijg ik, Dirk, ons reservatiebord op mijn hoofd. Dit lag bovenop het hefbed, doch niet vast genoeg.
De regen komt met bakken uit de lucht wanneer we de camping (Eau-zone) bereiken. Receptie en café, potdicht! Niemand aanwezig. Onder een paraplu, maar toch doorweekt, halen we (na een telefoontje) onze toegangsbadge en papieren uit een kluis en kunnen we een plaats uitzoeken op de camping. Deze is bijna leeg en we installeren ons in de gietende regen langs de oever van de Ourthe. Een standplaats voor de volgende vier nachten. Morgen of overmorgen zou er dan iemand langskomen om alles te regelen.
Dag 9
De hemel is opgeklaard. In de voormiddag kwam een verantwoordelijke van de camping langs en liet het weer toe om de camping te verkennen. De plaatsen zijn  zeer ruim, maar uit de kranen, die om de twee plaatsen geïnstaIleerd staan komt er geen water. Er is één centrale kraan waar we water kunnen nemen. De sanitaire blokjes zijn oud en gedateerd, doch zijn proper. De douches blijken later geen warm water te hebben. De gasflessen waren leeg volgens een verantwoordelijke van de camping. Deze camping maakt deel uit van een andere camping: Domaine Le Val de l'Aisne in Blier. Een eind verderop aan de Semois gelegen. We hebben de indruk dat camping eau zone een beetje verwaarloosd wordt door de uitbating. Zeker in het laagseizoen. Ook de faciliteiten zijn niet open. Het café, frituur, het onthaal: allen gesloten. Er dient ook bij gezegd worden dat buiten een 10 tal campers en caravans er enkel nog een paar vaste residenten aanwezig waren. In het weekend was er meer volk.

Na de administratieve taken maakten we gebruik van de rest van de voormiddag om Hotton te verkennen. Een aangenaam dorp met een zeer goede bakker, verscheidene cafés en restaurants. 
In de namiddag maken we een stevige wandeling, vertrekkende aan het water tot het dorpje Melreux en verder door het bos, om zo naar de camping terug te keren. Langs het water spotten we een reiger, op zoek naar iets lekkers in de snelstromende rivier. Af en toe moeten we enorme plassen ontwijken, een restant van de overvloedige regen van de laatste 24u. Tegen het einde van de wandeling gaat de weg zelfs door een beek. Een bruggetje zorgt er voor dat je als voetganger droge voeten behoudt.

In de vooravond maakte ik een bericht aan op onze facebook pagina. Hierin beschreef ik onze aankomst op camping Eau-zone. Ik kreeg onmiddellijk het antwoord van een volgster: “Wij staan hier ook”.
Een ontmoeting kon uiteraard niet uitblijven. Het verrassende was dat zij er stonden samen met twee andere motorhomes. Eén van die camperaars was een oud collega waar, zowel ik als Monique, jaren mee samengewerkt heb. Het was een hartelijk weerzien en een zeer gezellig onderonsje. Bedankt Sien! Bedankt Wilfried!
Dag 10
Met de camper naar La Roche-en-Ardenne. La Roche wordt ook wel de Parel van de Ardennen genoemd. Populair bij motorrijders en dagjesmensen. Daar is niet veel van te zien. We kunnen de motorhome zelfs parkeren op een nog niet half volle parking in het centrum van het stadje. De meeste parkeerders zijn klanten van de plaatselijke supermarkt. We slenteren rond in de binnenstad. Hier en daar zie je iemand op een terras. Het is duidelijk dat er geen buitenlandse toeristen. Tijd voor het middagmaal. Het restaurant hadden we ook voor ons alleen. De enige andere gasten waren een paar zwaluwen die hun nest in de overkapping van het terras hadden gemaakt. Het voordeel was dat we extra verwend werden door de restaurantuitbater. Vooral de forel was overheerlijk.

