21.05.2023 - Umbrië (I)
Het is zondag 21 mei 2023, het vertrek van onze volgende reis. Deze keer reizen we naar Italië, meer in het bijzonder, naar Umbrië - het 'groene hart van Italië'.
Het groene heuvelachtige landschap is ruw en nauwelijks aangetast of gemoderniseerd, waardoor het net lijkt of de tijd hier heeft stil gestaan. De middeleeuwse steden en dorpen met monumentale kloosters en kerken zijn toonbare herinneringen aan de rijke cultuurgeschiedenis van Umbrië. De regio is vernoemd naar de ‘Umbri’, een stam die zich in de zesde eeuw voor Christus in dit gebied vestigde. Umbrië is ook het hart van de zwarte truffel-industrie en de ‘Baci Perugia’: een chocolade bonbon!

We ontdekken de discrete en vertederende schoonheid van Umbrië, haar vredige steden, het gezapige leven en de overvloedige natuur. Het is de streek van golvende vlakten en ruige berggebieden, van St.-Franciscus van Assisi en ‘Il Perugino’, van Spoleto en Gubbio, van de Monti Sibillini en het kleine Trasimeno-meer. Een regio op mensenmaat, waar cultuur en natuur perfect in evenwicht zijn.
Dag 1
Louter een verplaatsingsdag. Na een ganse dag autosnelweg zijn we op onze eerste tussenstop toegekomen. Een camperplaats van camping-car park, nl. area of La Halte Saint-Balsème, Le Chêne - Rue de Châlons – GPS: N 48.547928 O 4.144442. Een rustige, nette camperplaats met alle voorzieningen. Na alle insecten van de voorzijde van de motorhome verwijderd te hebben (en het waren er heel veel, pfff) kunnen we nog genieten van het zonnetje. Na de 16°C van thuis is 24° meer dan welkom.
Dag 2
Dit is onze tweede verplaatsingsdag. Na 484 km houden we het voor bekeken en stoppen in Bonneville. Opnieuw is het een overnachtingsplaats van Camping-car Park. Dit op Camping de mon Village of Bonneville - Rue des Bairiers 312 in Bonneville - GPS: N 46.082184 O 6.412573. Een park met een 10-tal verharde plaatsen. De overige plaatsen zijn allemaal op het gras gesitueerd. Het bijzondere aan deze plaats is dat in het hoogseizoen er ook caravans mogen staan, doch op het ogenblik van onze aanwezigheid stonden er toch een paar caravans. Het valt wel op dat de plaats langdurig wordt gebruikt door locals.
Het kan een gezellige plaats zijn, maar het is minder goed onderhouden. Het gras stond een halve meter hoog en het sanitair gebouw is oud (enkel open in juli en augustus). Voor één nacht vond ik het wel OK.
Bonneville is op een boogscheut van Genève, in Zwitserland, en op 57 km van de Mont Blanc tunnel gelegen.
Die tunnel zullen we morgen doorkruisen om Italië binnen te rijden.
Dag 3
We zijn al vroeg uit de veren want we hebben toch een voor ons grote afstand gepland om te overbruggen. Namelijk 520 km.
Zoals gezegd begeven we ons richting Mont Blanc tunnel. We naderen de Alpen en het berglandschap is adembenemend. Een beetje een domper op de vreugde was de file naar de tunnel, die was lang: we stonden 45 minuten stil en moesten dan nog een kwartier aanschuiven alvorens de tunnel te kunnen binnenrijden. Aangezien we niet binnen de 7 dagen terugkeren langs de tunnel moesten we een ticket enkele rit kopen, wat duur ic, nl. 68,10€!
We rijden uiteindelijk de tunnel binnen en na 11,8 km komen  we Italië binnen. We konden hetzelfde mooie landschap aanschouwen.
De bedoeling was om halt te houden in Parma, maar dan zouden we de dag nadien via Bologna moeten verder rijden. En zoals jullie wel weten lag Bologna net in het midden van het gebied dat getroffen was door een waterbom en dat tot einde mei heel wat waterellende kende.
We besluiten dan maar om via de kust verder te rijden. Monique voelt zich als een konijn dat van pijp naar pijp huppelde. We reden zeker door 80 tunnels!
Het is al 18.30u wanneer we Pisa in Toscane bereiken. We betalen voor twee nachten op de camperplaats die op een twee km  van het centrum gelegen is (Via Pratale 78, Pisa).
Dag 4
Vandaag bezoeken we de stad Pisa. We vertrekken niet te voet en nemen aan de camperplaats een bus (Navette E) die ons naar het centrum brengt. We gaan de oude stad binnen via een doorgang in de eeuwenoude stadsmuur.
Zoals iedereen begeven we ons eerst naar de legendarische scheve toren. Deze is op een zeer mooi plein, het piazza dei Miracoli, gelegen, samen met de dom, de doopkapel en verscheidene andere historische gebouwen. Alle hoogtepunten van Pisa vind je hier. Het lijkt wel een groot openluchtmuseum. Tegelijkertijd tref je er ook een mensenzee aan, en de massa troept samen voor de toren. Allen willen ze de perfecte foto maken.
Het weer is prachtig en we genieten van het uitzicht. De gebouwen zijn witter dan wit en het gras groener dan groen. We kochten een multiticket om ook de gebouwen binnenin te bekijken (10€/persoon en 17€/persoon als je ook de toren wilt bezoeken). We struinen verder langs de gebouwen, en nemen binnen ruimschoots de tijd om alles in ons op te nemen.
Na de middag nestelen we ons op een terrasje voor een lekkere lunch (fruiti di mare en pasta vongole).
Uiteraard biedt Pisa veel meer dan de toren alleen. Na de lunch wandelen we rond in het toeristische centrum. Wat minder is in Pisa zijn de opdringerige straatverkopers met allerhande prularia. Negeren of kordaat afwimpelen en ze laten je verder met rust. Is wel eigen aan grote steden (cfr. Parijs, Rome, Praag, …). We slenteren door de straatjes langs tientallen kerken en passeren de piazza met het universiteitsgebouw. Het opvallendste zijn de prachtige muurschilderingen aan de buitenkant. De natuurkundige Galileo Galilei was hier nog student.
Aan de rivier de Arno (die de stad in twee splitst) lopen we nog even door de oudste wijk van Pisa. Deze is minder toeristisch. Door de ramen van de hoge gebouwen in de smalle straatjes kan je mekaar bijna de hand reiken. Overal hangt het wasgoed aan de balkonnetjes.
We sluiten onze wandeling af in het patisserietje van "la mama", dit met een caffé americano en tiramisu gebakje. Waarschijnlijk is het één van de oudste zaken in Pisa. Beide zusters die nog steeds de klanten verwennen zijn ruim boven de 80 jaar.
Dag 5
We verlaten Pisa en begeven ons naar de regio die we willen ontdekken, namelijk Umbrië. Tegen de middag bereiken we de bestemming voor de komende drie dagen. We zijn in Castiglione del Lago, op camping Listro, gelegen op de Via Lungolago. De camping is onmiddellijk aan het lago Trasimeno, het grootste meer van midden en zuid Italië. Vanop ons plaatsje hebben we zicht op dit prachtig meer. Momenteel staat er voldoende water in, aangezien er in het meer een kunstmatige aanvoer van bergwater is uit de Apennijnen. Vorige jaar moest je 150m in de bedding wandelen om aan het water te geraken, te wijten aan de extreem droge voorgaande jaren. Dit jaar startte veel natter, wat ze in het noordoosten van Italië op dramatische wijze hebben ervaren!
Na het installeren van de motorhome besluiten we om in de namiddag rustig te genieten in de zon. Doch om 15u besliste het weer er anders over, er barstte een hevig onweer los boven het meer. Er viel gelukkig niet al te veel regen uit de lucht. Na anderhalf uur was het onweer voorbij maar het bleef de rest van de namiddag en avond bewolkt.
Dag 6
We worden wakker onder een stralende zon. Het meer schittert en de watervogels snateren en kwaken. De witte reigers staren in het water op zoek naar visjes. Een enkele zwemmer waagt zich aan zijn ochtendrondje.
De hele ochtend luieren we aan de camper. In de namiddag bezoeken we de oude binnenstad van Castiglione del Lago. Dit dorpje, hoog op een heuvel, wordt bestempeld als “I borghi più belli d’Italia” één van de mooiste dorpjes van Italië. De weg er naartoe is héél steil. Het was toch even uitblazen als we boven kwamen aan de hoge stadsmuren die het middeleeuws dorpje omringen.
We betreden het oude centrum via de Porta Senese, één van de drie poorten in de stadsmuur. Onmiddellijk worden we gecharmeerd door de gebouwen, geplaveide straatjes en idyllische kerkjes. Zoals gezegd zijn er drie stadspoorten, en in het centrum kom je drie pleinen en drie kerken tegen.
