10.04.2023 - Authentiek Nederland (NL)
Maandag 10 april 2023 - Eindelijk ... ons reisseizoen kan beginnen. Onze eerste trip is goed voor een rondje authentiek Nederland.
Op onze eerste stopplaats kunnen we onmiddellijk de sfeer van een authentiek vissersdorp opsnuiven.
We staan in Bunschoten-Spakenburg. Ons plekje in de jachthaven Nieuwboer heeft een mooi uitzicht op het Eemmeer, een meer dat via andere meren in verbinding staat met het IJsselmeer.
We lopen langs de museumhaven het historische hart van het dorp Spakenburg binnen. De scheepstimmerwerf (de oudste Botterwerf van Nederland) in de oude haven is nog steeds in werking. Er liggen tientallen botters aangemeerd.
Alle activiteit is gecentreerd rond het Dorpsplein, doch alle winkels zijn gesloten gezien het paasmaandag is.
Ondertussen is het beginnen regenen en de weinige toeristen zoeken een overdekt terras op.
Wijzelf brengen een bezoekje aan het museum Spakenburg, waar we de geschiedenis van het dorp induiken.
We sluiten dit bezoek af met een koffie en de lokale lekkernij: een Spakenburgse koek - een soort droge koek met veel boter en afgewerkt met suikerglazuur.
Dag 2
Na een hevige nacht met stormwinden, veel regen en onweer starten we de dag met de zon die door de wolken breekt.
Na het opruimen rijden we verder en komen toe in het Hanzestadje Elburg. We parkeren aan de rand van het stadje, op 450 m van het historische centrum. We staan op de grote gratis parking De oude vos aan de Havenkade. Er zijn op de parking 15 voorbehouden plaatsen voor campers.
De kern was vroeger volledig omwald en de prachtig bewaarde stadsgracht omringd nog steeds de binnenstad.
We wandelen de stad binnen via de Vischpoort, één van de vroegere toegangspoorten. We stappen letterlijk een wereld vol monumenten binnen. Het ene historische gebouw ligt er naast het andere. De kleine huisjes in de pittoreske binnenstraatjes stralen bij het voorbijwandelen.
Elburg is echt een parel om te bezoeken en ontdekken. Het enige nadeel: je bent na een uurtje rondgewandeld. De rechthoekige oude kern is amper 250 bij 350 m groot.
Je kan je wandeling wel uitbreiden. Buiten de wallen wandel je door een prachtige omgeving.
Na ons bezoek aan dit prachtig stadje vervolgen we onze speurtocht en rijden Flevoland binnen tot op het voormalige eiland Urk.
Spijtig genoeg staat de camperplaats Haven aan de Schipperkade (pal in het centrum) vol. Er kan wel geparkeerd worden op de grote omringende parking, maar overnachten is er verboden. Ik twijfel er niet aan dat er verscheidenen toch de nacht zullen doorbrengen, maar wij besluiten om verderop een plaats te nemen voor de nacht. En dit in Camperpark ’t Urkerbos (een mooie camperplaats met alle voorzieningen net voor de campingpoort) op een 3tal km van het centrum van Urk. Een afstand die met de fiets perfect te overbruggen is, maar wij doen alles te voet.
Maar niet getreurd, morgenochtend rijden we terug naar de haven. We zien wel of er dan een plaatsje vrij is op de camperplaats. Nu genieten we nog tot de avond van de zon die volop scheen.