In de namiddag klimmen we over bolle kasseien naar het kasteel van La Roche. We pijnigen onze voeten door de vele openingen tussen de kasseien. De ingang is mooi verdeeld met dranghekkens en linten om de toekomende bezoekers te scheiden van diegenen die het kasteel verlaten. Vandaag was dit alleszins overbodig. Tijdens ons bezoek kwamen we exact vier andere bezoekers tegen. Hetgeen we aanschouwen zijn de ruïnes van een middeleeuwse kasteel, gebouwd tussen de 11de, 12de en 13ste eeuw. Het is een indrukwekkend bouwsel dat  nog benadrukt wordt door de ruwe opeenstapeling van leistenen. We wandelen door de donkere kamers. Vanop de kantelen van het kasteel heb je een prachtig zicht op de vallei die in een lus, gevormd door de Ourthe, ligt. 

’s Avonds krijgen we leuke buren op de camping. Eveneens benimar eigenaars. Na de aankondiging van onze trip op onze facebook pagina, waren ze op de idee gekomen om ook naar de camping in Hotton te komen. Toevallig kwamen ze naast ons staan.
Dag 11
Vandaag zaterdag is het markt in Hotton. Deze gaat om de veertien dagen door. Vandaag houden we het ook rustig en brengen in de voormiddag een bezoekje aan de markt. We kuieren langs de kramen, die in een lange rij op de weg naast de Ourthe staan. Het is éénrichtingsverkeer op de markt. Terugkeren doe je langs de andere zijde van de dranghekkens. Het is niet druk en de marktkramers doen hun uiterste best om nieuwsgierigen te lokken en zo hun waar te kunnen aanprijzen.

In de namiddag genieten we van het mooie weer op één van de terrassen langs de oevers van de rivier.

Dag 12
Het mooie en warme weer is nu echt doorgebroken en het is zondag. Na de middag rijden we naar het meer en de stuwdam van Nisramont. Een pad leidt naar en rond het meer. Een locatie die uitnodigt voor een mooie wandeling. Alle inwoners van de wijde omgeving hadden blijkbaar het zelfde idee. We maken toertje op en rond de grote parkings. Geen enkele vrije plaats! Tussen de parkings is ook een camperplaats met 10 plaatsen gelegen. Ook hier geen vrije plaats. Er stond welgeteld één motorhome. Alle andere plaatsen waren ingenomen door personenauto’s. Wanneer we de opmerking maakten dat ze motorhome plaatsen innamen, deden ze alsof hun neus bloedde.
Noodgedwongen zijn we verder gereden. Richting Achouffe. De brouwerij Achouffe was nog wel gesloten voor bezoek, maar rond de brouwerij zijn verscheidene leuke café’s met terras gelegen. Daar ter plaatse toegekomen, het zelfde scenario! Geen enkele vrije parkeerplaats. De parkings te klein voor een motorhome en alle andere parkeermogelijkheden eveneens ingenomen door de lokale bevolking.

We hebben dan maar de streek nog een beetje verkend, in de hoop nog een terrasje te kunnen doen. Vruchteloos. We zijn dan noodgedwongen terug gereden naar de camping.
Dag 13
Vroeg in de ochtend is het al aangenaam warm en is het tijd om verder te reizen. We rijden richting Semois.