We wandelen langs de Via Vittorio Emanuele, de verkeersvrije straat die die de hele stad doorkruist. De vele restaurantjes stralen gezelligheid uit en in de winkeltjes worden vooral lokale Umbrische specialiteiten aangeboden. Op het einde van de straat bevindt zich één van de bezienswaardigheden, het palazzo della Corgna. Vanuit het Palazzo kan je via een lange en smalle overdekte gang die is ingewerkt in de oude middeleeuwse stadsmuur de  belangrijkste bezienswaardigheid van Castiglione del Lago bereiken: de Rocca del Leone, het Fort van de Leeuw. Dit fort kijkt uit over het Lago Trasimeno. Het heeft een vijfhoekige vorm en is gebouwd in de dertiende eeuw. Beiden zijn enkel te bezoeken met ticket, kostprijs 9€/persoon. Wij besluiten deze niet te bezoeken en een terrasje op te zoeken voor een lekker ijsje en een verfrissend drankje. Morgen zullen we ons op het meer begeven.
Dag 7
Het meer blaakt opnieuw in de zon. Het is zaterdag en verlengd pinksterweekend. De camping is volgelopen met Italianen die het lange weekend aan het meer willen doorbrengen.
Er staat een strakke wind vandaag, ideaal voor de vele kite surfers die het meer bevolken.
In de namiddag begeven wij ons ook op het water. We schepen in op een  “traghetto di linea”, een veerboot die ons naar het Isola Maggiore brengt. Isola Maggiore is het enige bewoonde eiland in het meer van Trasimeno.
Er is één straat op het eiland. Het is er gezellig wandelen langs de pittoreske gebouwen. De huizen worden hoofdzakelijk bewoond door vissers. Normaal hangen ze hun visnetten te drogen tussen de kerken Sant’Angelo en de San Salvatore, doch op het ogenblik van ons bezoek hingen er geen. Ik kwam welgeteld één visnet tegen dat over een afsluiting hing.
Op het hoogste punt van het eiland is de Sint-Franciscuskerk gelegen. Het was opnieuw een hele steile klim er naartoe. Onderweg moest ik een paar keer stoppen om op adem te komen. De kerk van San Michele Arcangelo werd er in 1136 gebouwd. In de 13e  eeuw werd ze overbouwd door de Franciscanen, nadat  St. Franciscus van Assisi een korte tijd zijn toevluchtsoord zocht op het eiland. Er zijn nog goed bewaard gebleven fresco’s aanwezig in de kerk. De oudsten dateren nog uit de 13e eeuw.
Wat het eiland ook speciaal maakt is het vele kantwerk dat er terug te vinden is. De hoofdbezigheid van de vissersvrouwen was het vlechten en herstellen van vissersnetten, doch in de winter hadden ze niet veel werk. Tot er dame op het eiland arriveerde die kant haakte. Een vriendin van haar die een zeer goed kantwerkster was, was bereid om  de kunst aan de lokale vissersvrouwen aan te leren. Zo werd er een heuse handel opgezet, waardoor het inkomen van de vissers in de winter een heel stuk werd opgetrokken.
Nu nog kan je op regelmatige tijdstippen de oude vrouwen bewonderen die voor hun deur kant zitten te haken. Vele oude werkjes met een hoofdzakelijk Ierse steek kan je bezichtigen in het kleine museum en in de winkeltjes is er ook kant te koop.
Na een paar uur moesten we terug aan de inschepingssteiger staan, dit om de laatste veerboot van de dag te nemen die ons terug naar het vasteland bracht.
Dag 8
Onze drie dagen aan meer van Trasimeno zitten er op. We begeven ons richting Apennijnen. Aan de voet en op de flank van dit gebergte arriveren we in een goed bewaard middeleeuws dorp, namelijk: Gubbio.
We installeren er ons op de lokale camperplaats (Via del Bottagnone -  GPS: n43.35000 - o12.56389). Gelukkig staan er maar een paar campers en hebben we voldoende plaats gezien alle plaatsen smal zijn. De stroom is er duur (0,5€/uur) met een maximaal vermogen van 400W. Voor ons veel te weinig aangezien we zelfs de koffiezet niet kunnen gebruiken. Maar geen probleem, er is voldoende zon zodat ons zonnepaneel de batterij volledig heeft opgeladen.
Na de middag begeven we ons naar het historisch stadscentrum. Onderweg passeren we de ruïne van een Romeins amfitheater.
Binnen de stadsmuur valt  onmiddellijk de gele kleur van de gebouwen op. Alle huizen in de stad zijn gemaakt van geel kalksteen en hebben daken van terracotta tegels, en ook veel van de 14de- en 15de-eeuwse paleizen (palazzo’s) volgen deze bouwstijl. Dit levert een zeer mooi en idyllisch beeld op.
Aangezien het dorp op de flanken van een berg is gebouwd lopen de straatjes steil opwaarts tot we één van de grootste bezienswaardigheden hebben bereikt, zijnde de Basilica di Sant’Ubaldo.
Gelukkig moet je niet de volledige klim doen. Er zijn in de stad liften die je twee niveaus opwaarts brengen. Op het tweede niveau ben je al aan de basiliek.
21.05.2023 - Umbrië (I)
Het is zondag 21 mei 2023, het vertrek van onze volgende reis. Deze keer reizen we naar Italië, meer in het bijzonder, naar Umbrië - het 'groene hart van Italië'.
Het groene heuvelachtige landschap is ruw en nauwelijks aangetast of gemoderniseerd, waardoor het net lijkt of de tijd hier heeft stil gestaan. De middeleeuwse steden en dorpen met monumentale kloosters en kerken zijn toonbare herinneringen aan de rijke cultuurgeschiedenis van Umbrië. De regio is vernoemd naar de ‘Umbri’, een stam die zich in de zesde eeuw voor Christus in dit gebied vestigde. Umbrië is ook het hart van de zwarte truffel-industrie en de ‘Baci Perugia’: een chocolade bonbon!

We ontdekken de discrete en vertederende schoonheid van Umbrië, haar vredige steden, het gezapige leven en de overvloedige natuur. Het is de streek van golvende vlakten en ruige berggebieden, van St.-Franciscus van Assisi en ‘Il Perugino’, van Spoleto en Gubbio, van de Monti Sibillini en het kleine Trasimeno-meer. Een regio op mensenmaat, waar cultuur en natuur perfect in evenwicht zijn.
Dag 1
Louter een verplaatsingsdag. Na een ganse dag autosnelweg zijn we op onze eerste tussenstop toegekomen. Een camperplaats van camping-car park, nl. area of La Halte Saint-Balsème, Le Chêne - Rue de Châlons – GPS: N 48.547928 O 4.144442. Een rustige, nette camperplaats met alle voorzieningen. Na alle insecten van de voorzijde van de motorhome verwijderd te hebben (en het waren er heel veel, pfff) kunnen we nog genieten van het zonnetje. Na de 16°C van thuis is 24° meer dan welkom.
Dag 2
Dit is onze tweede verplaatsingsdag. Na 484 km houden we het voor bekeken en stoppen in Bonneville. Opnieuw is het een overnachtingsplaats van Camping-car Park. Dit op Camping de mon Village of Bonneville - Rue des Bairiers 312 in Bonneville - GPS: N 46.082184 O 6.412573. Een park met een 10-tal verharde plaatsen. De overige plaatsen zijn allemaal op het gras gesitueerd. Het bijzondere aan deze plaats is dat in het hoogseizoen er ook caravans mogen staan, doch op het ogenblik van onze aanwezigheid stonden er toch een paar caravans. Het valt wel op dat de plaats langdurig wordt gebruikt door locals.
Het kan een gezellige plaats zijn, maar het is minder goed onderhouden. Het gras stond een halve meter hoog en het sanitair gebouw is oud (enkel open in juli en augustus). Voor één nacht vond ik het wel OK.
Bonneville is op een boogscheut van Genève, in Zwitserland, en op 57 km van de Mont Blanc tunnel gelegen.
Die tunnel zullen we morgen doorkruisen om Italië binnen te rijden.
Dag 3
We zijn al vroeg uit de veren want we hebben toch een voor ons grote afstand gepland om te overbruggen. Namelijk 520 km.
Zoals gezegd begeven we ons richting Mont Blanc tunnel. We naderen de Alpen en het berglandschap is adembenemend. Een beetje een domper op de vreugde was de file naar de tunnel, die was lang: we stonden 45 minuten stil en moesten dan nog een kwartier aanschuiven alvorens de tunnel te kunnen binnenrijden. Aangezien we niet binnen de 7 dagen terugkeren langs de tunnel moesten we een ticket enkele rit kopen, wat duur ic, nl. 68,10€!