Dag 3
Opnieuw hadden we een nacht met hevige regenbuien. Gelukkig stonden we op grove gravé stenen. Het grasgedeelte was onder water gelopen. Om 9.30u stopt het met regenen.
Zoals gezegd rijden we, na het ontbijt en het dagelijkse ledigen van tanks en dergelijke, naar het dorp Urk.
Urk was vroeger een eiland, maar na de drooglegging van delen van de voormalige Zuiderzee, die zo Flevoland vormden, werd het eiland met een dijk verbonden aan het vasteland en was Urk geen eiland meer. Toch zeggen inwoners nog altijd: we zijn ‘op Urk’ in plaats van ‘in Urk’.
Het is 10u als we toekomen op de camperplaats Haven, pal in het centrum van Urk. Nog steeds is deze volzet, maar algauw krijgen we een plaatsje aangeboden door vertrekkende camperaars.
Zo, toch gelukt. Na installatie van de camper verkennen we het dorp. Er heerst nog steeds een groot eilandgevoel en we worden overal vriendelijk aangesproken door de lokale bewoners.
Hou er wel rekening mee dat de zondag een rustdag is voor de nog steeds zeer gelovige Urkers. Je kan je bezoek aan het dorp het best tijdens de week of op zaterdag plannen.
Nadat we de werkhaven rondliepen wandelen we door de oude steegjes (‘ginkies’) richting het vissersmonument. Deze typische steegjes geven toegang tot de achterkant van de kleine huisjes. De voorkanten zijn dan aan de parallelle straat gelegen.
We wandelen verder, o.a. langs het museum Het Oude Raadhuis, en arriveren aan het kerkje aan de zee, met daarachter het Urker vissersmonument. Dit is misschien wel de mooiste plek van het dorp.
Het beeld zelf is een vissersvrouw die over zee kijkt waarvan haar man of geliefde zou moeten terugkeren. Zelf staren we minutenlang over het water, een zeer rustig moment.
Het monument is een eerbetoon aan de vissers die overleden zijn op zee. Er staan meer dan 350 namen op de stenen rondom het monument. We keken naar de leeftijden en stelden was dat de jongsten nog kinderen waren, amper 10 en 12 jaar. Wanneer er nu nog vissers overlijden op zee, worden hun namen erbij gezet.
We vervolgen onze wandeling langs het water tot aan de vuurtoren. Verderop bereiken we de botterschuur aan de oude haven, de plaats waar de botters (oud Nederlandse vissersschepen) ambachtelijk gerepareerd en onderhouden worden.
Het is ondertussen al na de middag en op aanraden van lokale bewoners begeven we ons naar het restaurant het achterhuis in de werkhaven. Vanaf de tweede verdieping genieten we van het uitzicht over het water en een heerlijke vismaaltijd.
Na de lunch is het tijd om nog een beetje geschiedenis op te snuiven en bezoeken we het museum gelegen in het Oude raadhuis. We komen er veel te weten over de traditionele klederdrachten en Urk toen het nog een eiland was.
Via het museum hebben we ook toegang tot een oude visserswoning, ingericht als in de tijd van toen.
Onze ontdekking van Urk sluiten we af in de Oude Bakkerij, en dit met een koffie/thee, een heerlijk gebakje en een gezellige babbel met de bakkerin.
Dag 4 en 5
Ondanks we pal in het centrum van Urk (aan de werkhaven ) stonden en er overdag veel lawaai en verkeer was, hadden we een rustige nacht.
We begeven ons terug op weg en we verlaten Flevoland. Via de provincie Utrecht rijden we Noord-Holland binnen. Onze bestemming is Alkmaar 118 km noordwaarts. Tegen de middag arriveren we op de camping van Alkmaar, waar we een plaatsje voor 2 nachten boeken.
Het is bewolkt en nog steeds zijn er hevige rukwinden. De rest van de namiddag en avond houden we het rustig en blijven in de warmte van de motorhome.
Alkmaar staat bekend als dé kaasstad van Nederland en vandaag, dag 5, is het vrijdag, de dag waarop de belangrijkste attractie van Alkmaar plaatsvindt, namelijk de wekelijkse kaasmarkt op het Waagplein.
Aan de campingpoort nemen we de bus naar het station van Alkmaar, vanwaar we dan op ons gemak naar het centrum wandelen.
De markt is zeer populair in binnen- en buitenland en zeer toeristisch. Dat ondervonden we onmiddellijk wanneer we op het Waagplein toe kwamen. De markt start om 10u en wij waren er om 10.15u. Het was drummen tussen de massa, hoofdzakelijk Duitse toeristen. Ze stonden rijen dik en vergaapten zich aan de activiteiten op het plein. Aan de tribune konden we toch een plaatsje bemachtigen, zodanig we toch iets zagen van het schouwspel.
De markt zelf is een eeuwenoude traditie waarbij handelaren hun kaas verhandelen, dit sinds het jaar 1365! Er zijn echte marktmeesters aanwezig die in de gaten houden of de kazen van goede kwaliteit zijn. Er ligt wel 30.000 kilo aan kaas op de markt! De kaasmeisjes lopen vrolijk langs het volk en verkopen zakken met beemsterkazen. De kaasdragers, met hun witte pakken en gekleurden strooien hoeden, lopen met hun houten berrie’s af en aan op het plein (een berrie is een groot plateau waarop 8 kazen vervoerd worden). 2 kaasdragers hangen de berrie aan hun schouders om ze te dragen en kan ruim 100 kilo wegen!
Na de prijsafspraak van de kazen (de bollen zijn allemaal goudakaas) lopen de kaasdragers met de kazen naar de weegschaal en daarna terug. De “gooiers” gooien de kazen dan naar elkaar om ze op karren te laden en zo de markt te verlaten.
Op het einde van de markt werden alle tulpen (met bol) die tussen de kazen stonden gratis uitgedeeld aan de toeschouwers. De kaasmarkt is een echt schouwspel dat je moet gezien hebben wanneer je in de buurt bent!
Het is ondertussen middag en tijd voor de lunch. Na het eten wandelen we rustig rond in de oude stad, want Alkmaar heeft meer te bieden dan de kaasmarkt alleen. We kuieren langs de oude huisjes met hun zadeldaken en trapgevels, het stadhuis, In de Langestraat, de winkelstraat, heerst er een gezellige drukte. Wens je meer geschiedenis op te snuiven, dan kan je het Biermuseum of het Beatlesmuseum bezoeken. Uiteraard is er ook het Kaasmuseum op het Waagplein.
Om onze vermoeide benen een beetje te laten rusten schepen we in op een toeristenboot voor een tochtje op de Alkmaarse grachten.
Het water stond hoog en de bruggen zijn laag, dus was het opletten geblazen wanneer er onder een brug werd gevaren. We moesten letterlijk volledig voorover gebogen liggen om met het hoofd niet in contact te komen met de harde rand van de bruggetjes. Het was hilarisch om zien hoe iedereen plat ging.
Maar het was genieten op het water en we kregen een gans andere kijk op de bezienswaardigheden. We voeren o.a. langs één van de zes overgebleven “hofjes” (binnenplaats met daaromheen kleine huisjes, vaak verscholen achter een poort), nl. het Wildemanshofje, gelegen achter een prachtig gebouw met een groot beeld van Hercules in de gevel. Vroeger was dit hofje bedoeld voor bejaarde weduwen en vandaag de dag wonen hier ook alleen maar vrouwen.
Op de terugweg naar de camping, met de bus, genoten we nog na van onze dag.
10.04.2023 - Authentiek Nederland (NL)
Maandag 10 april 2023 - Eindelijk ... ons reisseizoen kan beginnen. Onze eerste trip is goed voor een rondje authentiek Nederland.
Op onze eerste stopplaats kunnen we onmiddellijk de sfeer van een authentiek vissersdorp opsnuiven.
We staan in Bunschoten-Spakenburg. Ons plekje in de jachthaven Nieuwboer heeft een mooi uitzicht op het Eemmeer, een meer dat via andere meren in verbinding staat met het IJsselmeer.
We lopen langs de museumhaven het historische hart van het dorp Spakenburg binnen. De scheepstimmerwerf (de oudste Botterwerf van Nederland) in de oude haven is nog steeds in werking. Er liggen tientallen botters aangemeerd.
Alle activiteit is gecentreerd rond het Dorpsplein, doch alle winkels zijn gesloten gezien het paasmaandag is.
Ondertussen is het beginnen regenen en de weinige toeristen zoeken een overdekt terras op.
Wijzelf brengen een bezoekje aan het museum Spakenburg, waar we de geschiedenis van het dorp induiken.
We sluiten dit bezoek af met een koffie en de lokale lekkernij: een Spakenburgse koek - een soort droge koek met veel boter en afgewerkt met suikerglazuur.
Dag 2
Na een hevige nacht met stormwinden, veel regen en onweer starten we de dag met de zon die door de wolken breekt.
Na het opruimen rijden we verder en komen toe in het Hanzestadje Elburg. We parkeren aan de rand van het stadje, op 450 m van het historische centrum. We staan op de grote gratis parking De oude vos aan de Havenkade. Er zijn op de parking 15 voorbehouden plaatsen voor campers.