In België is er geen mooiere vallei dan de Semoisvallei. De meest vrouwelijke van onze rivieren … zo wordt de rivier de Semois in gedichten omschreven. Zo zacht en lieflijk als ze vloeit door de Gaume, zo wild en rebels stroomt ze door de Ardennen. Het is de eerste keer dat we in dit deel van de Ardennen vertoeven. Het is een ware ontdekking. Langs de rivier zijn talrijke mooie dorpen gelegen. Het eerste dorp dat we aandoen is Chassepierre. Een liefelijk dorp in een meander van de Semois. Zeer vriendelijke bewoners en in augustus blijkt er het oudste straatkunstenfestival in Europa plaats te vinden. Doch nu in juni is het er veel rustiger. Aan de kerk ontdekken we een netwerk van prehistorische galerijen en tunnels. De zogenaamde “Le Trou des Fées”. Dit netwerk van galerijen werd ooit door mensen gegraven in een kalksteenrots. De tunnels lopen tot in de kelders van de pastorie.
Eén van de bezienswaardigheden in het dorp is een oude wasplaats die dateert uit de 2e helft van de 19e eeuw.
Een oude man uit het dorp vertelde ons graag een stukje van de geschiedenis. De wasplaats was ‘de’ ontmoetingsplaats voor de vrouwen uit het dorp. Hier werden de laatste nieuwigheden en weetjes uitgewisseld en kon er volop geroddeld worden. De was werd thuis eerst gekookt en nadien in de wasplaats gespoeld en verder uitgewassen. De man verklapte ons dat er zelfs een tweede wasplaats was in het dorp. Enthousiast wees hij ons de locatie aan.
We vervolgen onze weg naar de gemeentecamping ‘Halliru’ in Bouillon. Ook hier zullen we vier nachten verblijven. Vanop onze standplaats, die we zelf mochten uitzoeken, hadden we een zeer mooi zicht op de rivier.
Ook hier is het sanitair verouderd, maar proper. Het was wel een hele klim vooraleer je de blokken bereikte. Gelukkig hadden we hier wél warm water in de douches. En voor de jeton die 1,5€ kostte had je zeer lang warm water. Een minpunt is dat er geen lozingspunt is voor grijs water. Maar niet getreurd. Om de twee dagen leegde ik de tank met een emmer, die ik onder de uitlaat van de tank plaatste.
Dag 14
Onmiddellijk aan de camping vertrekt een wandelpad langs de oever van de Semois. Dit in beide richtingen. Het “Ladmirantpad”. Dit pad maakt deel uit van de GR-route die over de camping loopt.
Wij nemen het pad richting Bouillon. Ondanks de ochtend is het al zomers warm. Gelukkig is er de gehele wandeling langs de Semois schaduw van de bomen die de rivier flankeren. Na een half uurtje bereiken we de stad. Hoog boven de stad, op een rots,  torent het ‘kasteel van Bouillon’. De plaats was goed gekozen want er was een natuurlijke watervoorraad. Het kasteel is één van de oudste overblijf selen van ons land en uiteraard bekend door zijn belangrijkste bewoner: de legendarische Godfried van Bouillon. We doen de klim voor een bezoek.
Bij de ingang krijgen we een plattegrond. Als u deze volgt, dan komt u langs alle delen van het kasteel. Doch door de coronamaatregelen is er een verplicht parcours aangeduid. Ook het dragen van een mondmasker is er verplicht. Doordat er weinig bezoekers zijn lukt het om het masker op de meeste plaatsen af te laten, gezien we geen contact hadden met anderen. Het parcours leidt door donkere gangen, langs de vele robuuste kamers. Het is er koud en vochtig. Moet niet aangenaam geweest zijn er te wonen! Op de grote binnenplaats kan je normaal genieten van een roofvogelshow met grote valken, maar door de maatregelen gaat die niet door en zijn de vogels ook niet aanwezig. Vanuit het kasteel heb je wel een schitterend uitzicht op de stad, de Semois en de vallei.

Na ons bezoek genieten we eerst nog van een verfrissing op het terras van het, naast het kasteel gelegen, restaurant. Daarna dalen we af naar de binnenstad.

Bouillon zelf is niet groot, maar wel mooi, onderhouden en gezellig. Het is aangenaam vertoeven aan de kade. Je vindt er leuke restaurantjes, terrasjes en een souvenirwinkel! De eerste die we tegenkomen op onze trip. De postkaarten zijn recent (ze dateren niet uit de jaren 80, zoals we in voorgaande tegenkwamen. In Hotton kregen we ze zelfs gratis in het bureau van toerisme).