We rijden uiteindelijk de tunnel binnen en na 11,8 km komen  we Italië binnen. We konden hetzelfde mooie landschap aanschouwen.
De bedoeling was om halt te houden in Parma, maar dan zouden we de dag nadien via Bologna moeten verder rijden. En zoals jullie wel weten lag Bologna net in het midden van het gebied dat getroffen was door een waterbom en dat tot einde mei heel wat waterellende kende.
We besluiten dan maar om via de kust verder te rijden. Monique voelt zich als een konijn dat van pijp naar pijp huppelde. We reden zeker door 80 tunnels!
Het is al 18.30u wanneer we Pisa in Toscane bereiken. We betalen voor twee nachten op de camperplaats die op een twee km  van het centrum gelegen is (Via Pratale 78, Pisa).
Dag 4
Vandaag bezoeken we de stad Pisa. We vertrekken niet te voet en nemen aan de camperplaats een bus (Navette E) die ons naar het centrum brengt. We gaan de oude stad binnen via een doorgang in de eeuwenoude stadsmuur.
Zoals iedereen begeven we ons eerst naar de legendarische scheve toren. Deze is op een zeer mooi plein, het piazza dei Miracoli, gelegen, samen met de dom, de doopkapel en verscheidene andere historische gebouwen. Alle hoogtepunten van Pisa vind je hier. Het lijkt wel een groot openluchtmuseum. Tegelijkertijd tref je er ook een mensenzee aan, en de massa troept samen voor de toren. Allen willen ze de perfecte foto maken.
Het weer is prachtig en we genieten van het uitzicht. De gebouwen zijn witter dan wit en het gras groener dan groen. We kochten een multiticket om ook de gebouwen binnenin te bekijken (10€/persoon en 17€/persoon als je ook de toren wilt bezoeken). We struinen verder langs de gebouwen, en nemen binnen ruimschoots de tijd om alles in ons op te nemen.
Na de middag nestelen we ons op een terrasje voor een lekkere lunch (fruiti di mare en pasta vongole).
21.05.2023 - Umbrië  (I)
Het is zondag 21 mei 2023, het vertrek van onze volgende reis. Deze keer reizen we naar Italië, meer in het bijzonder, naar Umbrië - het 'groene hart van Italië'.
Het groene heuvelachtige landschap is ruw en nauwelijks aangetast of gemoderniseerd, waardoor het net lijkt of de tijd hier heeft stil gestaan. De middeleeuwse steden en dorpen met monumentale kloosters en kerken zijn toonbare herinneringen aan de rijke cultuurgeschiedenis van Umbrië. De regio is vernoemd naar de ‘Umbri’, een stam die zich in de zesde eeuw voor Christus in dit gebied vestigde. Umbrië is ook het hart van de zwarte truffel-industrie en de ‘Baci Perugia’: een chocolade bonbon!

We ontdekken de discrete en vertederende schoonheid van Umbrië, haar vredige steden, het gezapige leven en de overvloedige natuur. Het is de streek van golvende vlakten en ruige berggebieden, van St.-Franciscus van Assisi en ‘Il Perugino’, van Spoleto en Gubbio, van de Monti Sibillini en het kleine Trasimeno-meer. Een regio op mensenmaat, waar cultuur en natuur perfect in evenwicht zijn.
Dag 1
Louter een verplaatsingsdag. Na een ganse dag autosnelweg zijn we op onze eerste tussenstop toegekomen. Een camperplaats van camping-car park, nl. area of La Halte Saint-Balsème, Le Chêne - Rue de Châlons – GPS: N 48.547928 O 4.144442. Een rustige, nette camperplaats met alle voorzieningen. Na alle insecten van de voorzijde van de motorhome verwijderd te hebben (en het waren er heel veel, pfff) kunnen we nog genieten van het zonnetje. Na de 16°C van thuis is 24° meer dan welkom.
Dag 2
Dit is onze tweede verplaatsingsdag. Na 484 km houden we het voor bekeken en stoppen in Bonneville. Opnieuw is het een overnachtingsplaats van Camping-car Park. Dit op Camping de mon Village of Bonneville - Rue des Bairiers 312 in Bonneville - GPS: N 46.082184 O 6.412573. Een park met een 10-tal verharde plaatsen. De overige plaatsen zijn allemaal op het gras gesitueerd. Het bijzondere aan deze plaats is dat in het hoogseizoen er ook caravans mogen staan, doch op het ogenblik van onze aanwezigheid stonden er toch een paar caravans. Het valt wel op dat de plaats langdurig wordt gebruikt door locals.
Het kan een gezellige plaats zijn, maar het is minder goed onderhouden. Het gras stond een halve meter hoog en het sanitair gebouw is oud (enkel open in juli en augustus). Voor één nacht vond ik het wel OK.
Bonneville is op een boogscheut van Genève, in Zwitserland, en op 57 km van de Mont Blanc tunnel gelegen.
Die tunnel zullen we morgen doorkruisen om Italië binnen te rijden.
Dag 3
We zijn al vroeg uit de veren want we hebben toch een voor ons grote afstand gepland om te overbruggen. Namelijk 520 km.
Zoals gezegd begeven we ons richting Mont Blanc tunnel. We naderen de Alpen en het berglandschap is adembenemend. Een beetje een domper op de vreugde was de file naar de tunnel, die was lang: we stonden 45 minuten stil en moesten dan nog een kwartier aanschuiven alvorens de tunnel te kunnen binnenrijden. Aangezien we niet binnen de 7 dagen terugkeren langs de tunnel moesten we een ticket enkele rit kopen, wat duur ic, nl. 68,10€!
We rijden uiteindelijk de tunnel binnen en na 11,8 km komen  we Italië binnen. We konden hetzelfde mooie landschap aanschouwen.
De bedoeling was om halt te houden in Parma, maar dan zouden we de dag nadien via Bologna moeten verder rijden. En zoals jullie wel weten lag Bologna net in het midden van het gebied dat getroffen was door een waterbom en dat tot einde mei heel wat waterellende kende.
We besluiten dan maar om via de kust verder te rijden. Monique voelt zich als een konijn dat van pijp naar pijp huppelde. We reden zeker door 80 tunnels!
Het is al 18.30u wanneer we Pisa in Toscane bereiken. We betalen voor twee nachten op de camperplaats die op een twee km  van het centrum gelegen is (Via Pratale 78, Pisa).
Dag 4
Vandaag bezoeken we de stad Pisa. We vertrekken niet te voet en nemen aan de camperplaats een bus (Navette E) die ons naar het centrum brengt. We gaan de oude stad binnen via een doorgang in de eeuwenoude stadsmuur.
Zoals iedereen begeven we ons eerst naar de legendarische scheve toren. Deze is op een zeer mooi plein, het piazza dei Miracoli, gelegen, samen met de dom, de doopkapel en verscheidene andere historische gebouwen. Alle hoogtepunten van Pisa vind je hier. Het lijkt wel een groot openluchtmuseum. Tegelijkertijd tref je er ook een mensenzee aan, en de massa troept samen voor de toren. Allen willen ze de perfecte foto maken.
Het weer is prachtig en we genieten van het uitzicht. De gebouwen zijn witter dan wit en het gras groener dan groen. We kochten een multiticket om ook de gebouwen binnenin te bekijken (10€/persoon en 17€/persoon als je ook de toren wilt bezoeken). We struinen verder langs de gebouwen, en nemen binnen ruimschoots de tijd om alles in ons op te nemen.
Na de middag nestelen we ons op een terrasje voor een lekkere lunch (fruiti di mare en pasta vongole).
Uiteraard biedt Pisa veel meer dan de toren alleen. Na de lunch wandelen we rond in het toeristische centrum. Wat minder is in Pisa zijn de opdringerige straatverkopers met allerhande prularia. Negeren of kordaat afwimpelen en ze laten je verder met rust. Is wel eigen aan grote steden (cfr. Parijs, Rome, Praag, …). We slenteren door de straatjes langs tientallen kerken en passeren de piazza met het universiteitsgebouw. Het opvallendste zijn de prachtige muurschilderingen aan de buitenkant. De natuurkundige Galileo Galilei was hier nog student.
Aan de rivier de Arno (die de stad in twee splitst) lopen we nog even door de oudste wijk van Pisa. Deze is minder toeristisch. Door de ramen van de hoge gebouwen in de smalle straatjes kan je mekaar bijna de hand reiken. Overal hangt het wasgoed aan de balkonnetjes.