De kern was vroeger volledig omwald en de prachtig bewaarde stadsgracht omringd nog steeds de binnenstad.
We wandelen de stad binnen via de Vischpoort, één van de vroegere toegangspoorten. We stappen letterlijk een wereld vol monumenten binnen. Het ene historische gebouw ligt er naast het andere. De kleine huisjes in de pittoreske binnenstraatjes stralen bij het voorbijwandelen.
Elburg is echt een parel om te bezoeken en ontdekken. Het enige nadeel: je bent na een uurtje rondgewandeld. De rechthoekige oude kern is amper 250 bij 350 m groot.
Je kan je wandeling wel uitbreiden. Buiten de wallen wandel je door een prachtige omgeving.
10.04.2023 - Authentiek Nederland  (NL)
Maandag 10 april 2023 - Eindelijk ... ons reisseizoen kan beginnen. Onze eerste trip is goed voor een rondje authentiek Nederland.
Op onze eerste stopplaats kunnen we onmiddellijk de sfeer van een authentiek vissersdorp opsnuiven.
We staan in Bunschoten-Spakenburg. Ons plekje in de jachthaven Nieuwboer heeft een mooi uitzicht op het Eemmeer, een meer dat via andere meren in verbinding staat met het IJsselmeer.
We lopen langs de museumhaven het historische hart van het dorp Spakenburg binnen. De scheepstimmerwerf (de oudste Botterwerf van Nederland) in de oude haven is nog steeds in werking. Er liggen tientallen botters aangemeerd.
Alle activiteit is gecentreerd rond het Dorpsplein, doch alle winkels zijn gesloten gezien het paasmaandag is.
Ondertussen is het beginnen regenen en de weinige toeristen zoeken een overdekt terras op.
Wijzelf brengen een bezoekje aan het museum Spakenburg, waar we de geschiedenis van het dorp induiken.
We sluiten dit bezoek af met een koffie en de lokale lekkernij: een Spakenburgse koek - een soort droge koek met veel boter en afgewerkt met suikerglazuur.
Dag 2
Na een hevige nacht met stormwinden, veel regen en onweer starten we de dag met de zon die door de wolken breekt.
Na het opruimen rijden we verder en komen toe in het Hanzestadje Elburg. We parkeren aan de rand van het stadje, op 450 m van het historische centrum. We staan op de grote gratis parking De oude vos aan de Havenkade. Er zijn op de parking 15 voorbehouden plaatsen voor campers.
De kern was vroeger volledig omwald en de prachtig bewaarde stadsgracht omringd nog steeds de binnenstad.
We wandelen de stad binnen via de Vischpoort, één van de vroegere toegangspoorten. We stappen letterlijk een wereld vol monumenten binnen. Het ene historische gebouw ligt er naast het andere. De kleine huisjes in de pittoreske binnenstraatjes stralen bij het voorbijwandelen.
Elburg is echt een parel om te bezoeken en ontdekken. Het enige nadeel: je bent na een uurtje rondgewandeld. De rechthoekige oude kern is amper 250 bij 350 m groot.
Je kan je wandeling wel uitbreiden. Buiten de wallen wandel je door een prachtige omgeving.
Na ons bezoek aan dit prachtig stadje vervolgen we onze speurtocht en rijden Flevoland binnen tot op het voormalige eiland Urk.
Spijtig genoeg staat de camperplaats Haven aan de Schipperkade (pal in het centrum) vol. Er kan wel geparkeerd worden op de grote omringende parking, maar overnachten is er verboden. Ik twijfel er niet aan dat er verscheidenen toch de nacht zullen doorbrengen, maar wij besluiten om verderop een plaats te nemen voor de nacht. En dit in Camperpark ’t Urkerbos (een mooie camperplaats met alle voorzieningen net voor de campingpoort) op een 3tal km van het centrum van Urk. Een afstand die met de fiets perfect te overbruggen is, maar wij doen alles te voet.
Maar niet getreurd, morgenochtend rijden we terug naar de haven. We zien wel of er dan een plaatsje vrij is op de camperplaats. Nu genieten we nog tot de avond van de zon die volop scheen.
Dag 3
Opnieuw hadden we een nacht met hevige regenbuien. Gelukkig stonden we op grove gravé stenen. Het grasgedeelte was onder water gelopen. Om 9.30u stopt het met regenen.
Zoals gezegd rijden we, na het ontbijt en het dagelijkse ledigen van tanks en dergelijke, naar het dorp Urk.
Urk was vroeger een eiland, maar na de drooglegging van delen van de voormalige Zuiderzee, die zo Flevoland vormden, werd het eiland met een dijk verbonden aan het vasteland en was Urk geen eiland meer. Toch zeggen inwoners nog altijd: we zijn ‘op Urk’ in plaats van ‘in Urk’.
Het is 10u als we toekomen op de camperplaats Haven, pal in het centrum van Urk. Nog steeds is deze volzet, maar algauw krijgen we een plaatsje aangeboden door vertrekkende camperaars.
Zo, toch gelukt. Na installatie van de camper verkennen we het dorp. Er heerst nog steeds een groot eilandgevoel en we worden overal vriendelijk aangesproken door de lokale bewoners.
Hou er wel rekening mee dat de zondag een rustdag is voor de nog steeds zeer gelovige Urkers. Je kan je bezoek aan het dorp het best tijdens de week of op zaterdag plannen.
Nadat we de werkhaven rondliepen wandelen we door de oude steegjes (‘ginkies’) richting het vissersmonument. Deze typische steegjes geven toegang tot de achterkant van de kleine huisjes. De voorkanten zijn dan aan de parallelle straat gelegen.
Dag 6
Vandaag zijn we in Edam. Je raadt het al, kaas staat opnieuw in het middelpunt. Edammer kaas is bij iedereen bekend als het kleine rode bolletje, maar grappig genoeg kwamen we in geheel Edam geen enkel rood bolletje tegen. Traditioneel heeft de Edammer een gele korst. Het vreemde is wel dat deze kaas niet veel wordt gegeten in Nederland zelf, in tegenstelling tot het buitenland, de meeste is dan ook voor de export.
We installeren de motorhome op camping strandbad, en dit op 30m van het Ijsselmeer. Het weer valt nog altijd wat tegen en de wind giert krachtig over het donkere water, zo krachtig dat we de deur van de camper met beide handen moeten tegenhouden bij het openen er van. Onze ganse verblijf op de camping hebben we het gezelschap van vier eenden, die iedere keer komen aangewaggeld wanneer ik de deur open. Het feit dat ze een paar keren een broodkorst kregen zal er wel iets mee te maken hebben.
Na de middag wandelen we richting oude stad. Het is een mooie wandeling langs de grachten met zijn typische bruggetjes. De eerste die we tegenkomen is de Pietersbrug, een houten ophaalbrug, met bovenaan de balans, twee armen met aan de ene zijde een zwaar gewicht.
Na meer dan 2 km bereiken we de rand van het centrum. Aan de gracht zijn de oude kaaspakhuizen gelegen, van waaruit de kaas over het water vervoerd werd.
Al snel komen we op de centrale plaats, het Damplein. Hierrond zijn de meeste bezienswaardigheden gelegen: het raadhuis, het oude postgebouw, de 15e eeuwse speeltoren met zijn klokkenspel, … en de grote kaaswinkel. Deze werd overspoeld door de vele toeristen, die speciaal uit alle uithoeken van Europa (maar toch voornamelijk Duitsland) gekomen waren om kaas te kopen, maar nog meer te proeven. Er was de Edammer, maar het grootste gedeelte waren Goudse kazen in alle smaken (komijn, peper, groene pesto, hot chili, truffel, lavendel, …). 
Ook wij lieten ons verleiden om een bolletje mee te nemen, doch we hadden ervoor al een bijhuis van de winkel bezocht. Deze was iets verderop gelegen op het Nieuwenhuyzepleintje en het was er véél rustiger. Van het Volendamse verkoopstertje kregen we een mooie uitleg over de Edammer kaas. Het is hier dat wij ons voorraadje kaas aankochten.
Terug naar onze rondgang: we wandelden verder langs de leuke straatjes, vol met authentieke huisjes. Aan de achterzijde lagen hun bootjes in de grachten, waar de waterstand geregeld werd door het dienaarssluisje.
Iets verderop bereiken we één van de oudste bruggetjes van Edam: de Kwakelbrug. Het is een smalle, houten voetgangersbrug uit de 18e eeuw. Het is ook een ophaalbrug en de bewoners noemen het ook wel eens een wipbrug. Naast de Kwakelbrug lig een klein scheepswerfje.
Nog even slenteren we door langs de historische geveltjes, om alvorens naar de camping terug te keren, even na te genieten op het terras van het oude postgebouw.
Dag 7
Het is en blijft een druilige dag; bewolkt, wind en af en toe wat motregen. Doch we laten het weer geen spelbreker zijn en begeven ons in de namiddag met de motorhome naar het eiland Marken in het Ijsselmeer. Eigenlijk is het geen eiland meer, aangezien het met een dijk en weg verbonden is aan het vasteland.
We parkeren de motorhome op de grote centrale parking en nemen de tijd om te bekijken wat het eiland te bieden heeft. Hier vinden we nog het echte oud-Holland!