’s Avonds verdwijnt de zon al vlug uit de vallei en kunnen we een koele nacht tegemoet gaan.
Dag 15
Na een rustige voormiddag aan het water, besluiten we het wandelpad in de andere richting te bewandelen. Gelukkig hadden we stevige wandelschoenen aan. Het pad is ruw, loopt over rotsen en verder rakelings langs het water. Monique geeft het op en zoekt een zitplaatsje aan het water om te rusten. Ikzelf ga nog een eindje verder. Op de terugweg waag ik de klim naar de top van de “Rocher du Pendu”, de rots van de gehangene. Er staat een bordje met de vermelding 100m. Ik vermoed dat dit bordje verwijst naar de voet van de rots. Het was nog een helse klim, die steil naar de top ging. Doch éénmaal boven krijg je de voldoening. Je hebt er een prachtig panoramisch zicht over de vallei van de Semois.

Er is een legende over deze rots: Er wordt verteld dat een boer van het dorp Corbion, die zijn vee op de markt van Bouillon verkocht had, al het verdiende geld opgedronken had. Omdat hij dit niet aan zijn vrouw durfde vertellen, hing hij zich op aan de rots, op de terugweg naar huis.
Dag 16
Vandaag bereikt de temperatuur de 30°C. Wij doen het rustig aan. In de namiddag wandelen we nog eens naar het centrum van Bouillon. Dit om op een terras te genieten van een ijscoupe. Net zoals in La Roche, hebben we het gezelschap van een nest zwaluwen (eveneens gebouwd in de rand van de luifel). De drie jongen zaten met open bek geduldig te wachten tot één van de ouders met voedsel kwam aangevlogen.
Heerlijk zo’n luie dag. Tevens onze laatste in Bouillon. Morgen rijden we verder.
Dag 17
De eindbestemming van deze reis ‘dwars door Wallonië’ is Rochehaut. Eén van de parels langs de Semois.
We komen toe aan de camperplaats ‘Le Palis’. De enige locatie waar we niet reserveerden. Wat blijkt: volzet! Alle plaatsen zijn ingenomen of gereserveerd. Gelukkig is de zeer vriendelijke en behulpzame uitbater van het camperpark ter plaatse. Aangezien het maar voor één nacht is, krijgen we een reserveplaats toegewezen. Een plaats waar hij normaal aanhangwagens van campers plaatst. Doch er is niets mis mee met die plaats. Zoals de andere plaatsen staan we op stenen en hebben we een stuk groen naast de motorhome. We hebben ook stroom.

In de voormiddag bezoeken we nog de brouwerij, waar we het plaatselijke bier ‘Rochehaut’ in verschillende smaken aankopen. Er is ook een agri museum en dierenpark gelegen. Dit bezoeken we niet.

’s Middags wandelen we naar het zeer gezellige centrum, wat op 200m van de camperplaats gelegen is. We kiezen een plaatje op het terras van een restaurant. Aan restaurants geen gebrek hier in Rochehaut. De uitbaters van de restaurants waren blijkbaar verrast door de vele aanwezige toeristen. De eerste maal tijdens onze reis dat we veel volk samen zien.

Na een heerlijk menu wandelen we naar het “point de vue”. Zoals zijn naam verraadt ligt Rochehaut vrij hoog gelegen en heeft een speciale ligging. Het geeft het dorp uitzicht over één van de mooiste panorama's van het land. In de vallei omgeeft een lus van de Semois het dorpje Frahan. Een prachtig zicht met de kapel, huizen met leistenen daken en oude brug over de rivier.

Terug op de camperplaats is het plots gedaan met het mooie weer. De bewolking en de wind nemen fors toe. Het begint te regenen, hard te regenen, donder en bliksem.
Dag 18
Het is koud en nat en … we rijden huiswaarts. De eerste reis van 2020 zit er op.