We sluiten onze wandeling af in het patisserietje van "la mama", dit met een caffé americano en tiramisu gebakje. Waarschijnlijk is het één van de oudste zaken in Pisa. Beide zusters die nog steeds de klanten verwennen zijn ruim boven de 80 jaar.
Een van de bekendste straten van Gubbio is de Via dei Consoli. Deze weg doorkruist het oude centrum van het dorp en neemt ons mee langs verschillende leuke winkeltjes, barretjes en restaurantjes. Halverwege is het Piazza Grande gelegen. Vanaf dit plein heb je een prachtig uitzicht op het dal en op de terracotta dakpannen van het lager gelegen deel.
En zo doorkruisen we het volledige middeleeuwse centrum, van het ene prachtige, hoge gebouw naar het andere, en van het ene palazzo naar het volgende. Het is er echt gezellig vertoeven en bij het rondwandelen komt de geur van de lokale specialiteiten je tegemoet.
We sluiten de namiddag af op een terras gelegen op één van de leuke pleintjes. Wanneer we de stad willen verlaten worden we nog getrakteerd op een historische optocht ter gelegenheid van Pinksteren.
Dag 9
Vandaag staat de hoofdstad van Umbrië op het programma. We zijn in Perugia, een stad uitgestrekt over een lange heuvel, die reeds in de 6e eeuw VC een belangrijke stad was.
We installeren onze motorhome op de gemeentelijke camperplaats Il Bove (Via Giovanni Ruggia,  GPS: n43.09810 o12.38386), in de benedenstad. Buiten onze verwachting om waren er nog vele plaatsen vrij toen we toekwamen. Het is geen ideale plaats om te overnachten. Het ligt aan een zeer drukke baan, doch alle voorzieningen zijn aanwezig.
Via een trap gaan we naar de naastliggende weg waar we, de halte ligt net naast de parking, de bus G nemen die ons tot in het hart van de historische stad brengt. Het is tevens de eindhalte van de bus.
We staan op het “piazza Italia”, een prachtig plein met het palazzo Cezaroni en een pittoresk parkje. Het zicht wordt evenwel ontsiert door de vele geparkeerde auto’s.
Via de centrale hoofdstraat wandelen we richting het voornaamste plein van de stad. We worden omringd door de vele hoge en rijk versierde gebouwen, en er heerst een gezellige drukte. De straat loopt, net zoals vele andere, licht hellend op. Hoe hoger je je in de stad begeeft hoe ouder de gebouwen zijn. De meesten dateren uit de 13e, 14e eeuw.
We bereiken het voornaamste plein, het “Piazza IV Novembre”. Er staat een gebeeldhouwde fontein uit de 13e eeuw, de “Fontana Maggiore”, voorzien van een schitterende reeks reliëfs en beelden.
Op hetzelfde plein bezoeken we de San Lorenzokathedraal. Opvallend is dat de kerk voorzien is van een preekstoel aan de buitenzijde. We konden de kathedraal net lang genoeg langs de binnenzijde bekijken. Om 12.30u kwam de kerkbewaarder op ons af met een zeer grote sleutel in de hand. We moesten, net zoals de andere bezoekers, de kerk verlaten waarna deze onherroepelijk tot de volgende dag op slot ging. Nog één keer ging de zware grendel van de deur open om een paar achterblijvers buiten te laten.
Tijd dus om ons op een terras te installeren, waar we een gróte, overheerlijke pizza aten.
Na de lunch kuieren we verder in de stad en ontdekken het ene pareltje na het andere. Vele schoonheden liggen verborgen in smalle steegjes, die enkel via een doorgang in een gevel bereikbaar zijn.
Dan zijn er nog de musea die eveneens in grote “palazzo’s” gehuisvest zijn, met het “Museo Capitolare”, gewijd aan kunst uit Umbrië en Siena, en de “Galleria Nazionale dell’Umbria” als voornaamsten.
Wij bezochten enkel het historische centrum van de stad, doch Perugia telt nog meerdere interessante stadsdelen.
We verlieten de stad zoals we gekomen waren, … met de bus.
Dag 10
De zon is al vroeg van de partij. Ook de marktkramers zijn vroeg uit de veren. Op de parking net boven de camperplaats is het markt. Dus voor we Perugia verlaten bezoeken we de markt om groenten en fruit aan te kopen. Op 100 meter is wel een supermarkt, maar vers van de boer smaakt toch beter. Wil je naar de supermarkt, dan ga je best te voet van de camperplaats want aan de supermarkt is er geen mogelijkheid om de camper te parkeren.
Na onze aankopen vertrekken we richting Assisi. Een stadje dat in het teken staat van de beroemdste inwoner die Assisi gekend heeft, de heilige Franciscus.
We installeren de motorhome op een 4tal km van de stad, dit op camping Green Village (via s.g. In campiglione 110).
De rest van de dag doen we niets anders dan lui genieten onder onze luifel.
Dag 11
Vandaag bezoeken we Assisi, een stad die héél veel katholieken aantrekt.
Aan de ingang van de camping stappen we in de shuttlebus van de camping die ons naar de ingangspoort van de oude stad brengt. Viermaal per dag rijdt hij naar het oude centrum en terug.
We starten ons bezoek, net zoals de andere 5 miljoen toeristen en pelgrims die Assisi jaarlijks overspoelen, in de San Francesco Basilica, een van de mooiste basilieken van Italië. Spijtig dat de vele vrachtwagens van de RAI televisie het zicht op het plein en basiliek ontsieren. Onze eerste klim van de dag is achter de rug. Velen zullen nog volgen want de stad is op de flanken van een heuvel gebouwd. Het kerkgebouw bestaat uit twee boven elkaar gebouwde kerken. Eerst gaan we de benedenkerk (Basilica Inferiore) binnen. De talrijke fresco’s springen onmiddellijk in het oog. Er mogen spijtig genoeg geen foto’s gemaakt worden binnen de kerk, en er is zeer veel controle die elke poging beleefd in de kiem smoort. Toch heb ook ik een paar foto’s kunnen trekken!
Vervolgens daal ik af in de Cripta di San Francesco. Hier is het monumentale graf van Franciscus van Assisi gelegen. Ik vind het toch maar vreemd om gelovigen op de grond te zien liggen ter aanbidding van het graf.
Na de bovenkerk (Basilica Superiore) bezocht te hebben begeven we ons verder stad inwaarts, via de Via San Francesco, één van de mooiste straten van Assisi. We slenteren (als je wandelen in een steil oplopende straat slenteren kan noemen) langs zeer mooie huizen en gezellige boetiekjes en souvenirwinkels waar bijna alle souvenirs eveneens in het teken van Franciscus staan.
Onderweg stoppen we voor het eten van een pizza, waarna we het middelpunt van Assisi bereiken, het Piazza del Comune. Hier bewonderen we enkele belangrijke monumenten van de stad, o.a. het gemeentehuis.
We wandelen verder door de stad en aan het piazza San Rufino bezichtigen we de San Rufino kathedraal. En aan kerken en basilieken geen gebrek in Assisi, buiten de genoemde zijn er ondermeer nog: de Santa Chiara Basiliek, de Chiesa Nuova, … Op het plein voor de Nuova kerk merken we een mooi bronzen standbeeld op. Blijkt dat het de ouders van Franciscus zijn.
Terug naar de San Rufino kathedraal: hier begeef ik mij ook langs de vele steile trappen tot in de top van de toren. Ik waai er bijna uit de kleren, en met het hoofd tussen de klokken heb ik een prachtig zicht op de stad en een panoramisch beeld van de omgeving.
Een uurtje later zit ons bezoek er op en op dat ogenblik begint het te regenen (het was bijna gans de namiddag bewolkt en we hadden een onweer al van in de verte zien naderen).
Nog even moeten we schuilen tot het busje ons terug komt oppikken richting camping.
Dag 12
Geen grote verplaatsing vandaag. Om 18km van Assisi bereiken we het stadje Spello, één van de best bewaarde Middeleeuwse stadjes van Umbrië. Aan de voet er van installeren we ons op de gemeentelijke camperplaats (op de via centrale Umbra).
Blijkt absoluut geen aanrader. Zeer veel lawaai van het sportcomplex ernaast. De parking staat, alhoewel aangeduid enkel voor campers, vol met auto's van bezoekers van het complex. We hebben nog een plaats in een hoek. In de namiddag komt er ook nog een groep met jonge zigeunergezinnen toe, dit met campers en caravans. De lozingsplaats wordt herschapen in een wasplaats voor kleding en auto's.
Terug naar onze uitstap: we gaan richting centrum en hebben een héél steile klim voor de boeg. We klauteren tussen de eeuwenoude huisjes omhoog. Tussendoor genieten we van het adembenemende uitzicht.