Het weer is ons goedgezind; de wind verdween bijna en soms brak de zon door de wolken. We verlaten de parking via de Beatrixbrug en starten in de havenbuurt (
n.v.d.r. alle bruggetjes kregen de naam van een Nederlandse koningin. Het laatste brugje kreeg de naam Maxima. In de toekomst zullen ze een andere oplossing moeten zoeken voor de Nederlandse koninginnen, de eilandbewoners weten het ook niet). We wandelen langs de echt oude huisjes en huisjes die op palen zijn gebouwd. Deze dateren van de in tijd dat het eiland regelmatig onder water liep. Maar door de indijking van het Ijsselmeer en de dijken rondom het eiland behoort het onderwaterlopen tot de verleden tijd. Het nut van de palen verdween en daardoor werd er onder de huizen nog woonruimte gebouwd, echt uniek in hun soort.
Verderop bereiken we de oude haven waar het ene viskraampje naast het ander gelegen is, maar vandaag is het zondag en zijn ze allen gesloten. De sterk religieuze bevolking houdt zich aan hun rustdag ondanks de vele drommen toeristen. De charmante winkeltjes zijn wel open.
Door smalle steegjes wandelen we verder en via de Wilhelminabrug komen in de Kerkbuurt. Opnieuw het ene oude huisje naast het ander en tussen de huisjes nog smallere steegjes.
Het is net of we in een openluchtmuseum lopen. Niets is minder waar; de huisjes zijn allen bewoond en een paar keer per jaar wordt zelfs de traditionele kledij nog uit de kleerkast gehaald.
We verlaten het toeristische gedeelte en wandelen naar nog een authentiek gedeelte van het eiland. De bewoning van het eiland werd gesticht door een kloostergemeenschap. Als bescherming tegen het water werden heuvels (terpen) aangelegd waarop dicht bij elkaar huizen werden gebouwd. De kerk in de Kerkbuurt staat op het hoogste punt van de grootste terp. In Marken zeggen ze echter werf tegen een terp.
We wandelen nog langs drie bebouwde werven: Wittewerf, Grotewerf en Rozewerf.
Deze laatste is aan het water gelegen en wordt beschermd door 12 ijsbrekers. Deze palen dienden om te voorkomen dat er na een strenge winter drijfijs door de wind zou opgestuwd worden en zo de dijk, die de werf beschermt, zou beschadigen.
De vuurtoren (het paard van Marken) was voor ons iets te ver om nog te bezoeken.
Dag 8
Welkom in Volendam. Opnieuw ontdekken we een pareltje, op naar een dagje authenticiteit. We plaatsen de motorhome op 1,3 km van het centrum en dit op het camperpark - Marinapark Volendam. Een plaats met alle voorzieningen. In tegenstelling tot de voorgaande dagen (het merendeel van de campers waren Duitsers), zijn het nu de Fransen die de overhand hebben. 
Het oorspronkelijke vissersdorp telde door zijn gunstige ligging aan het water veel vissers. Het dorp is nog steeds gekend voor zijn gerookte paling. De bevolking week ook af van de rest van de provincie; ze waren niet enkel grotendeels katholiek, maar hadden ook een eigen klederdracht en dialect. Sporadisch kan je nog iemand tegenkomen die de traditionele kleding draagt, wij niet spijtig.
Na de middag breekt de zon door de wolken en via de Hoogdijk en de windmolen met zijn tulpenveld wandelen we richting oude haven.
Bij het naderen werd het toeristisch karakter wel  duidelijk. Grote getale buitenlanders, die met bussen waren afgezet, kuierden langs de haven. Ze vergaapten zich aan de leuke vissershuisjes en de vele souvenirwinkels.
Maar het echte oude vissersleven speelde zich achter deze havenkant af. De massa’s toeristen lopen er gewoon voorbij en hebben enkel oog voor de winkeltjes en terrasjes. Wij ook, maar we willen meer zien. Op verschillende plaatsen zie je trappen die naar het lager gelegen gedeelte leiden. We dalen de trappen af en komen in het Doolhof terecht. In deze oudste buurt van het dorp staan heel leuke, maar vooral authentieke vissershuisjes. De huisjes zijn er niet volgens een vast omlijnd stratenpatroon gebouwd en we wandelen letterlijk door een doolhof van straatjes, met originele namen zoals: Doolhof, Oude Kom, het Dril, Havendijkje en Meerzijde. Het is er aangenaam wandelen en zoals gezegd kom er veel minder toeristen tegen.
De zon is al de ganse namiddag aanwezig en is het, na onze rondgang in het doolhof, genieten op van een verfrissing op één van de vele terrassen aan de haven.
Een weetje: aan deze haven kan je ferryboot nemen naar Marken.  Het eiland dat we gisteren bezochten.
En uiteraard konden wij ook niet aan verleiding weerstaan en lieten we een foto van ons nemen in traditionele klederdracht. Er zijn aan de haven verschillende zaken waar je zo’n foto kan laten nemen, maar wij gingen bij foto De Boer. Het was een leuke afsluiter van een dagje Volendam.
Dag 9
Op een 8tal km van Volendam is Monnickendam gelegen. Bedoeling is om ook daar op ontdekking te gaan.
We volgen de gps coördinaten en komen op parkings midden een wandelgebied terecht. Geen camperplaats te bespeuren.
We zoeken het adres op en na vele omwegen vinden we het havenkantoortje. De ganse omgeving van de jachthaven is in heraanleg, baantjes zijn verdwenen of afgesloten, andere werden nieuw aangelegd. Niet moeilijk dat de gps geen raad wist.
We bereiken tenslotte toch de camperplaats jachthaven Waterland. We hebben een mooi plekje met zicht op het water.
Na het middageten begeven ons richting oude stad, wat ongeveer 800m van de camperplaats verwijderd is.
Net zoals Volendam is Monnickendam aan het Markermeer gelegen, een klein oud vissersdorpje met een geschiedenis dat terug gaat tot de middeleeuwen. Doch uit dit verleden is enkel de Speeltoren overgebleven. In die toren bevindt zich het oudste nog bespeelde carillon van de wereld.
Het centrum is echt klein en je vindt er nog wel een aantal huizen met een bijzondere gevel, maar ik vind het bezoek wel een beetje een tegenvaller. 
We vinden toch nog een paar idyllische plekjes aan het water en in de omgeving van de houten ophaalbrug.
Toeristen waren er bijna niet te bespeuren en in de enkele restaurants aan de haven was geen enkele klant aanwezig. Maar wie zoekt die vindt! In de Havenstraat vinden we een leuke, mooi ingerichte zaak: De Koperen Vis. Na een verwarmend drankje begeven we ons terug naar de camper. De zon schijnt en de wind is gaan liggen. We kunnen nog een uurtje rustig genieten.
Dag 10
Wie Gouda zegt, denkt onmiddellijk aan kaas. We zijn in deze stad omdat hier wekelijks een traditionele kaasmarkt plaatsvindt. Elke donderdagmorgen wordt er volgens de oude tradities kaas gewogen en via het handjeklap proces verkocht. Bijna identiek aan de kaasmarkt in Alkmaar die we vorige week vrijdag bezochten.
Het is woensdagmorgen wanneer we toekomen op de enige camperplaats in de stad, nl. op parking Klein Amerika, met de bedoeling er te overnachten en de kaasmarkt te bezoeken op donderdag.
Doch de 30 voorziene plaatsen zijn allen ingenomen (vermoedelijk allemaal al van de dinsdag). Niemand maakte aanstalten om te vertrekken, wat betekende dat ook zij de intentie hadden om de markt te bezoeken op donderdag. Wij en nog andere motorhomes konden parkeren op een andere plaats, maar op een korte tijdspanne was er al twee maal controle door de handhaving met de mededeling dat er niet mocht overnacht worden op die plaatsen.
Er zat niets anders op dan de stad te verkennen, zonder de kaasmarkt en daarna een andere overnachtingsplaats te zoeken.
We wandelen het oude centrum van de stad binnen. Dit historische gedeelte is niet groot en op een uurtje wandel je langs de voornaamste bezienswaardigheden. Zoals in elke historische stad is de markt het middelpunt van alle activiteit.
Te midden het grote marktplein kan je het imposante stadhuis bezichtigen (op het ogenblik dat wij er waren was er juist een huwelijksplechtigheid bezig en was het gebouw niet toegankelijk).
Ook op de markt is de Goudse waag gelegen. Dit antieke gebouw werd vroeger gebruikt om de kazen te wegen. Nu vind je er het VVV en boven het kaas- en ambachtenmuseum.
Rondom vind je talloze cafés en restaurants met grote terrassen. Ook wij genoten van de lunch in één van die zaken, dit in de BarBier. Een speciaalzaak met vele bieren. Niets ongewoons voor ons, vele bieren zijn Belgisch. Je kan er zelfs een Gentse strop drinken.
Op de markt is ook het best bewaarde geheim van Gouda gelegen: de Kamphuisen stroopwafelfabriek. Een geheime doorgang in de winkel geeft toegang tot de fabriek. Dit bezoek is wel betalend.
Toch is het ook leuk rondwandelen langs de grachten en in de kleine steegjes rond de Sint-Janskerk.
In Gouda kom je vele hofjes tegen die je soms kunt bezichtigen wanneer de poort openstaat. Zo konden we uitzonderlijk de binnentuin van het Willem Vroesenhuis bezichtigen. Dit voormalig oudemannenhuis uit 1555 is nu een complex met 13 woningen.
Na ons bezoek aan de stad rijden we naar een camperplaats op een 7tal km van Gouda. Dit op de melkveeboerderij Aantjes-Blokhuis in Haastrecht. We passeren camping Streefland: volzet, en komen op de camperplaats en krijgen zelfde melding: volzet. Ik ging toch de boer zoeken om een plaatsje te vragen. Hij was zeer vriendelijk en gewillig, en het was gelukt. We konden parkeren op het naastliggende grasveld en stroom nemen op de camperplaats (later op de avond kwamen er nog een tiental campers bij. De boer wou het veld aanvankelijk nog niet gebruiken omdat de ondergrond nog niet hard genoeg was na de vele regen van de afgelopen maand).
Dag 11
Het is de laatste dag van onze zoektocht naar het authentieke Nederland. Op een foto ter promotie van Nederland zal je bijna altijd kaas, tulpen of windmolens terugvinden. Het zijn de windmolens die vandaag onze aandacht krijgen.
We zijn in Schiedam, waar je 's werelds grootste windmolens vindt. Je ziet ze overal boven de daken van de oude stad verschijnen, niet moeilijk met een hoogte tot 33 meter. De molens die aan de grachten gelegen zijn, zijn er gekomen door het jeneververleden van de stad. In de molens werd het gemout graan dienstig voor de stokerijen, gemalen.
We parkeren de motorhome op de camper parkeerplaats aan het Noordvest. Er mag ook overnacht worden op die plaats.
Op 20m van onze camper zien we al de eerste molen: de Vrijheid. Er zijn in totaal nog zes authentieke molens in de stad.
We gaan op pad maar het weer is een echte spelbreker. Het is koud, het regent en er staat een stevige noordoosten wind. Een foto nemen van de molens verloopt niet van een leien dakje. Een paraplu was nodig om te vermijden dat het fototoestel nat werd, maar was moeilijk in toom te houden door de harde wind. Na het spotten van een aantal molens wandelen we richting oude binnenstad.
Veel sfeer valt er in de binnenstraten niet te bespeuren, er is geen mens op straat. We schuilen even in het katholieke kerkje en hebben er tegelijkertijd een leuke babbel met de pastoor. We laten ons verder niet afschrikken door de regen en wandelen verder naar de grote markt waar het Oude Stadhuis is gelegen.
Aan de Lange Haven is het jenevermuseum gelegen, voor 15€ kan je het bezoeken. Proevertjes zijn afzonderlijk te betalen.
De stad heeft nog vele monumentale gebouwen, maar een groot deel van de oude pakhuizen, distilleerderijen en branderijen zijn inmiddels omgevormd tot woningen, winkeltjes of restaurants.
Toch verkleumd door de kou en regen zoeken we de warmte op in een klein, leuk restaurantje op de Grote Markt. Zààlig is de naam en zalig was het eten. Na het eten van een stevige uitsmijter besluiten we om huiswaarts te keren.
Het verkeer was ons goed gezind, de 168 km zijn zonder problemen afgelegd.
Terug thuis kunnen we nagenieten van onze speurtocht naar het authentieke Nederland en natuurlijk al vooruit blikken naar onze volgende reis.
Overzicht overnachtingen
Jachthaven Nieuwboer - Westdijk 36, Bunschoten-Spakenburg  GPS: n52.26070 o5.37238 – 20€/21pl – alle voorzieningen inbegrepen – 1 km naar centrum
Officiële camperplaats – Camperpark  ’t Urkerbos (voor camping) – Vormtweg 9, Urk – 18,5€/25pl (stroom 0,8€/kwh) – alle voorzieningen – zeer rustige en mooie camperplaats aan het bos – 6 km van Urk.
Officiële camperplaats Haven Urk - Burgemeester Schipperkade, Urk  GPS: n52.66040 o5.59975 – 17,5€/20pl – alle voorzieningen inbegrepen – 200m van centrum – lawaaierig overdag, ’s nachts was het rustig
Camping Alkmaar - Bergerweg 201, Alkmaar – 34,10€/nacht (TB inbegrepen) – alle voorzieningen – aankomst 14u tot 18u - 2 km naar centrum – er is bushalte aan camping
Camping Strandbad Edam - Zeevangszeedijk 7A, Edam – 37,25€/nacht (TB inbegrepen) – dure camping - alle voorzieningen – aankomst 13u – aan het Ijsselmeer – centrum 1,8 km
Marinapark Volendam – camperpark – De Pieterman 1, Volendam -  GPS: n52.48944 o5.05972  - 14€/36pl – alle voorzieningen inbegrepen – centrum 1,5 km – rustige camperplaats – persoon van gemeente komt ontvangen. Normaal is het 20€ voor 24u, maar we betaalden maar 14€ omdat we maar 1 nacht bleven
Jachthaven Waterland - Monnickendam   - GPS: n52.45755 o5.04442  - 26,5€ (TB inbegrepen)/18pl – alle voorzieningen inbegrepen – centrum 1 km
Camperplaats Aantjes-Blokhuis – melkveeboerderij – Provincialeweg Oost 127, Haastrecht – 18€/25pl (10 verhard) – 7 km van Gouda
We overnachtten niet bij elke plaats die we bezochten. Hierna vind je de parkings waar we met de motorhome terecht konden:

Parkeerplaats de oude vos – havenkade, elburg

Central parking – Het Rietveld, Marken

Officiële camperplaats Parking Klein Amerika - Klein Amerika 30, Gouda - GPS: n52.01185 o4.71576  - 8€/30pl – alle voorzieningen (! Er zijn maar 18 stroomaansluitingen 4A) – 300m naar centrum

Parking Noordvest (CP) - Noordvest 40, Schiedam – 7€/6pl (max. 8m)- geen voorzieningen) naast eerste molen – centrum 200m

E-mail: info@dmcamperreizen.be

Copyright © DMCamperreizen 2018.
All right reserved.
Na ons bezoek aan dit prachtig stadje vervolgen we onze speurtocht en rijden Flevoland binnen tot op het voormalige eiland Urk.
Spijtig genoeg staat de camperplaats Haven aan de Schipperkade (pal in het centrum) vol. Er kan wel geparkeerd worden op de grote omringende parking, maar overnachten is er verboden. Ik twijfel er niet aan dat er verscheidenen toch de nacht zullen doorbrengen, maar wij besluiten om verderop een plaats te nemen voor de nacht. En dit in Camperpark ’t Urkerbos (een mooie camperplaats met alle voorzieningen net voor de campingpoort) op een 3tal km van het centrum van Urk. Een afstand die met de fiets perfect te overbruggen is, maar wij doen alles te voet.
Maar niet getreurd, morgenochtend rijden we terug naar de haven. We zien wel of er dan een plaatsje vrij is op de camperplaats. Nu genieten we nog tot de avond van de zon die volop scheen.

Dag 3
Opnieuw hadden we een nacht met hevige regenbuien. Gelukkig stonden we op grove gravé stenen. Het grasgedeelte was onder water gelopen. Om 9.30u stopt het met regenen.
Zoals gezegd rijden we, na het ontbijt en het dagelijkse ledigen van tanks en dergelijke, naar het dorp Urk.
Urk was vroeger een eiland, maar na de drooglegging van delen van de voormalige Zuiderzee, die zo Flevoland vormden, werd het eiland met een dijk verbonden aan het vasteland en was Urk geen eiland meer. Toch zeggen inwoners nog altijd: we zijn ‘op Urk’ in plaats van ‘in Urk’.
Het is 10u als we toekomen op de camperplaats Haven, pal in het centrum van Urk. Nog steeds is deze volzet, maar algauw krijgen we een plaatsje aangeboden door vertrekkende camperaars.
Zo, toch gelukt. Na installatie van de camper verkennen we het dorp. Er heerst nog steeds een groot eilandgevoel en we worden overal vriendelijk aangesproken door de lokale bewoners.
Hou er wel rekening mee dat de zondag een rustdag is voor de nog steeds zeer gelovige Urkers. Je kan je bezoek aan het dorp het best tijdens de week of op zaterdag plannen.
Nadat we de werkhaven rondliepen wandelen we door de oude steegjes (‘ginkies’) richting het vissersmonument. Deze typische steegjes geven toegang tot de achterkant van de kleine huisjes. De voorkanten zijn dan aan de parallelle straat gelegen.
We wandelen verder, o.a. langs het museum Het Oude Raadhuis, en arriveren aan het kerkje aan de zee, met daarachter het Urker vissersmonument. Dit is misschien wel de mooiste plek van het dorp.
Het beeld zelf is een vissersvrouw die over zee kijkt waarvan haar man of geliefde zou moeten terugkeren. Zelf staren we minutenlang over het water, een zeer rustig moment.
Het monument is een eerbetoon aan de vissers die overleden zijn op zee. Er staan meer dan 350 namen op de stenen rondom het monument. We keken naar de leeftijden en stelden was dat de jongsten nog kinderen waren, amper 10 en 12 jaar. Wanneer er nu nog vissers overlijden op zee, worden hun namen erbij gezet.
We vervolgen onze wandeling langs het water tot aan de vuurtoren. Verderop bereiken we de botterschuur aan de oude haven, de plaats waar de botters (oud Nederlandse vissersschepen) ambachtelijk gerepareerd en onderhouden worden.
Het is ondertussen al na de middag en op aanraden van lokale bewoners begeven we ons naar het restaurant het achterhuis in de werkhaven. Vanaf de tweede verdieping genieten we van het uitzicht over het water en een heerlijke vismaaltijd.
Na de lunch is het tijd om nog een beetje geschiedenis op te snuiven en bezoeken we het museum gelegen in het Oude raadhuis. We komen er veel te weten over de traditionele klederdrachten en Urk toen het nog een eiland was.
Via het museum hebben we ook toegang tot een oude visserswoning, ingericht als in de tijd van toen.
Onze ontdekking van Urk sluiten we af in de Oude Bakkerij, en dit met een koffie/thee, een heerlijk gebakje en een gezellige babbel met de bakkerin.
Dag 4 en 5
Ondanks we pal in het centrum van Urk (aan de werkhaven ) stonden en er overdag veel lawaai en verkeer was, hadden we een rustige nacht.
We begeven ons terug op weg en we verlaten Flevoland. Via de provincie Utrecht rijden we Noord-Holland binnen. Onze bestemming is Alkmaar 118 km noordwaarts. Tegen de middag arriveren we op de camping van Alkmaar, waar we een plaatsje voor 2 nachten boeken.
Het is bewolkt en nog steeds zijn er hevige rukwinden. De rest van de namiddag en avond houden we het rustig en blijven in de warmte van de motorhome.
Alkmaar staat bekend als dé kaasstad van Nederland en vandaag, dag 5, is het vrijdag, de dag waarop de belangrijkste attractie van Alkmaar plaatsvindt, namelijk de wekelijkse kaasmarkt op het Waagplein.
Aan de campingpoort nemen we de bus naar het station van Alkmaar, vanwaar we dan op ons gemak naar het centrum wandelen.
De markt is zeer populair in binnen- en buitenland en zeer toeristisch. Dat ondervonden we onmiddellijk wanneer we op het Waagplein toe kwamen. De markt start om 10u en wij waren er om 10.15u. Het was drummen tussen de massa, hoofdzakelijk Duitse toeristen. Ze stonden rijen dik en vergaapten zich aan de activiteiten op het plein. Aan de tribune konden we toch een plaatsje bemachtigen, zodanig we toch iets zagen van het schouwspel.
De markt zelf is een eeuwenoude traditie waarbij handelaren hun kaas verhandelen, dit sinds het jaar 1365! Er zijn echte marktmeesters aanwezig die in de gaten houden of de kazen van goede kwaliteit zijn. Er ligt wel 30.000 kilo aan kaas op de markt! De kaasmeisjes lopen vrolijk langs het volk en verkopen zakken met beemsterkazen. De kaasdragers, met hun witte pakken en gekleurden strooien hoeden, lopen met hun houten berrie’s af en aan op het plein (een berrie is een groot plateau waarop 8 kazen vervoerd worden). 2 kaasdragers hangen de berrie aan hun schouders om ze te dragen en kan ruim 100 kilo wegen!
Na de prijsafspraak van de kazen (de bollen zijn allemaal goudakaas) lopen de kaasdragers met de kazen naar de weegschaal en daarna terug. De “gooiers” gooien de kazen dan naar elkaar om ze op karren te laden en zo de markt te verlaten.
Op het einde van de markt werden alle tulpen (met bol) die tussen de kazen stonden gratis uitgedeeld aan de toeschouwers. De kaasmarkt is een echt schouwspel dat je moet gezien hebben wanneer je in de buurt bent!
Het is ondertussen middag en tijd voor de lunch. Na het eten wandelen we rustig rond in de oude stad, want Alkmaar heeft meer te bieden dan de kaasmarkt alleen. We kuieren langs de oude huisjes met hun zadeldaken en trapgevels, het stadhuis, In de Langestraat, de winkelstraat, heerst er een gezellige drukte. Wens je meer geschiedenis op te snuiven, dan kan je het Biermuseum of het Beatlesmuseum bezoeken. Uiteraard is er ook het Kaasmuseum op het Waagplein.
Om onze vermoeide benen een beetje te laten rusten schepen we in op een toeristenboot voor een tochtje op de Alkmaarse grachten.
Het water stond hoog en de bruggen zijn laag, dus was het opletten geblazen wanneer er onder een brug werd gevaren. We moesten letterlijk volledig voorover gebogen liggen om met het hoofd niet in contact te komen met de harde rand van de bruggetjes. Het was hilarisch om zien hoe iedereen plat ging.
Maar het was genieten op het water en we kregen een gans andere kijk op de bezienswaardigheden. We voeren o.a. langs één van de zes overgebleven “hofjes” (binnenplaats met daaromheen kleine huisjes, vaak verscholen achter een poort), nl. het Wildemanshofje, gelegen achter een prachtig gebouw met een groot beeld van Hercules in de gevel. Vroeger was dit hofje bedoeld voor bejaarde weduwen en vandaag de dag wonen hier ook alleen maar vrouwen.
Op de terugweg naar de camping, met de bus, genoten we nog na van onze dag.
Dag 6
Vandaag zijn we in Edam. Je raadt het al, kaas staat opnieuw in het middelpunt. Edammer kaas is bij iedereen bekend als het kleine rode bolletje, maar grappig genoeg kwamen we in geheel Edam geen enkel rood bolletje tegen. Traditioneel heeft de Edammer een gele korst. Het vreemde is wel dat deze kaas niet veel wordt gegeten in Nederland zelf, in tegenstelling tot het buitenland, de meeste is dan ook voor de export.
We installeren de motorhome op camping strandbad, en dit op 30m van het Ijsselmeer. Het weer valt nog altijd wat tegen en de wind giert krachtig over het donkere water, zo krachtig dat we de deur van de camper met beide handen moeten tegenhouden bij het openen er van. Onze ganse verblijf op de camping hebben we het gezelschap van vier eenden, die iedere keer komen aangewaggeld wanneer ik de deur open. Het feit dat ze een paar keren een broodkorst kregen zal er wel iets mee te maken hebben.
Na de middag wandelen we richting oude stad. Het is een mooie wandeling langs de grachten met zijn typische bruggetjes. De eerste die we tegenkomen is de Pietersbrug, een houten ophaalbrug, met bovenaan de balans, twee armen met aan de ene zijde een zwaar gewicht.
Na meer dan 2 km bereiken we de rand van het centrum. Aan de gracht zijn de oude kaaspakhuizen gelegen, van waaruit de kaas over het water vervoerd werd.
Al snel komen we op de centrale plaats, het Damplein. Hierrond zijn de meeste bezienswaardigheden gelegen: het raadhuis, het oude postgebouw, de 15e eeuwse speeltoren met zijn klokkenspel, … en de grote kaaswinkel. Deze werd overspoeld door de vele toeristen, die speciaal uit alle uithoeken van Europa (maar toch voornamelijk Duitsland) gekomen waren om kaas te kopen, maar nog meer te proeven. Er was de Edammer, maar het grootste gedeelte waren Goudse kazen in alle smaken (komijn, peper, groene pesto, hot chili, truffel, lavendel, …). 
Ook wij lieten ons verleiden om een bolletje mee te nemen, doch we hadden ervoor al een bijhuis van de winkel bezocht. Deze was iets verderop gelegen op het Nieuwenhuyzepleintje en het was er véél rustiger. Van het Volendamse verkoopstertje kregen we een mooie uitleg over de Edammer kaas. Het is hier dat wij ons voorraadje kaas aankochten.
Terug naar onze rondgang: we wandelden verder langs de leuke straatjes, vol met authentieke huisjes. Aan de achterzijde lagen hun bootjes in de grachten, waar de waterstand geregeld werd door het dienaarssluisje.
Iets verderop bereiken we één van de oudste bruggetjes van Edam: de Kwakelbrug. Het is een smalle, houten voetgangersbrug uit de 18e eeuw. Het is ook een ophaalbrug en de bewoners noemen het ook wel eens een wipbrug. Naast de Kwakelbrug lig een klein scheepswerfje.
Nog even slenteren we door langs de historische geveltjes, om alvorens naar de camping terug te keren, even na te genieten op het terras van het oude postgebouw.
Dag 7
Het is en blijft een druilige dag; bewolkt, wind en af en toe wat motregen. Doch we laten het weer geen spelbreker zijn en begeven ons in de namiddag met de motorhome naar het eiland Marken in het Ijsselmeer. Eigenlijk is het geen eiland meer, aangezien het met een dijk en weg verbonden is aan het vasteland.
We parkeren de motorhome op de grote centrale parking en nemen de tijd om te bekijken wat het eiland te bieden heeft. Hier vinden we nog het echte oud-Holland!