Algemene indruk

We hadden een rustige vakantie, alhoewel we vele kilometers gestapt en gewandeld hebben.  Mooie streken en plaatsen ontdekt in eigen land. We ontmoetten zeer vriendelijke mensen en hebben zeer lekker kunnen eten.
Toch was het speciaal, onnatuurlijk. Geen buitenlandse toeristen, veel plaats op campings, weinig volk op de toeristische trekpleisters. Waar het druk was, waren enkel lokale bewoners. De coronamaatregelen alom aanwezig. De horeca en winkels die voorzichtig weer opstartten. Een trend voor de gehele zomer!
Ondanks dit alles waren er geen belemmeringen om te genieten.
Overzicht overnachtingen
Camping Natuurlijk Limburg - Roodbos 3, 3791 Remersdaal – acsi 18,5€/nacht (toeristenbelasting (TB) inbegrepen)) – alle voorzieningen, aan sanitaire blok is zuil waar water kan afgenomen worden (1€) en wc cassette geleegd kan worden, doch op camping zijn kranen aanwezig waar water kan getankt worden – zeer mooi en proper sanitair – broodjesservice – restaurant met lekkere gerechten – alle dorpen liggen op fietsafstand – supermarkten op 5 km in Aubel – rustige camping aan rand van bos, wandelroutes vertrekkende aan camping,  zeer vriendelijke uitbaters.

Camping Eau-zone - Rue de Fonzays 10, 6990 Hotton – GPS: N 50.27095, E 5.43833 -  acsi 18€/nacht (electra inbegrepen) – zeer ruime plaatsen – water aan de plaatsen (doch de meeste kranen waren afgesloten) – verouderde camping met oud sanitair, er was op het ogenblik dat wij ter plaatse waren geen warm water; de gasflessen waren leeg! Heb de indruk dat er niet veel meer aan camping gedaan wordt, alle aandacht gaat naar het andere domein van dezelfde uitbaters, zeker in het laagseizoen – gelegen aan de Ourthe - dorp op 500m; daar is ook de lozingsplaats gelegen voor het grijs water. Is officiële camperplaats in de Rue du Batty (achter de kerk) -

Camping Halliru - Halliru 1, 6830 Bouillon – 19,5€/nacht – voorzieningen, geen lozingsplaats grijs water – mooie plaatsen aan de oever van de Semois – je staat er tussen de residentiele bewoners, kan er luidruchtig aan toe gaan  – sanitair blok verouderd maar proper – jeton douche 1,5€, warm water ruim voldoende – ligt hoger gelegen wat telkens klimmen is – onmiddellijk aan camping vertrekt wandelweg naar centrum van Bouillon, 2km

Le Palis - Officiële camperplaats - Le Routi 25, 6830 Rochehaut - GPS: n49.84156 o5.01073 – 39pl/15€ - alle voorzieningen inbegrepen – mooie plaatsen op grind, met strook gras aan camper - zeer vriendelijke en behulpzame uitbater – er kan gereserveerd worden en is vlug volzet op speciale momenten – dorp met vele restaurants op 100m

De meeste verplaatsingen deden we te voet vanaf de verschillende campings en camperplaats. In de gemeenten die we bezochten met de motorhome vonden we een degelijke parkeerplaats:

’s Gravenvoeren: Parking ’s Gravenvoeren - Boomstraat 29, 3798 ’s-Gravenvoeren - GPS: N 50.75658, E 5.76013 – is tevens officiële camperplaats 20pl, doch er kunnen meer campers staan aangezien het een gemengde parking is – geen voorzieningen – 150m van centrum
Sint-Pieters-Voeren: Sint-Pieterstraat, 3792 Voeren - parking aan kerk, er kunnen meerdere campers staan.
Tilff: wij parkeerden in de Quai de l'Ourthe, een zijstraatje dat uitkomt aan de Ourthe – centrum lag op 750m – doch er zijn meerdere parkeermogelijkheden.
La Roche-en-Ardenne: wij parkeerden op de betalende parking Rue du Balloir 5, was mogelijk aangezien het er niet druk was. De meeste parkeerplaatsen in het centrum zijn enkel geschikt voor personenauto’s.
Chassepierre: overal in het dorp is er parkeermogelijkheid.