Bezweet van de inspanning komen we in het historische centrum. We hebben een aangename wandeling langs de pittoreske straatjes vol met lichtroze gekleurde huisjes opgefleurd met vele bakken en potten vol bloemen en planten.
Wil je er nog meer bloemen zien dat moet je het tweede weekend na Pinksteren komen, dan wordt de hele stad getransformeerd in een kunstwerk van bloemen.
De hele ochtend was het warm en zonnig, maar kort in de namiddag kregen we een onweer over ons vel, gelukkig met niet te veel regen. We schuilden ondertussen op het overdekt terras van een bar-pattiseria. Zo combineerden we het aangename met het onaangename.
We verlieten de stad tenslotte langs de licht hellende hoofdstraat, die eindigde aan de eeuwenoude Porta consulare. Een eind verder bereikten we dan opnieuw de camperplaats die voor de tweede keer volliep met auto's. Benieuwd wat de nacht zal brengen.
Dag 13
Al bij al hadden we een rustige nacht. Rond 23u vertrokken de laatste auto's en van de zigeunergezinnen hadden we geen lawaai.
Vandaag is het nationale feestdag in Italië en de bevolking is al vroeg uit de veren. Vanaf 7u is het al een aan en afrijden aan het sportcomplex.
Sneller dan gewoonlijk hebben we opgeruimd en vervolgen onze trip.
We rijden Montefalco binnen. De camperplaats straalde rust uit (Via G. Pascoli - wanneer je de coördinaten gebruikt dan kom je op een grote publieke parking voor bussen en personenauto's terecht. De camperplaats ligt beneden die grote parking!)
We bevinden ons op 475m hoogte en Montefalco wordt ook wel het balkon van Umbrië genoemd. Het stadje bevindt zich hoog boven de wijngaarden. Juist, het is een wijnstadje, zeer bekend voor zijn wijnen: sagrantino wijnen. Wijnproeven is de boodschap vandaag.
Via één van de oude poorten wandelen we naar het centrale plein van het stadje, tevens het hoogste punt. De smalle straatjes met de oude huisjes kronkelen zich een weg naar boven tot het plein. Rond en om het plein zijn vele gezellige restaurantjes en wijnverkooppunten gelegen.
We bezoeken een winkeltje van één van de gerenommeerde wijnhuizen, dit voor een wijndegustatie. De dure maar krachtige Sagrantino di Montefalco sla ik over, maar proef verschillende Rosso di Montefalco DOC. Ik proef eveneens de reserva van 2018 en besluit hiervan mijn voorraad voor de winter aan te kopen. 
Tijd dan om een terrasje op het centrale plein op te zoeken. Het is er gezellig zitten en we genieten van het goede weer. Ikzelf doe dit met een glas Rosso Di Montefalco en met wat olijven erbij kan de dag niet meer stuk. De wijn is van een ander wijnhuis en valt ook zeer in mijn smaak. Achteraf zoek ik nog een winkeltje en koop nog een paar flessen van dat merk.
Dag 14
Van de wijn rijden we naar de olijfolie. Hoog op een heuvel zijn we in Trevi toegekomen. De gratis camperplaats (Via Costa San Paolo, Trevi  GPS: n42.87829 o12.75221) is eigenlijk een gewone parking (met put voor zowel grijs water als wc cassette) waarop je de camper enkel dwars of overlangs tussen de bomen kunt plaatsen.
Het stadje wordt omringd door olijfgaarden en blijkbaar wordt hier één van de beste olijfolies van Italië geproduceerd.
Via één van de poorten in de stadsmuur, die Trevi vroeger volledig omwalde, wandelen we naar het hart van het dorp: het Piazza Mazzini, met het Palazzo Comunale (het centrale plein met het gemeentehuis).
Aan kerken is er geen gebrek, binnen de muren vind je maar liefst 20 oude kerken.
Langs de smalle straatjes met eeuwenoude huisjes, waarvan enkelen nog dateren uit de middeleeuwen, bereiken we het hoogste punt van Trevi, waar we de belangrijkste kerk binnengaan, de Duomo di Sant’Emiliano. Via die zelfde straatjes wandelen we dan terug naar het gemeenteplein. We palmen er een plaatsje in op het terras van bar caffé Roma, waar al meer dan 100 jaar drankjes geserveerd worden.
Iets later breekt een onweer los. Aangezien het toch regent gaan we het voormalige klooster Convento di San Francesco binnen, waar nu verschillende musea gevestigd zijn. We bezoeken er onder meer Museo della Civiltà dell’Ulivo, waar de geschiedenis van de eeuwenoude productie van olijfolie aan bod komt.
Ons bezoek aan Trevi sluiten we af in een winkeltje gespecialiseerd in olijfolie. Daar proef ik de gerenommeerde Trevi olijfolie. Die is echt lekker en natuurlijk koop ik een fles.
Dag 15
Bij het ontwaken zijn Trevi en de omliggende olijfgaarden volledig in mist gehuld. De veelvuldige regen van gisteravond en de warme temperatuur van deze morgen zorgen er voor dat de stad verborgen is.
Na het ontbijt vervolgen we onze weg en 20km verder rijden we in volle zon een camperplaats in Spoleto op (Via del Tiro a Segno, de coördinaten doen je toekomen op de weg boven de camperplaats!).
De plaatsen zijn vrij groot en naar Italiaanse normen mooi afgebakend.
De oude ommuurde stad ligt hoog op de heuvelflank, met strategisch op de top, het fort Rocca Albornoziana.
Gelukkig moeten we vandaag geen steile klimmen doen; door middel van ondergrondse roltrappen klimmen we omhoog naar het historisch centrum. De eerste reeks roltrappen brengt ons naar het fort. Binnenin zijn mooie tentoonstellingen en van op de vestingmuren hebben we een prachtig panoramisch zicht op de omgeving en … onze motorhome.
Van het fort wandelen we naar de Basilica di San Salvatore, een kerk die reeds dateert uit de vierde en vijfde eeuw. Aan de kerk, waar een misviering bezig was, heerst er een gezellige drukte. Zeer veel Italianen bezoeken op het eind van hun verlengd weekend deze prachtige stad. We zagen al verscheidene mooie en pittoreske dorpen en stadjes in Umbrië, Spoleto is er zeker één van.
We dwalen dan verder langs smalle straatjes, over steegjes met trappen, langs oude huizen en gezellige pleintjes. Gelukkig gaat alles in dalende lijn aangezien we ons bezoek startten op het hoogste punt.
We wandelen nog verder langs een Romeinse boog: Arco di Druso aan het Piazza del Mercato en nabij het Piazza Libertà ontdekken we een heus Romeins theater.
Langs deze zijde van de oude stad nemen we dan, nadat we nagenoten op een leuk terrasje, de roltrappen omhoog om via de basiliek aan de andere zijde van het centrum de roltrappen opnieuw naar beneden te nemen richting parking en camperplaats.
We bezochten de stad in de voormiddag en vroege namiddag, met de weersvoorspellingen in gedachte. Deze klopten, om half vier werden we onthaald op de dagelijkse regenbui.
Dag 16
We verlaten onze overnachtingsplek in de lichte regen. In vergelijking met België hebben we geen goed weer. Gelukkig is het overdag meestal droog en zien we geregeld de zon. De temperatuur is zeker niet slecht (rond de 25 graden, en zelfs als het regent halen we nog 20 graden). De Italiaanse handelaars en horeca uitbaters klagen steen en been, het huidige weerbeeld hebben ze normaal in april. De toeristen, en zeker de Italiaanse dagtoeristen, blijven weg, hetgeen we ook merken, overal waar we komen is het rustig en weinig toeristen, met enkele uitzonderingen.
Vandaag staan de watervallen van Marmore op het programma.
De waterval van Marmore is de grootste kunstmatige waterval die door mensen is gemaakt. De waterval werd door de Romeinen gemaakt in de 3de eeuw voor Christus om het water van de Velino rivier weg te leiden van de Rieti vallei.
De waterval is met 165 meter één van de hoogste watervallen van Italië.
We installeren ons eerst op camping Le Marmore, een camping die in vogelvlucht op 50m van het bovenste uitkijkpunt op de waterval gelegen is.
Buiten twee oude, versleten caravans, een Zwitserse en een Italiaanse motorhome, staat er niemand. We moeten een ongelofelijk hoge prijs betalen (32€/nacht) voor hetgeen wordt aangeboden. De camping is sterk verouderd en niet goed onderhouden. De plaatsen liggen kriskras tussen de bomen en zijn niet afgebakend. Hoe ze hier (volgens de website) zestig motorhomes en caravans kunnen plaatsen is mij een raadsel. Alle buitenfaciliteiten (wasbakken, afwasbakken) liggen vol bladeren en takken, alsof ze in maanden niet meer gebruikt en onderhouden werden. Binnen in het gebouw is ook alles zeer oud, maar toiletten en douches worden wel  schoongemaakt.