Het weer is ons goedgezind; de wind verdween bijna en soms brak de zon door de wolken. We verlaten de parking via de Beatrixbrug en starten in de havenbuurt (
n.v.d.r. alle bruggetjes kregen de naam van een Nederlandse koningin. Het laatste brugje kreeg de naam Maxima. In de toekomst zullen ze een andere oplossing moeten zoeken voor de Nederlandse koninginnen, de eilandbewoners weten het ook niet). We wandelen langs de echt oude huisjes en huisjes die op palen zijn gebouwd. Deze dateren van de in tijd dat het eiland regelmatig onder water liep. Maar door de indijking van het Ijsselmeer en de dijken rondom het eiland behoort het onderwaterlopen tot de verleden tijd. Het nut van de palen verdween en daardoor werd er onder de huizen nog woonruimte gebouwd, echt uniek in hun soort.
Verderop bereiken we de oude haven waar het ene viskraampje naast het ander gelegen is, maar vandaag is het zondag en zijn ze allen gesloten. De sterk religieuze bevolking houdt zich aan hun rustdag ondanks de vele drommen toeristen. De charmante winkeltjes zijn wel open.
Door smalle steegjes wandelen we verder en via de Wilhelminabrug komen in de Kerkbuurt. Opnieuw het ene oude huisje naast het ander en tussen de huisjes nog smallere steegjes.
Het is net of we in een openluchtmuseum lopen. Niets is minder waar; de huisjes zijn allen bewoond en een paar keer per jaar wordt zelfs de traditionele kledij nog uit de kleerkast gehaald.
We verlaten het toeristische gedeelte en wandelen naar nog een authentiek gedeelte van het eiland. De bewoning van het eiland werd gesticht door een kloostergemeenschap. Als bescherming tegen het water werden heuvels (terpen) aangelegd waarop dicht bij elkaar huizen werden gebouwd. De kerk in de Kerkbuurt staat op het hoogste punt van de grootste terp. In Marken zeggen ze echter werf tegen een terp.
We wandelen nog langs drie bebouwde werven: Wittewerf, Grotewerf en Rozewerf.
Deze laatste is aan het water gelegen en wordt beschermd door 12 ijsbrekers. Deze palen dienden om te voorkomen dat er na een strenge winter drijfijs door de wind zou opgestuwd worden en zo de dijk, die de werf beschermt, zou beschadigen.
De vuurtoren (het paard van Marken) was voor ons iets te ver om nog te bezoeken.
Dag 8
Welkom in Volendam. Opnieuw ontdekken we een pareltje, op naar een dagje authenticiteit. We plaatsen de motorhome op 1,3 km van het centrum en dit op het camperpark - Marinapark Volendam. Een plaats met alle voorzieningen. In tegenstelling tot de voorgaande dagen (het merendeel van de campers waren Duitsers), zijn het nu de Fransen die de overhand hebben. 
Het oorspronkelijke vissersdorp telde door zijn gunstige ligging aan het water veel vissers. Het dorp is nog steeds gekend voor zijn gerookte paling. De bevolking week ook af van de rest van de provincie; ze waren niet enkel grotendeels katholiek, maar hadden ook een eigen klederdracht en dialect. Sporadisch kan je nog iemand tegenkomen die de traditionele kleding draagt, wij niet spijtig.
Na de middag breekt de zon door de wolken en via de Hoogdijk en de windmolen met zijn tulpenveld wandelen we richting oude haven.
Bij het naderen werd het toeristisch karakter wel  duidelijk. Grote getale buitenlanders, die met bussen waren afgezet, kuierden langs de haven. Ze vergaapten zich aan de leuke vissershuisjes en de vele souvenirwinkels.
Maar het echte oude vissersleven speelde zich achter deze havenkant af. De massa’s toeristen lopen er gewoon voorbij en hebben enkel oog voor de winkeltjes en terrasjes. Wij ook, maar we willen meer zien. Op verschillende plaatsen zie je trappen die naar het lager gelegen gedeelte leiden. We dalen de trappen af en komen in het Doolhof terecht. In deze oudste buurt van het dorp staan heel leuke, maar vooral authentieke vissershuisjes. De huisjes zijn er niet volgens een vast omlijnd stratenpatroon gebouwd en we wandelen letterlijk door een doolhof van straatjes, met originele namen zoals: Doolhof, Oude Kom, het Dril, Havendijkje en Meerzijde. Het is er aangenaam wandelen en zoals gezegd kom er veel minder toeristen tegen.
De zon is al de ganse namiddag aanwezig en is het, na onze rondgang in het doolhof, genieten op van een verfrissing op één van de vele terrassen aan de haven.
Een weetje: aan deze haven kan je ferryboot nemen naar Marken.  Het eiland dat we gisteren bezochten.
En uiteraard konden wij ook niet aan verleiding weerstaan en lieten we een foto van ons nemen in traditionele klederdracht. Er zijn aan de haven verschillende zaken waar je zo’n foto kan laten nemen, maar wij gingen bij foto De Boer. Het was een leuke afsluiter van een dagje Volendam.
Dag 9
Op een 8tal km van Volendam is Monnickendam gelegen. Bedoeling is om ook daar op ontdekking te gaan.
We volgen de gps coördinaten en komen op parkings midden een wandelgebied terecht. Geen camperplaats te bespeuren.
We zoeken het adres op en na vele omwegen vinden we het havenkantoortje. De ganse omgeving van de jachthaven is in heraanleg, baantjes zijn verdwenen of afgesloten, andere werden nieuw aangelegd. Niet moeilijk dat de gps geen raad wist.
We bereiken tenslotte toch de camperplaats jachthaven Waterland. We hebben een mooi plekje met zicht op het water.
Na het middageten begeven ons richting oude stad, wat ongeveer 800m van de camperplaats verwijderd is.
Net zoals Volendam is Monnickendam aan het Markermeer gelegen, een klein oud vissersdorpje met een geschiedenis dat terug gaat tot de middeleeuwen. Doch uit dit verleden is enkel de Speeltoren overgebleven. In die toren bevindt zich het oudste nog bespeelde carillon van de wereld.
Het centrum is echt klein en je vindt er nog wel een aantal huizen met een bijzondere gevel, maar ik vind het bezoek wel een beetje een tegenvaller. 
We vinden toch nog een paar idyllische plekjes aan het water en in de omgeving van de houten ophaalbrug.
Toeristen waren er bijna niet te bespeuren en in de enkele restaurants aan de haven was geen enkele klant aanwezig. Maar wie zoekt die vindt! In de Havenstraat vinden we een leuke, mooi ingerichte zaak: De Koperen Vis. Na een verwarmend drankje begeven we ons terug naar de camper. De zon schijnt en de wind is gaan liggen. We kunnen nog een uurtje rustig genieten.
Dag 10
Wie Gouda zegt, denkt onmiddellijk aan kaas. We zijn in deze stad omdat hier wekelijks een traditionele kaasmarkt plaatsvindt. Elke donderdagmorgen wordt er volgens de oude tradities kaas gewogen en via het handjeklap proces verkocht. Bijna identiek aan de kaasmarkt in Alkmaar die we vorige week vrijdag bezochten.
Het is woensdagmorgen wanneer we toekomen op de enige camperplaats in de stad, nl. op parking Klein Amerika, met de bedoeling er te overnachten en de kaasmarkt te bezoeken op donderdag.
Doch de 30 voorziene plaatsen zijn allen ingenomen (vermoedelijk allemaal al van de dinsdag). Niemand maakte aanstalten om te vertrekken, wat betekende dat ook zij de intentie hadden om de markt te bezoeken op donderdag. Wij en nog andere motorhomes konden parkeren op een andere plaats, maar op een korte tijdspanne was er al twee maal controle door de handhaving met de mededeling dat er niet mocht overnacht worden op die plaatsen.
Er zat niets anders op dan de stad te verkennen, zonder de kaasmarkt en daarna een andere overnachtingsplaats te zoeken.
We wandelen het oude centrum van de stad binnen. Dit historische gedeelte is niet groot en op een uurtje wandel je langs de voornaamste bezienswaardigheden. Zoals in elke historische stad is de markt het middelpunt van alle activiteit.
Te midden het grote marktplein kan je het imposante stadhuis bezichtigen (op het ogenblik dat wij er waren was er juist een huwelijksplechtigheid bezig en was het gebouw niet toegankelijk).
Ook op de markt is de Goudse waag gelegen. Dit antieke gebouw werd vroeger gebruikt om de kazen te wegen. Nu vind je er het VVV en boven het kaas- en ambachtenmuseum.
Rondom vind je talloze cafés en restaurants met grote terrassen. Ook wij genoten van de lunch in één van die zaken, dit in de BarBier. Een speciaalzaak met vele bieren. Niets ongewoons voor ons, vele bieren zijn Belgisch. Je kan er zelfs een Gentse strop drinken.
Op de markt is ook het best bewaarde geheim van Gouda gelegen: de Kamphuisen stroopwafelfabriek. Een geheime doorgang in de winkel geeft toegang tot de fabriek. Dit bezoek is wel betalend.
Toch is het ook leuk rondwandelen langs de grachten en in de kleine steegjes rond de Sint-Janskerk.
In Gouda kom je vele hofjes tegen die je soms kunt bezichtigen wanneer de poort openstaat. Zo konden we uitzonderlijk de binnentuin van het Willem Vroesenhuis bezichtigen. Dit voormalig oudemannenhuis uit 1555 is nu een complex met 13 woningen.
Na ons bezoek aan de stad rijden we naar een camperplaats op een 7tal km van Gouda. Dit op de melkveeboerderij Aantjes-Blokhuis in Haastrecht. We passeren camping Streefland: volzet, en komen op de camperplaats en krijgen zelfde melding: volzet. Ik ging toch de boer zoeken om een plaatsje te vragen. Hij was zeer vriendelijk en gewillig, en het was gelukt. We konden parkeren op het naastliggende grasveld en stroom nemen op de camperplaats (later op de avond kwamen er nog een tiental campers bij. De boer wou het veld aanvankelijk nog niet gebruiken omdat de ondergrond nog niet hard genoeg was na de vele regen van de afgelopen maand).
Dag 11
Het is de laatste dag van onze zoektocht naar het authentieke Nederland. Op een foto ter promotie van Nederland zal je bijna altijd kaas, tulpen of windmolens terugvinden. Het zijn de windmolens die vandaag onze aandacht krijgen.
We zijn in Schiedam, waar je 's werelds grootste windmolens vindt. Je ziet ze overal boven de daken van de oude stad verschijnen, niet moeilijk met een hoogte tot 33 meter. De molens die aan de grachten gelegen zijn, zijn er gekomen door het jeneververleden van de stad. In de molens werd het gemout graan dienstig voor de stokerijen, gemalen.
We parkeren de motorhome op de camper parkeerplaats aan het Noordvest. Er mag ook overnacht worden op die plaats.
Op 20m van onze camper zien we al de eerste molen: de Vrijheid. Er zijn in totaal nog zes authentieke molens in de stad.
We gaan op pad maar het weer is een echte spelbreker. Het is koud, het regent en er staat een stevige noordoosten wind. Een foto nemen van de molens verloopt niet van een leien dakje. Een paraplu was nodig om te vermijden dat het fototoestel nat werd, maar was moeilijk in toom te houden door de harde wind. Na het spotten van een aantal molens wandelen we richting oude binnenstad.
Veel sfeer valt er in de binnenstraten niet te bespeuren, er is geen mens op straat. We schuilen even in het katholieke kerkje en hebben er tegelijkertijd een leuke babbel met de pastoor. We laten ons verder niet afschrikken door de regen en wandelen verder naar de grote markt waar het Oude Stadhuis is gelegen.
Aan de Lange Haven is het jenevermuseum gelegen, voor 15€ kan je het bezoeken. Proevertjes zijn afzonderlijk te betalen.
De stad heeft nog vele monumentale gebouwen, maar een groot deel van de oude pakhuizen, distilleerderijen en branderijen zijn inmiddels omgevormd tot woningen, winkeltjes of restaurants.
Toch verkleumd door de kou en regen zoeken we de warmte op in een klein, leuk restaurantje op de Grote Markt. Zààlig is de naam en zalig was het eten. Na het eten van een stevige uitsmijter besluiten we om huiswaarts te keren.
Het verkeer was ons goed gezind, de 168 km zijn zonder problemen afgelegd.
Terug thuis kunnen we nagenieten van onze speurtocht naar het authentieke Nederland en natuurlijk al vooruit blikken naar onze volgende reis.
Overzicht overnachtingen
Jachthaven Nieuwboer - Westdijk 36, Bunschoten-Spakenburg  GPS: n52.26070 o5.37238 – 20€/21pl – alle voorzieningen inbegrepen – 1 km naar centrum
Officiële camperplaats – Camperpark  ’t Urkerbos (voor camping) – Vormtweg 9, Urk – 18,5€/25pl (stroom 0,8€/kwh) – alle voorzieningen – zeer rustige en mooie camperplaats aan het bos – 6 km van Urk.
Officiële camperplaats Haven Urk - Burgemeester Schipperkade, Urk  GPS: n52.66040 o5.59975 – 17,5€/20pl – alle voorzieningen inbegrepen – 200m van centrum – lawaaierig overdag, ’s nachts was het rustig
Camping Alkmaar - Bergerweg 201, Alkmaar – 34,10€/nacht (TB inbegrepen) – alle voorzieningen – aankomst 14u tot 18u - 2 km naar centrum – er is bushalte aan camping
Camping Strandbad Edam - Zeevangszeedijk 7A, Edam – 37,25€/nacht (TB inbegrepen) – dure camping - alle voorzieningen – aankomst 13u – aan het Ijsselmeer – centrum 1,8 km
Marinapark Volendam – camperpark – De Pieterman 1, Volendam -  GPS: n52.48944 o5.05972  - 14€/36pl – alle voorzieningen inbegrepen – centrum 1,5 km – rustige camperplaats – persoon van gemeente komt ontvangen. Normaal is het 20€ voor 24u, maar we betaalden maar 14€ omdat we maar 1 nacht bleven
Jachthaven Waterland - Monnickendam   - GPS: n52.45755 o5.04442  - 26,5€ (TB inbegrepen)/18pl – alle voorzieningen inbegrepen – centrum 1 km
Camperplaats Aantjes-Blokhuis – melkveeboerderij – Provincialeweg Oost 127, Haastrecht – 18€/25pl (10 verhard) – 7 km van Gouda
We overnachtten niet bij elke plaats die we bezochten. Hierna vind je de parkings waar we met de motorhome terecht konden:

Parkeerplaats de oude vos – havenkade, elburg

Central parking – Het Rietveld, Marken

Officiële camperplaats Parking Klein Amerika - Klein Amerika 30, Gouda - GPS: n52.01185 o4.71576  - 8€/30pl – alle voorzieningen (! Er zijn maar 18 stroomaansluitingen 4A) – 300m naar centrum

Parking Noordvest (CP) - Noordvest 40, Schiedam – 7€/6pl (max. 8m)- geen voorzieningen) naast eerste molen – centrum 200m

E-mail: info@dmcamperreizen.be

Copyright © DMCamperreizen 2018.
All right reserved.
We wandelen verder, o.a. langs het museum Het Oude Raadhuis, en arriveren aan het kerkje aan de zee, met daarachter het Urker vissersmonument. Dit is misschien wel de mooiste plek van het dorp.
Het beeld zelf is een vissersvrouw die over zee kijkt waarvan haar man of geliefde zou moeten terugkeren. Zelf staren we minutenlang over het water, een zeer rustig moment.
Het monument is een eerbetoon aan de vissers die overleden zijn op zee. Er staan meer dan 350 namen op de stenen rondom het monument. We keken naar de leeftijden en stelden was dat de jongsten nog kinderen waren, amper 10 en 12 jaar. Wanneer er nu nog vissers overlijden op zee, worden hun namen erbij gezet.
We vervolgen onze wandeling langs het water tot aan de vuurtoren. Verderop bereiken we de botterschuur aan de oude haven, de plaats waar de botters (oud Nederlandse vissersschepen) ambachtelijk gerepareerd en onderhouden worden.
Het is ondertussen al na de middag en op aanraden van lokale bewoners begeven we ons naar het restaurant het achterhuis in de werkhaven. Vanaf de tweede verdieping genieten we van het uitzicht over het water en een heerlijke vismaaltijd.
Na de lunch is het tijd om nog een beetje geschiedenis op te snuiven en bezoeken we het museum gelegen in het Oude raadhuis. We komen er veel te weten over de traditionele klederdrachten en Urk toen het nog een eiland was.
Via het museum hebben we ook toegang tot een oude visserswoning, ingericht als in de tijd van toen.
Onze ontdekking van Urk sluiten we af in de Oude Bakkerij, en dit met een koffie/thee, een heerlijk gebakje en een gezellige babbel met de bakkerin.
Dag 4 en 5
Ondanks we pal in het centrum van Urk (aan de werkhaven ) stonden en er overdag veel lawaai en verkeer was, hadden we een rustige nacht.
We begeven ons terug op weg en we verlaten Flevoland. Via de provincie Utrecht rijden we Noord-Holland binnen. Onze bestemming is Alkmaar 118 km noordwaarts. Tegen de middag arriveren we op de camping van Alkmaar, waar we een plaatsje voor 2 nachten boeken.
Het is bewolkt en nog steeds zijn er hevige rukwinden. De rest van de namiddag en avond houden we het rustig en blijven in de warmte van de motorhome.
Alkmaar staat bekend als dé kaasstad van Nederland en vandaag, dag 5, is het vrijdag, de dag waarop de belangrijkste attractie van Alkmaar plaatsvindt, namelijk de wekelijkse kaasmarkt op het Waagplein.
Aan de campingpoort nemen we de bus naar het station van Alkmaar, vanwaar we dan op ons gemak naar het centrum wandelen.
De markt is zeer populair in binnen- en buitenland en zeer toeristisch. Dat ondervonden we onmiddellijk wanneer we op het Waagplein toe kwamen. De markt start om 10u en wij waren er om 10.15u. Het was drummen tussen de massa, hoofdzakelijk Duitse toeristen. Ze stonden rijen dik en vergaapten zich aan de activiteiten op het plein. Aan de tribune konden we toch een plaatsje bemachtigen, zodanig we toch iets zagen van het schouwspel.
De markt zelf is een eeuwenoude traditie waarbij handelaren hun kaas verhandelen, dit sinds het jaar 1365! Er zijn echte marktmeesters aanwezig die in de gaten houden of de kazen van goede kwaliteit zijn. Er ligt wel 30.000 kilo aan kaas op de markt! De kaasmeisjes lopen vrolijk langs het volk en verkopen zakken met beemsterkazen. De kaasdragers, met hun witte pakken en gekleurden strooien hoeden, lopen met hun houten berrie’s af en aan op het plein (een berrie is een groot plateau waarop 8 kazen vervoerd worden). 2 kaasdragers hangen de berrie aan hun schouders om ze te dragen en kan ruim 100 kilo wegen!
Na de prijsafspraak van de kazen (de bollen zijn allemaal goudakaas) lopen de kaasdragers met de kazen naar de weegschaal en daarna terug. De “gooiers” gooien de kazen dan naar elkaar om ze op karren te laden en zo de markt te verlaten.
Op het einde van de markt werden alle tulpen (met bol) die tussen de kazen stonden gratis uitgedeeld aan de toeschouwers. De kaasmarkt is een echt schouwspel dat je moet gezien hebben wanneer je in de buurt bent!
Het is ondertussen middag en tijd voor de lunch. Na het eten wandelen we rustig rond in de oude stad, want Alkmaar heeft meer te bieden dan de kaasmarkt alleen. We kuieren langs de oude huisjes met hun zadeldaken en trapgevels, het stadhuis, In de Langestraat, de winkelstraat, heerst er een gezellige drukte. Wens je meer geschiedenis op te snuiven, dan kan je het Biermuseum of het Beatlesmuseum bezoeken. Uiteraard is er ook het Kaasmuseum op het Waagplein.
Om onze vermoeide benen een beetje te laten rusten schepen we in op een toeristenboot voor een tochtje op de Alkmaarse grachten.
Het water stond hoog en de bruggen zijn laag, dus was het opletten geblazen wanneer er onder een brug werd gevaren. We moesten letterlijk volledig voorover gebogen liggen om met het hoofd niet in contact te komen met de harde rand van de bruggetjes. Het was hilarisch om zien hoe iedereen plat ging.
Maar het was genieten op het water en we kregen een gans andere kijk op de bezienswaardigheden. We voeren o.a. langs één van de zes overgebleven “hofjes” (binnenplaats met daaromheen kleine huisjes, vaak verscholen achter een poort), nl. het Wildemanshofje, gelegen achter een prachtig gebouw met een groot beeld van Hercules in de gevel. Vroeger was dit hofje bedoeld voor bejaarde weduwen en vandaag de dag wonen hier ook alleen maar vrouwen.
Op de terugweg naar de camping, met de bus, genoten we nog na van onze dag.
Dag 6
Vandaag zijn we in Edam. Je raadt het al, kaas staat opnieuw in het middelpunt. Edammer kaas is bij iedereen bekend als het kleine rode bolletje, maar grappig genoeg kwamen we in geheel Edam geen enkel rood bolletje tegen. Traditioneel heeft de Edammer een gele korst. Het vreemde is wel dat deze kaas niet veel wordt gegeten in Nederland zelf, in tegenstelling tot het buitenland, de meeste is dan ook voor de export.
We installeren de motorhome op camping strandbad, en dit op 30m van het Ijsselmeer. Het weer valt nog altijd wat tegen en de wind giert krachtig over het donkere water, zo krachtig dat we de deur van de camper met beide handen moeten tegenhouden bij het openen er van. Onze ganse verblijf op de camping hebben we het gezelschap van vier eenden, die iedere keer komen aangewaggeld wanneer ik de deur open. Het feit dat ze een paar keren een broodkorst kregen zal er wel iets mee te maken hebben.
Na de middag wandelen we richting oude stad. Het is een mooie wandeling langs de grachten met zijn typische bruggetjes. De eerste die we tegenkomen is de Pietersbrug, een houten ophaalbrug, met bovenaan de balans, twee armen met aan de ene zijde een zwaar gewicht.
Na meer dan 2 km bereiken we de rand van het centrum. Aan de gracht zijn de oude kaaspakhuizen gelegen, van waaruit de kaas over het water vervoerd werd.
Al snel komen we op de centrale plaats, het Damplein. Hierrond zijn de meeste bezienswaardigheden gelegen: het raadhuis, het oude postgebouw, de 15e eeuwse speeltoren met zijn klokkenspel, … en de grote kaaswinkel. Deze werd overspoeld door de vele toeristen, die speciaal uit alle uithoeken van Europa (maar toch voornamelijk Duitsland) gekomen waren om kaas te kopen, maar nog meer te proeven. Er was de Edammer, maar het grootste gedeelte waren Goudse kazen in alle smaken (komijn, peper, groene pesto, hot chili, truffel, lavendel, …). 
Ook wij lieten ons verleiden om een bolletje mee te nemen, doch we hadden ervoor al een bijhuis van de winkel bezocht. Deze was iets verderop gelegen op het Nieuwenhuyzepleintje en het was er véél rustiger. Van het Volendamse verkoopstertje kregen we een mooie uitleg over de Edammer kaas. Het is hier dat wij ons voorraadje kaas aankochten.
Terug naar onze rondgang: we wandelden verder langs de leuke straatjes, vol met authentieke huisjes. Aan de achterzijde lagen hun bootjes in de grachten, waar de waterstand geregeld werd door het dienaarssluisje.
Iets verderop bereiken we één van de oudste bruggetjes van Edam: de Kwakelbrug. Het is een smalle, houten voetgangersbrug uit de 18e eeuw. Het is ook een ophaalbrug en de bewoners noemen het ook wel eens een wipbrug. Naast de Kwakelbrug lig een klein scheepswerfje.
Nog even slenteren we door langs de historische geveltjes, om alvorens naar de camping terug te keren, even na te genieten op het terras van het oude postgebouw.
Dag 7
Het is en blijft een druilige dag; bewolkt, wind en af en toe wat motregen. Doch we laten het weer geen spelbreker zijn en begeven ons in de namiddag met de motorhome naar het eiland Marken in het Ijsselmeer. Eigenlijk is het geen eiland meer, aangezien het met een dijk en weg verbonden is aan het vasteland.
We parkeren de motorhome op de grote centrale parking en nemen de tijd om te bekijken wat het eiland te bieden heeft. Hier vinden we nog het echte oud-Holland!