E-mail: info@dmcamperreizen.be

Copyright © DMCamperreizen 2018.
All right reserved.
Overzicht overnachtingen
Camping Natuurlijk Limburg - Roodbos 3, 3791 Remersdaal – acsi 18,5€/nacht (toeristenbelasting (TB) inbegrepen)) – alle voorzieningen, aan sanitaire blok is zuil waar water kan afgenomen worden (1€) en wc cassette geleegd kan worden, doch op camping zijn kranen aanwezig waar water kan getankt worden – zeer mooi en proper sanitair – broodjesservice – restaurant met lekkere gerechten – alle dorpen liggen op fietsafstand – supermarkten op 5 km in Aubel – rustige camping aan rand van bos, wandelroutes vertrekkende aan camping,  zeer vriendelijke uitbaters.

Camping Eau-zone - Rue de Fonzays 10, 6990 Hotton – GPS: N 50.27095, E 5.43833 -  acsi 18€/nacht (electra inbegrepen) – zeer ruime plaatsen – water aan de plaatsen (doch de meeste kranen waren afgesloten) – verouderde camping met oud sanitair, er was op het ogenblik dat wij ter plaatse waren geen warm water; de gasflessen waren leeg! Heb de indruk dat er niet veel meer aan camping gedaan wordt, alle aandacht gaat naar het andere domein van dezelfde uitbaters, zeker in het laagseizoen – gelegen aan de Ourthe - dorp op 500m; daar is ook de lozingsplaats gelegen voor het grijs water. Is officiële camperplaats in de Rue du Batty (achter de kerk) -

Camping Halliru - Halliru 1, 6830 Bouillon – 19,5€/nacht – voorzieningen, geen lozingsplaats grijs water – mooie plaatsen aan de oever van de Semois – je staat er tussen de residentiele bewoners, kan er luidruchtig aan toe gaan  – sanitair blok verouderd maar proper – jeton douche 1,5€, warm water ruim voldoende – ligt hoger gelegen wat telkens klimmen is – onmiddellijk aan camping vertrekt wandelweg naar centrum van Bouillon, 2km

Le Palis - Officiële camperplaats - Le Routi 25, 6830 Rochehaut - GPS: n49.84156 o5.01073 – 39pl/15€ - alle voorzieningen inbegrepen – mooie plaatsen op grind, met strook gras aan camper - zeer vriendelijke en behulpzame uitbater – er kan gereserveerd worden en is vlug volzet op speciale momenten – dorp met vele restaurants op 100m

De meeste verplaatsingen deden we te voet vanaf de verschillende campings en camperplaats. In de gemeenten die we bezochten met de motorhome vonden we een degelijke parkeerplaats:

’s Gravenvoeren: Parking ’s Gravenvoeren - Boomstraat 29, 3798 ’s-Gravenvoeren - GPS: N 50.75658, E 5.76013 – is tevens officiële camperplaats 20pl, doch er kunnen meer campers staan aangezien het een gemengde parking is – geen voorzieningen – 150m van centrum
Sint-Pieters-Voeren: Sint-Pieterstraat, 3792 Voeren - parking aan kerk, er kunnen meerdere campers staan.
Tilff: wij parkeerden in de Quai de l'Ourthe, een zijstraatje dat uitkomt aan de Ourthe – centrum lag op 750m – doch er zijn meerdere parkeermogelijkheden.
La Roche-en-Ardenne: wij parkeerden op de betalende parking Rue du Balloir 5, was mogelijk aangezien het er niet druk was. De meeste parkeerplaatsen in het centrum zijn enkel geschikt voor personenauto’s.
Chassepierre: overal in het dorp is er parkeermogelijkheid.