Een prijs die blijkbaar enkel door de nabijheid van de waterval wordt bepaald. We betaalden bij het toekomen voor twee nachten, hetgeen we niet zouden gedaan hebben moesten we de camping vooraf kunnen bekijken hebben.
In de namiddag komt de zon er door en we wandelen naar het toegangspunt tot de watervallen. Wil je ze zien dan ben je wel gebonden aan bepaalde uren. De waterval wordt door dammen gereguleerd en een paar keer per dag worden deze geopend. Momenteel is dit tussen 11u en 13u en tussen 15u en 17u. Op andere tijden stroomt de waterval niet.
Er zijn twee verschillende ingangen: Belvedere Superiore en de andere is Belvedere Inferiore. Wij starten bovenaan de waterval, de tweede start aan het onderste deel. Een ticket kost 12€/persoon.
Na 85 trappen gedaald te hebben bereiken we het uitkijkpunt. Het zicht is prachtig en de weerkaatsing van de zon op de waterdruppels zorgt nog eens voor een spectaculaire regenboog.
Monique blijft dan ter plaatse genieten van het zicht en ik daal af op één van de zes uitgestippelde wandelingen. Wandelpad 1 is tevens het meest uitdagende. Via zeer steile en nu zeer glibberige trappen daal ik af naar het middendeel van de waterval. Het is wel een mooie omgeving, diep in de bossen. 500m lager bereik ik dit deel en kan ik via wandelpad 3 verder klimmen naar het hart van de waterval. Ik zie dit echter niet zitten aangezien ik nog de klim terug moet doen.
Na enkele minuten gerust te hebben vat ik de klim aan. Het is zeer lastig, steil met regelmatig geen houvast. Geregeld moet ik stoppen om uit te hijgen en voel mijn hart in de keel kloppen. Bezweet en puffend kom ik boven, maar toch blij de inspanning gedaan te hebben. Nu nog 85 trappen terug naar de uitgang!
’s Avonds begint het opnieuw te regenen, te watergieten tot middernacht.
Dag 17
Om het onderste deel van de waterval, met zicht op de gehele waterval, te bezoeken moeten we met de motorhome naar het Belvedere Inferiore rijden. Daar dan 5€ betalen voor de parking en nog eens 24€ voor de ingang. We beslissen dit niet te doen.
Je kan alles op 1 dag doen, maar niet te voet vanop de camping. Je kan ’s morgens naar het bovenste of onderste deel rijden om daarna bijvoorbeeld in de namiddag naar het andere deel te rijden, dit allemaal met het zelfde ticket (weet ik nu!).
Wij maken er een rustdag van.
In de voormiddag komt de zon er geregeld door. Om 14u is de rust al gedaan. Er breekt een hevig onweer los, met heel veel regen. De ondergrond van de camping kan het vele water niet verwerken en al snel staan we aan de motorhome met de voeten in het water.
We zullen de rest van de dag maar in de camper doorbrengen. Kan ook gezellig zijn met een koffie en een koekje.
Om 16u komt de zon er door, nog even buiten zitten met de voeten tussen de plassen.
Dag 18
Het water is in de harde bosgrond van de camping gedrongen en we begeven ons terug op weg voor onze laatste dagen in Ubrië.
In de voormiddag bezoeken we de mooie archeologische site van Carsulae, gelegen op een hoogvlakte ten noorden van de stad Terni.
In 220 VC ontstond hier een Romeinse stad en dit na de aanleg van de “Via Flaminia”, Een Romeinse heirweg. 500 jaar later werd de stad grotendeels verlaten na enkele zware aardbevingen, en raakte in de vergetelheid. Dit zorgde er voor dat archeologen de site in uitzonderlijk goed bewaarde staat terugvonden.
We wandelen vanaf de ingang, waar ook een klein museum is gevestigd, een zacht glooiende helling af. Hierbij hebben we reeds een mooi uitzicht op de resten van de monumentale gebouwen die langs de heirweg gelegen waren.
Ik vind het wel indrukwekkend om op een meer dan 2000 jaar oude heirweg te lopen.
We wandelen vervolgens langs wat ooit een “basilica” was, geen kerk maar een grote publieke ruimte waar handel werd gedreven.
Verder zien we nog de resten van het forum, twee identieke tempels, het amfitheater en het halfrond theater. In het noorden verlaten we de stad via een imposante boog. Daarachter lag dan de begraafplaats en nog verder nog enkele vestigingen van boeren en handelaars.
We gingen nog even zitten op een grote steen om alles nog eens goed te bekijken en te beseffen dat hier zovele eeuwen geleden legioensoldaten in en uit de stad marcheerden en de ossenkarren van handelaars die over de grote stenen van de weg hobbelden. De sporen van die karren zijn op bepaalde plaatsen nog te zien in de stenen.
We rijden vervolgens naar de camperplaats in Todi (Viale di Montesanto, Todi - GPS: n42.78120 o12.40168). Deze is op een goede locatie gelegen om het middeleeuwse stadje te bezoeken. Aan de parking is er een gratis treinlift die je recht naar het centrum brengt.
Zoals in alle andere stadjes is het een wirwar van kleine steil op- of aflopende straatjes. Op het centrale plein bezichtigen we de kathedraal. Rondom bevinden zich ook verschillende imposante palazzos.
Het indrukwekkendste was toch wel de Santa Maria della Consolazione, een Renaissance kerk verscholen in een smal steegje en met een onopvallende gevel. Het contrast met de binnenzijde is spectaculair.
Het weer is vandaag zeer gunstig geëvolueerd en we verpozen tenslotte op een terras, genietend van een ijsje en een drankje.
Dag 19
Onze laatste dag in Umbrië brengen we door in Orvieto, een middeleeuws vestingstadje bovenop een rotsplateau. We installeren ons op de mooie camperplaats (Strada della Direttissima, Piazza delle Pace, Orvieto - GPS: n42.72562 o12.12736). Het is een complete overnachtingsplek: ruime, mooi afgelijnde plaatsen, alle campervoorzieningen, toiletten, douches. Er is echter één groot minpunt. Aan de ene kant van de camperplaats liggen  de gewone spoorlijnen en aan de andere kant een lijn voor een hogesnelheidstrein.
Het is rond 11u dat we ons richting historisch centrum begeven. We zijn van plan om meerdere bezienswaardigheden te gaan bekijken, daarom kopen we de Carta Unica Orvieto. Met dit kaartje kunnen we alle belangrijke bezienswaardigheden in Orvieto bezoeken.
Buiten de camperplaats gaan we een paar trappen op en gaan door het tunneltje onder de spoorlijnen. Buiten het station nemen we dan de ‘Funiculare’, een kabelbaan die ons boven aan de rand van de oude stad brengt.
Na een bezoekje aan de wekelijkse markt nestelen we ons het terras van een leuk en gezellig restaurantje. De mooi gepresenteerde gerechten waren echt smakelijk.
Voldaan wandelen we vervolgens naar de Torre del Moro. Ik beklim de 265 trappen terwijl Monique enkele inkopen gaat doen. Boven heb ik een spectaculair uitzicht over de stad en de omringende wijnvelden.
Terug beneden gaat het richting de Duomo, een kathedraal die verschillende stijlen samenbrengt. Binnen deze kerk bezichtigen we ook de twee fraaie kapellen.
De kathedraal is gebouwd met stenen die uit het onderliggende rotsplateau zijn gehakt.
daardoor is het ook mogelijk om onder de stad een wandeling te maken door het ondergrondse gangenstelsel.
Uiteraard bezichtigen we dan ook Orvieto Underground. Er zijn alleen gegidste wandelingen en wij waren de enige bezoekers voor de Engelstalige rondgang. We hadden dus een privégids! Overal onder de stad zijn dergelijke uitgehakte grotten en gangen, die bijna allemaal nog gebruikt worden als voorraadkelder van woningen, werkplaatsen. Ze hebben echter nooit als woning gefungeerd.
De gangen die wij bezoeken werden gebruikt als werkplaats waar olijfolie werd geperst en verwerkt. Andere gangen hebben talrijke gaten in de wanden: deze werden gebruikt om duiven te kweken, niet voor de duivensport maar om op te eten! Dit was een toch een bijzondere wandeling.
De laatste attractie die ik bezoek is een 16de-eeuwse put van 62 meter diep en een diameter van 6 meter, de Pozzo van San Patrizio. Het bijzondere van de put zijn de twee onafhankelijk van elkaar gebouwde spiraalvormige trappen die boven elkaar lopen en verlicht worden door 72 vensters. Via de ene trap daal je af en via de andere stap je terug naar boven. Regelmatig stak ik, terwijl ik de 250 trappen afdaalde, mijn hoofd door een venster om naar beneden en naar boven te kijken. Ik was echt onder de indruk. Met open mond keek ik in het rond en waande me binnen een soort metrisch figuur, raar gevoel.