Het weer is ons goedgezind; de wind verdween bijna en soms brak de zon door de wolken. We verlaten de parking via de Beatrixbrug en starten in de havenbuurt (n.v.d.r. alle bruggetjes kregen de naam van een Nederlandse koningin. Het laatste brugje kreeg de naam Maxima. In de toekomst zullen ze een andere oplossing moeten zoeken voor de Nederlandse koninginnen, de eilandbewoners weten het ook niet). We wandelen langs de echt oude huisjes en huisjes die op palen zijn gebouwd. Deze dateren van de in tijd dat het eiland regelmatig onder water liep. Maar door de indijking van het Ijsselmeer en de dijken rondom het eiland behoort het onderwaterlopen tot de verleden tijd. Het nut van de palen verdween en daardoor werd er onder de huizen nog woonruimte gebouwd, echt uniek in hun soort.
Verderop bereiken we de oude haven waar het ene viskraampje naast het ander gelegen is, maar vandaag is het zondag en zijn ze allen gesloten. De sterk religieuze bevolking houdt zich aan hun rustdag ondanks de vele drommen toeristen. De charmante winkeltjes zijn wel open.
Door smalle steegjes wandelen we verder en via de Wilhelminabrug komen in de Kerkbuurt. Opnieuw het ene oude huisje naast het ander en tussen de huisjes nog smallere steegjes.
Het is net of we in een openluchtmuseum lopen. Niets is minder waar; de huisjes zijn allen bewoond en een paar keer per jaar wordt zelfs de traditionele kledij nog uit de kleerkast gehaald.
We verlaten het toeristische gedeelte en wandelen naar nog een authentiek gedeelte van het eiland. De bewoning van het eiland werd gesticht door een kloostergemeenschap. Als bescherming tegen het water werden heuvels (terpen) aangelegd waarop dicht bij elkaar huizen werden gebouwd. De kerk in de Kerkbuurt staat op het hoogste punt van de grootste terp. In Marken zeggen ze echter werf tegen een terp.
We wandelen nog langs drie bebouwde werven: Wittewerf, Grotewerf en Rozewerf.
Deze laatste is aan het water gelegen en wordt beschermd door 12 ijsbrekers. Deze palen dienden om te voorkomen dat er na een strenge winter drijfijs door de wind zou opgestuwd worden en zo de dijk, die de werf beschermt, zou beschadigen.
De vuurtoren (het paard van Marken) was voor ons iets te ver om nog te bezoeken.
Dag 8
Welkom in Volendam. Opnieuw ontdekken we een pareltje, op naar een dagje authenticiteit. We plaatsen de motorhome op 1,3 km van het centrum en dit op het camperpark - Marinapark Volendam. Een plaats met alle voorzieningen. In tegenstelling tot de voorgaande dagen (het merendeel van de campers waren Duitsers), zijn het nu de Fransen die de overhand hebben. 
Het oorspronkelijke vissersdorp telde door zijn gunstige ligging aan het water veel vissers. Het dorp is nog steeds gekend voor zijn gerookte paling. De bevolking week ook af van de rest van de provincie; ze waren niet enkel grotendeels katholiek, maar hadden ook een eigen klederdracht en dialect. Sporadisch kan je nog iemand tegenkomen die de traditionele kleding draagt, wij niet spijtig.
Na de middag breekt de zon door de wolken en via de Hoogdijk en de windmolen met zijn tulpenveld wandelen we richting oude haven.
Bij het naderen werd het toeristisch karakter wel  duidelijk. Grote getale buitenlanders, die met bussen waren afgezet, kuierden langs de haven. Ze vergaapten zich aan de leuke vissershuisjes en de vele souvenirwinkels.
Maar het echte oude vissersleven speelde zich achter deze havenkant af. De massa’s toeristen lopen er gewoon voorbij en hebben enkel oog voor de winkeltjes en terrasjes. Wij ook, maar we willen meer zien. Op verschillende plaatsen zie je trappen die naar het lager gelegen gedeelte leiden. We dalen de trappen af en komen in het Doolhof terecht. In deze oudste buurt van het dorp staan heel leuke, maar vooral authentieke vissershuisjes. De huisjes zijn er niet volgens een vast omlijnd stratenpatroon gebouwd en we wandelen letterlijk door een doolhof van straatjes, met originele namen zoals: Doolhof, Oude Kom, het Dril, Havendijkje en Meerzijde. Het is er aangenaam wandelen en zoals gezegd kom er veel minder toeristen tegen.
De zon is al de ganse namiddag aanwezig en is het, na onze rondgang in het doolhof, genieten op van een verfrissing op één van de vele terrassen aan de haven.
Een weetje: aan deze haven kan je ferryboot nemen naar Marken.  Het eiland dat we gisteren bezochten.
En uiteraard konden wij ook niet aan verleiding weerstaan en lieten we een foto van ons nemen in traditionele klederdracht. Er zijn aan de haven verschillende zaken waar je zo’n foto kan laten nemen, maar wij gingen bij foto De Boer. Het was een leuke afsluiter van een dagje Volendam.
Dag 9
Op een 8tal km van Volendam is Monnickendam gelegen. Bedoeling is om ook daar op ontdekking te gaan.
We volgen de gps coördinaten en komen op parkings midden een wandelgebied terecht. Geen camperplaats te bespeuren.
We zoeken het adres op en na vele omwegen vinden we het havenkantoortje. De ganse omgeving van de jachthaven is in heraanleg, baantjes zijn verdwenen of afgesloten, andere werden nieuw aangelegd. Niet moeilijk dat de gps geen raad wist.
We bereiken tenslotte toch de camperplaats jachthaven Waterland. We hebben een mooi plekje met zicht op het water.
Na het middageten begeven ons richting oude stad, wat ongeveer 800m van de camperplaats verwijderd is.
Net zoals Volendam is Monnickendam aan het Markermeer gelegen, een klein oud vissersdorpje met een geschiedenis dat terug gaat tot de middeleeuwen. Doch uit dit verleden is enkel de Speeltoren overgebleven. In die toren bevindt zich het oudste nog bespeelde carillon van de wereld.
Het centrum is echt klein en je vindt er nog wel een aantal huizen met een bijzondere gevel, maar ik vind het bezoek wel een beetje een tegenvaller. 
We vinden toch nog een paar idyllische plekjes aan het water en in de omgeving van de houten ophaalbrug.
Toeristen waren er bijna niet te bespeuren en in de enkele restaurants aan de haven was geen enkele klant aanwezig. Maar wie zoekt die vindt! In de Havenstraat vinden we een leuke, mooi ingerichte zaak: De Koperen Vis. Na een verwarmend drankje begeven we ons terug naar de camper. De zon schijnt en de wind is gaan liggen. We kunnen nog een uurtje rustig genieten.
Dag 10
Wie Gouda zegt, denkt onmiddellijk aan kaas. We zijn in deze stad omdat hier wekelijks een traditionele kaasmarkt plaatsvindt. Elke donderdagmorgen wordt er volgens de oude tradities kaas gewogen en via het handjeklap proces verkocht. Bijna identiek aan de kaasmarkt in Alkmaar die we vorige week vrijdag bezochten.
Het is woensdagmorgen wanneer we toekomen op de enige camperplaats in de stad, nl. op parking Klein Amerika, met de bedoeling er te overnachten en de kaasmarkt te bezoeken op donderdag.
Doch de 30 voorziene plaatsen zijn allen ingenomen (vermoedelijk allemaal al van de dinsdag). Niemand maakte aanstalten om te vertrekken, wat betekende dat ook zij de intentie hadden om de markt te bezoeken op donderdag. Wij en nog andere motorhomes konden parkeren op een andere plaats, maar op een korte tijdspanne was er al twee maal controle door de handhaving met de mededeling dat er niet mocht overnacht worden op die plaatsen.
Er zat niets anders op dan de stad te verkennen, zonder de kaasmarkt en daarna een andere overnachtingsplaats te zoeken.
We wandelen het oude centrum van de stad binnen. Dit historische gedeelte is niet groot en op een uurtje wandel je langs de voornaamste bezienswaardigheden. Zoals in elke historische stad is de markt het middelpunt van alle activiteit.
Te midden het grote marktplein kan je het imposante stadhuis bezichtigen (op het ogenblik dat wij er waren was er juist een huwelijksplechtigheid bezig en was het gebouw niet toegankelijk).
Ook op de markt is de Goudse waag gelegen. Dit antieke gebouw werd vroeger gebruikt om de kazen te wegen. Nu vind je er het VVV en boven het kaas- en ambachtenmuseum.
Rondom vind je talloze cafés en restaurants met grote terrassen. Ook wij genoten van de lunch in één van die zaken, dit in de BarBier. Een speciaalzaak met vele bieren. Niets ongewoons voor ons, vele bieren zijn Belgisch. Je kan er zelfs een Gentse strop drinken.
Op de markt is ook het best bewaarde geheim van Gouda gelegen: de Kamphuisen stroopwafelfabriek. Een geheime doorgang in de winkel geeft toegang tot de fabriek. Dit bezoek is wel betalend.
Toch is het ook leuk rondwandelen langs de grachten en in de kleine steegjes rond de Sint-Janskerk.
In Gouda kom je vele hofjes tegen die je soms kunt bezichtigen wanneer de poort openstaat. Zo konden we uitzonderlijk de binnentuin van het Willem Vroesenhuis bezichtigen. Dit voormalig oudemannenhuis uit 1555 is nu een complex met 13 woningen.
Na ons bezoek aan de stad rijden we naar een camperplaats op een 7tal km van Gouda. Dit op de melkveeboerderij Aantjes-Blokhuis in Haastrecht. We passeren camping Streefland: volzet, en komen op de camperplaats en krijgen zelfde melding: volzet. Ik ging toch de boer zoeken om een plaatsje te vragen. Hij was zeer vriendelijk en gewillig, en het was gelukt. We konden parkeren op het naastliggende grasveld en stroom nemen op de camperplaats (later op de avond kwamen er nog een tiental campers bij. De boer wou het veld aanvankelijk nog niet gebruiken omdat de ondergrond nog niet hard genoeg was na de vele regen van de afgelopen maand).
Dag 11
Het is de laatste dag van onze zoektocht naar het authentieke Nederland. Op een foto ter promotie van Nederland zal je bijna altijd kaas, tulpen of windmolens terugvinden. Het zijn de windmolens die vandaag onze aandacht krijgen.
We zijn in Schiedam, waar je 's werelds grootste windmolens vindt. Je ziet ze overal boven de daken van de oude stad verschijnen, niet moeilijk met een hoogte tot 33 meter. De molens die aan de grachten gelegen zijn, zijn er gekomen door het jeneververleden van de stad. In de molens werd het gemout graan dienstig voor de stokerijen, gemalen.
We parkeren de motorhome op de camper parkeerplaats aan het Noordvest. Er mag ook overnacht worden op die plaats.
Op 20m van onze camper zien we al de eerste molen: de Vrijheid. Er zijn in totaal nog zes authentieke molens in de stad.
We gaan op pad maar het weer is een echte spelbreker. Het is koud, het regent en er staat een stevige noordoosten wind. Een foto nemen van de molens verloopt niet van een leien dakje. Een paraplu was nodig om te vermijden dat het fototoestel nat werd, maar was moeilijk in toom te houden door de harde wind. Na het spotten van een aantal molens wandelen we richting oude binnenstad.
Veel sfeer valt er in de binnenstraten niet te bespeuren, er is geen mens op straat. We schuilen even in het katholieke kerkje en hebben er tegelijkertijd een leuke babbel met de pastoor. We laten ons verder niet afschrikken door de regen en wandelen verder naar de grote markt waar het Oude Stadhuis is gelegen.
Aan de Lange Haven is het jenevermuseum gelegen, voor 15€ kan je het bezoeken. Proevertjes zijn afzonderlijk te betalen.
De stad heeft nog vele monumentale gebouwen, maar een groot deel van de oude pakhuizen, distilleerderijen en branderijen zijn inmiddels omgevormd tot woningen, winkeltjes of restaurants.
Toch verkleumd door de kou en regen zoeken we de warmte op in een klein, leuk restaurantje op de Grote Markt. Zààlig is de naam en zalig was het eten. Na het eten van een stevige uitsmijter besluiten we om huiswaarts te keren.
Het verkeer was ons goed gezind, de 168 km zijn zonder problemen afgelegd.
Terug thuis kunnen we nagenieten van onze speurtocht naar het authentieke Nederland en natuurlijk al vooruit blikken naar onze volgende reis.
Overzicht overnachtingen
Jachthaven Nieuwboer - Westdijk 36, Bunschoten-Spakenburg  GPS: n52.26070 o5.37238 – 20€/21pl – alle voorzieningen inbegrepen – 1 km naar centrum

Officiële camperplaats – Camperpark  ’t Urkerbos (voor camping) – Vormtweg 9, Urk – 18,5€/25pl (stroom 0,8€/kwh) – alle voorzieningen – zeer rustige en mooie camperplaats aan het bos – 6 km van Urk.

Officiële camperplaats Haven Urk - Burgemeester Schipperkade, Urk  GPS: n52.66040 o5.59975 – 17,5€/20pl – alle voorzieningen inbegrepen – 200m van centrum – lawaaierig overdag, ’s nachts was het rustig

Camping Alkmaar - Bergerweg 201, Alkmaar – 34,10€/nacht (TB inbegrepen) – alle voorzieningen – aankomst 14u tot 18u - 2 km naar centrum – er is bushalte aan camping

Camping Strandbad Edam - Zeevangszeedijk 7A, Edam – 37,25€/nacht (TB inbegrepen) – dure camping - alle voorzieningen – aankomst 13u – aan het Ijsselmeer – centrum 1,8 km

Marinapark Volendam – camperpark – De Pieterman 1, Volendam -  GPS: n52.48944 o5.05972  - 14€/36pl – alle voorzieningen inbegrepen – centrum 1,5 km – rustige camperplaats – persoon van gemeente komt ontvangen. Normaal is het 20€ voor 24u, maar we betaalden maar 14€ omdat we maar 1 nacht bleven

Jachthaven Waterland - Monnickendam   - GPS: n52.45755 o5.04442  - 26,5€ (TB inbegrepen)/18pl – alle voorzieningen inbegrepen – centrum 1 km

Camperplaats Aantjes-Blokhuis – melkveeboerderij – Provincialeweg Oost 127, Haastrecht – 18€/25pl (10 verhard) – 7 km van Gouda

We overnachtten niet bij elke plaats die we bezochten. Hierna vind je de parkings waar we met de motorhome terecht konden:

- Parkeerplaats de oude vos – havenkade, elburg
- Central parking – Het Rietveld, Marken
- Officiële camperplaats Parking Klein Amerika - Klein Amerika 30, Gouda - GPS: n52.01185 o4.71576  - 8€/30pl – alle voorzieningen (! Er zijn maar 18 stroomaansluitingen 4A) – 300m naar centrum
- Parking Noordvest (CP) - Noordvest 40, Schiedam – 7€/6pl (max. 8m)- geen voorzieningen) naast eerste molen – centrum 200m
E-mail: info@dmcamperreizen.be

Copyright © DMCamperreizen 2018.
All right reserved.