E-mail: info@dmcamperreizen.be

Copyright © DMCamperreizen 2018.
All right reserved.
Overzicht overnachtingen
Camping Natuurlijk Limburg - Roodbos 3, 3791 Remersdaal – acsi 18,5€/nacht (toeristenbelasting (TB) inbegrepen)) – alle voorzieningen, aan sanitaire blok is zuil waar water kan afgenomen worden (1€) en wc cassette geleegd kan worden, doch op camping zijn kranen aanwezig waar water kan getankt worden – zeer mooi en proper sanitair – broodjesservice – restaurant met lekkere gerechten – alle dorpen liggen op fietsafstand – supermarkten op 5 km in Aubel – rustige camping aan rand van bos, wandelroutes vertrekkende aan camping,  zeer vriendelijke uitbaters.

Camping Eau-zone - Rue de Fonzays 10, 6990 Hotton – GPS: N 50.27095, E 5.43833 -  acsi 18€/nacht (electra inbegrepen) – zeer ruime plaatsen – water aan de plaatsen (doch de meeste kranen waren afgesloten) – verouderde camping met oud sanitair, er was op het ogenblik dat wij ter plaatse waren geen warm water; de gasflessen waren leeg! Heb de indruk dat er niet veel meer aan camping gedaan wordt, alle aandacht gaat naar het andere domein van dezelfde uitbaters, zeker in het laagseizoen – gelegen aan de Ourthe - dorp op 500m; daar is ook de lozingsplaats gelegen voor het grijs water. Is officiële camperplaats in de Rue du Batty (achter de kerk) -

Camping Halliru - Halliru 1, 6830 Bouillon – 19,5€/nacht – voorzieningen, geen lozingsplaats grijs water – mooie plaatsen aan de oever van de Semois – je staat er tussen de residentiele bewoners, kan er luidruchtig aan toe gaan  – sanitair blok verouderd maar proper – jeton douche 1,5€, warm water ruim voldoende – ligt hoger gelegen wat telkens klimmen is – onmiddellijk aan camping vertrekt wandelweg naar centrum van Bouillon, 2km

Le Palis - Officiële camperplaats - Le Routi 25, 6830 Rochehaut - GPS: n49.84156 o5.01073 – 39pl/15€ - alle voorzieningen inbegrepen – mooie plaatsen op grind, met strook gras aan camper - zeer vriendelijke en behulpzame uitbater – er kan gereserveerd worden en is vlug volzet op speciale momenten – dorp met vele restaurants op 100m

De meeste verplaatsingen deden we te voet vanaf de verschillende campings en camperplaats. In de gemeenten die we bezochten met de motorhome vonden we een degelijke parkeerplaats:

’s Gravenvoeren: Parking ’s Gravenvoeren - Boomstraat 29, 3798 ’s-Gravenvoeren - GPS: N 50.75658, E 5.76013 – is tevens officiële camperplaats 20pl, doch er kunnen meer campers staan aangezien het een gemengde parking is – geen voorzieningen – 150m van centrum
Sint-Pieters-Voeren: Sint-Pieterstraat, 3792 Voeren - parking aan kerk, er kunnen meerdere campers staan.
Tilff: wij parkeerden in de Quai de l'Ourthe, een zijstraatje dat uitkomt aan de Ourthe – centrum lag op 750m – doch er zijn meerdere parkeermogelijkheden.
La Roche-en-Ardenne: wij parkeerden op de betalende parking Rue du Balloir 5, was mogelijk aangezien het er niet druk was. De meeste parkeerplaatsen in het centrum zijn enkel geschikt voor personenauto’s.
Chassepierre: overal in het dorp is er parkeermogelijkheid.

E-mail: info@dmcamperreizen.be

Copyright © DMCamperreizen 2018.
All right reserved.