Nog even uitrusten en op een terras genieten we nog na en overschouwen onze toch wel fantastische reis.
Morgen vatten we de terugweg aan richting België.
Dag 20
Met een beetje tegenzin hebben we Umbrië verlaten. Na verscheidene files op de A1 zijn we op onze eerste tussenstop toegekomen. We zijn in Fontanellato in de provincie Parma (Via XXIV Maggio,  Fontanellato  GPS: n44.87797 o10.16987). We stallen de motorhome op een niet alledaagse locatie. We hebben namelijk een bijzonder dak boven het hoofd: een batterij zonnepanelen! De schaduw van de panelen is wel welkom, want ondertussen is de temperatuur tot boven de 30°C gestegen.
Er is weinig wind, en plots worden we massaal aangevallen door, wat we eerst dachten, kleine muggen. Maar het blijken knijten te zijn, kleine steekvliegen die net zoals de mug bloed zuigen. We worden beiden een 20 tal keren gestoken. Hun beet veroorzaakt nog meer jeuk dan van muggen en al snel hebben we al een aantal bobbels open gekrabd.

Dag 21
Opnieuw hebben we regen wanneer we ’s morgens vertrekken. Na een uur rijden hebben we de regen achter ons gelaten en komt de zon door het wolkendek. Algauw halen we 25° en de temperatuur zal nog oplopen. We hebben zeer veel geluk want er is bijna geen verkeer op de autosnelwegen. Enkel een beetje rond Milaan en Turijn (dat het zaterdag is vandaag zal ook wel een rol spelen). We verlaten Italië niet via de Mont Blanc tunnel maar via de Fréjustunnel (T4) omdat we richting Lyon rijden. Op onze heenreis betaalden we in Frankrijk voor de Mont Blanc tunnel 68,10€, van Italië naar Frankrijk kost de rit 69,30€. Waarom het duurder is om vanuit Italië door de tunnel te rijden is mij een raadsel. Voor de Fréjustunnel betaalden we ook 69,30€. Het voordeel van deze tunnel is dat je bijna nooit file of wachttijden hebt. Ook nu niet, wij konden bij het arriveren onmiddellijk de tunnel binnenrijden.
Voor Lyon nemen we dan de autostrade richting Parijs om deze te verlaten voor onze tweede stop, Villefranche-sur- Saône (Camping-Car Park Beaujolais - Route de Riottier 2788,  69400 Villefranche-sur-Saône - GPS: n45.97278 o4.75135). De camperplaats die 128 plaatsen telt stond voor meer dan de helft gevuld en achteraan installeerden we ons op een plaatsje met wat zicht op de rivier de Saône. Het was er heerlijk buiten zitten in een beetje schaduw, zeker nadat we de ganse dag onderweg waren om 564 km af te leggen.

Dag 22
Nog steeds onderweg naar huis stoppen we op een rustige camperplaats in Connantre, gelegen in het zuiden van de Champagnestreek (Camping-Car Park – Connantre - Allée du plan d'eau,  51230 Connantre - GPS: n48.73204 o3.92957).
Het is opnieuw een warme dag en gedurende de namiddag verpozen we onder de luifel.
Maar, als afsluiter van onze reis krijgen we om 17.30u opnieuw een hevig onweer te verduren. De regen valt met bakken uit de lucht en gaat gepaard met hagel, ontelbare bliksemschichten en gedonder. Om 20u is het ergste voorbij doch het blijft regenen.
Toch hebben we, ondanks het wisselvallige weer, genoten van ons verblijf in Umbrië, in een land (Italië) dat tot nu, voor ons onbekend terrein was.

Morgen plannen we om thuis te komen!
Overzicht overnachtingen
Camping-car Park - area of La Halte Saint-Balsème, Le Chêne - Rue de Châlons – Halte Sainte Balzème, 10700 Le Chêne - GPS: N 48.547928 O 4.144442 – 10€/21pl – alle voorzieningen
Camping-car Park - Camping de mon Village of Bonneville - Rue des Bairiers 312, 74130 Bonneville - GPS: N 46.082184 O 6.412573 – 12€/68pl – alle voorzieningen.
Een 10-tal verharde plaatsen. De overige plaatsen zijn allemaal op het gras gesitueerd. Minder goed onderhouden. Het gras stond een halve meter hoog en het sanitair gebouw is oud (enkel open in juli en augustus). Voor één nacht vond ik het wel OK.
Parcheggio camper Scambiatore - Officiële camperplaats – Via de Pratale 78, Pisa – 12€/100pl – alle voorzieningen – centrum 2 km – bewaakte parking – aan parking bus Navetta E alle 15 min. Van eindhalte 400m naar toren Pisa
Camping Listro - Via Lungolago, Castiglione del Lago – 21€/nacht (acsi) – alle voorzieningen – bar en winkeltje - privéstrand aan het meer – historisch centrum 800m
Camperclub Gubbio - Officiële camperplaats - Via del Bottagnone  06024 Gubbio -  GPS: n43.35000 o12.56389 – 10€/56pl – smalle plaatsen - max. 8m - alle voorzieningen, de stroom is er duur (0,5€/uur) met een maximaal vermogen van 400W! Wat te weinig is om zelfs lichte koffiezet te gebruiken - videobewaking - teatro romano 500m, historisch centrum 850m via 2 roltrappen – er zou shuttlebus zijn naar centrum op 50m
Il Bove - Area Comunale Piazzale del Bove - Via Giovanni Ruggia,  06124 Perugia - GPS: n43.09810 o12.38386 – 20€/50pl – mixparking aan een zeer drukke baan bij politiebureau, videobewaking – alle voorzieningen – centrum 1,5 km – buslijn G op 200m – supermarkt 100m
Camping Green Village Assisi - Via S.G. in Campiglione 110, Assisi – 23€/nacht (acsi vanaf 29/5) – alle voorzieningen – kleine winkel, pizzeria – 4x per dag shuttlebus naar Assisi
Area Comunale - Officiële camperplaats - Via Centrale Umbra, Spello  - GPS: n42.99371 o12.66730 – 8€/70pl – voorzieningen zonder stroom – dorp 500m - Absoluut geen aanrader. Zeer veel lawaai van het sportcomplex ernaast. De parking staat, alhoewel aangeduid enkel voor campers, vol met auto's van bezoekers van het complex. We hebben nog een plaats in een hoek. In de namiddag komt er ook nog een groep met jonge zigeunergezinnen toe, dit met campers en caravans. De lozingsplaats wordt herschapen in een wasplaats voor kleding en auto's. WC cassette kon niet geledigd worden, was volledig verstopt vermoedelijk door pampers.
Officiële camperplaats - Via G. Pascoli,  6036 Montefalco - GPS: n42.89230 o12.64791 – 5€/25pl – alle voorzieningen inclusief – mixparking op 100m van dorpskern. Opgelet, wanneer je de coördinaten gebruikt dan kom je op een grote publieke parking voor bussen en personenauto's terecht. De camperplaats ligt beneden die grote parking!
Area communale - Officiële camperplaats - Via Costa San Paolo, Trevi  GPS: n42.87829 o12.75221  - gratis/20pl (tot 50pl) – voorzieningen zonder stroom – dorp 500m
Parcheggio Ponciano - Officiële camperplaats - Via del Tiro a Segno  Spoleto  GPS: n42.73687 o12.74212  - 8€/20pl – vrij grote plaatsen - servicezuil, geen stroom – oude stad 500m te bereiken met roltrappen
camping Le Marmore - Via Cascata 34, Località Campacci, Terni – 32€/nacht! Veel te duur voor hetgeen wordt aangeboden. De camping is sterk verouderd en niet goed onderhouden. De plaatsen liggen kriskras tussen de bomen en zijn niet afgebakend. Hoe ze hier (volgens de website) zestig motorhomes en caravans kunnen plaatsen is mij een raadsel. Alle buitenfaciliteiten (wasbakken, afwasbakken) liggen vol bladeren en takken, alsof ze in maanden niet meer gebruikt en onderhouden werden. Binnen in het gebouw is ook alles zeer oud, maar toiletten en douches worden wel  schoongemaakt.
Een prijs die blijkbaar enkel door de nabijheid van de waterval wordt bepaald.– winkeltje – 50m van het uitkijkpunt op de waterval (boven) – korting op ticket toegang waterval
Area Porta Orvietana - Officiële camperplaats - Viale di Montesanto, Todi - GPS: n42.78120 o12.40168 – 16€/16pl – voorzieningen zonder stroom – oude stad 550m – aan parking is er treinlift (gratis) naar centrum
Area Sosta Camper Battistelli Renzo - Officiële camperplaats - Strada della Direttissima, Piazza delle Pace, Orvieto - GPS: n42.72562 o12.12736 – 18€/40pl – alle voorzieningen inclusief – bewaakte parking – Het is een complete overnachtingsplek: ruime, mooi afgelijnde plaatsen, alle campervoorzieningen, toiletten, douches. Er is echter één groot minpunt. Aan de ene kant van de camperplaats liggen  de gewone spoorlijnen en aan de andere kant een lijn voor een hogesnelheidstrein - 400m naar kabelbaan voor centrum (2€ retour)
Fontanellato - Officiële camperplaats - Via XXIV Maggio,  Fontanellato  GPS: n44.87797 o10.16987 – 10€/20pl – alle voorzieningen inclusief – plaatsen onder zonnepanelen!
Camping-Car Park Beaujolais - Route de Riottier 2788,  69400 Villefranche-sur-Saône - GPS: n45.97278 o4.75135 – 13,86€/128pl – alle voorzieningen
Camping-Car Park – Connantre - Allée du plan d'eau,  51230 Connantre - GPS: n48.73204 o3.92957 – 13,30€/23pl - alle voorzieningen

E-mail: info@dmcamperreizen.be

Copyright © DMCamperreizen 2018.
All right reserved.
Uiteraard biedt Pisa veel meer dan de toren alleen. Na de lunch wandelen we rond in het toeristische centrum. Wat minder is in Pisa zijn de opdringerige straatverkopers met allerhande prularia. Negeren of kordaat afwimpelen en ze laten je verder met rust. Is wel eigen aan grote steden (cfr. Parijs, Rome, Praag, …). We slenteren door de straatjes langs tientallen kerken en passeren de piazza met het universiteitsgebouw. Het opvallendste zijn de prachtige muurschilderingen aan de buitenkant. De natuurkundige Galileo Galilei was hier nog student.
Aan de rivier de Arno (die de stad in twee splitst) lopen we nog even door de oudste wijk van Pisa. Deze is minder toeristisch. Door de ramen van de hoge gebouwen in de smalle straatjes kan je mekaar bijna de hand reiken. Overal hangt het wasgoed aan de balkonnetjes.
We sluiten onze wandeling af in het patisserietje van "la mama", dit met een caffé americano en tiramisu gebakje. Waarschijnlijk is het één van de oudste zaken in Pisa. Beide zusters die nog steeds de klanten verwennen zijn ruim boven de 80 jaar.
Dag 5
We verlaten Pisa en begeven ons naar de regio die we willen ontdekken, namelijk Umbrië. Tegen de middag bereiken we de bestemming voor de komende drie dagen. We zijn in Castiglione del Lago, op camping Listro, gelegen op de Via Lungolago. De camping is onmiddellijk aan het lago Trasimeno, het grootste meer van midden en zuid Italië. Vanop ons plaatsje hebben we zicht op dit prachtig meer. Momenteel staat er voldoende water in, aangezien er in het meer een kunstmatige aanvoer van bergwater is uit de Apennijnen. Vorige jaar moest je 150m in de bedding wandelen om aan het water te geraken, te wijten aan de extreem droge voorgaande jaren. Dit jaar startte veel natter, wat ze in het noordoosten van Italië op dramatische wijze hebben ervaren!
Na het installeren van de motorhome besluiten we om in de namiddag rustig te genieten in de zon. Doch om 15u besliste het weer er anders over, er barstte een hevig onweer los boven het meer. Er viel gelukkig niet al te veel regen uit de lucht. Na anderhalf uur was het onweer voorbij maar het bleef de rest van de namiddag en avond bewolkt.
Dag 6
We worden wakker onder een stralende zon. Het meer schittert en de watervogels snateren en kwaken. De witte reigers staren in het water op zoek naar visjes. Een enkele zwemmer waagt zich aan zijn ochtendrondje.
De hele ochtend luieren we aan de camper. In de namiddag bezoeken we de oude binnenstad van Castiglione del Lago. Dit dorpje, hoog op een heuvel, wordt bestempeld als “I borghi più belli d’Italia” één van de mooiste dorpjes van Italië. De weg er naartoe is héél steil. Het was toch even uitblazen als we boven kwamen aan de hoge stadsmuren die het middeleeuws dorpje omringen.
We betreden het oude centrum via de Porta Senese, één van de drie poorten in de stadsmuur. Onmiddellijk worden we gecharmeerd door de gebouwen, geplaveide straatjes en idyllische kerkjes. Zoals gezegd zijn er drie stadspoorten, en in het centrum kom je drie pleinen en drie kerken tegen.
We wandelen langs de Via Vittorio Emanuele, de verkeersvrije straat die die de hele stad doorkruist. De vele restaurantjes stralen gezelligheid uit en in de winkeltjes worden vooral lokale Umbrische specialiteiten aangeboden. Op het einde van de straat bevindt zich één van de bezienswaardigheden, het palazzo della Corgna. Vanuit het Palazzo kan je via een lange en smalle overdekte gang die is ingewerkt in de oude middeleeuwse stadsmuur de  belangrijkste bezienswaardigheid van Castiglione del Lago bereiken: de Rocca del Leone, het Fort van de Leeuw. Dit fort kijkt uit over het Lago Trasimeno. Het heeft een vijfhoekige vorm en is gebouwd in de dertiende eeuw. Beiden zijn enkel te bezoeken met ticket, kostprijs 9€/persoon. Wij besluiten deze niet te bezoeken en een terrasje op te zoeken voor een lekker ijsje en een verfrissend drankje. Morgen zullen we ons op het meer begeven.
Dag 7
Het meer blaakt opnieuw in de zon. Het is zaterdag en verlengd pinksterweekend. De camping is volgelopen met Italianen die het lange weekend aan het meer willen doorbrengen.
Er staat een strakke wind vandaag, ideaal voor de vele kite surfers die het meer bevolken.
In de namiddag begeven wij ons ook op het water. We schepen in op een  “traghetto di linea”, een veerboot die ons naar het Isola Maggiore brengt. Isola Maggiore is het enige bewoonde eiland in het meer van Trasimeno.
Er is één straat op het eiland. Het is er gezellig wandelen langs de pittoreske gebouwen. De huizen worden hoofdzakelijk bewoond door vissers. Normaal hangen ze hun visnetten te drogen tussen de kerken Sant’Angelo en de San Salvatore, doch op het ogenblik van ons bezoek hingen er geen. Ik kwam welgeteld één visnet tegen dat over een afsluiting hing.
Op het hoogste punt van het eiland is de Sint-Franciscuskerk gelegen. Het was opnieuw een hele steile klim er naartoe. Onderweg moest ik een paar keer stoppen om op adem te komen. De kerk van San Michele Arcangelo werd er in 1136 gebouwd. In de 13e  eeuw werd ze overbouwd door de Franciscanen, nadat  St. Franciscus van Assisi een korte tijd zijn toevluchtsoord zocht op het eiland. Er zijn nog goed bewaard gebleven fresco’s aanwezig in de kerk. De oudsten dateren nog uit de 13e eeuw.
Wat het eiland ook speciaal maakt is het vele kantwerk dat er terug te vinden is. De hoofdbezigheid van de vissersvrouwen was het vlechten en herstellen van vissersnetten, doch in de winter hadden ze niet veel werk. Tot er dame op het eiland arriveerde die kant haakte. Een vriendin van haar die een zeer goed kantwerkster was, was bereid om  de kunst aan de lokale vissersvrouwen aan te leren. Zo werd er een heuse handel opgezet, waardoor het inkomen van de vissers in de winter een heel stuk werd opgetrokken.
Nu nog kan je op regelmatige tijdstippen de oude vrouwen bewonderen die voor hun deur kant zitten te haken. Vele oude werkjes met een hoofdzakelijk Ierse steek kan je bezichtigen in het kleine museum en in de winkeltjes is er ook kant te koop.
Na een paar uur moesten we terug aan de inschepingssteiger staan, dit om de laatste veerboot van de dag te nemen die ons terug naar het vasteland bracht.
Dag 8
Onze drie dagen aan meer van Trasimeno zitten er op. We begeven ons richting Apennijnen. Aan de voet en op de flank van dit gebergte arriveren we in een goed bewaard middeleeuws dorp, namelijk: Gubbio.
We installeren er ons op de lokale camperplaats (Via del Bottagnone -  GPS: n43.35000 - o12.56389). Gelukkig staan er maar een paar campers en hebben we voldoende plaats gezien alle plaatsen smal zijn. De stroom is er duur (0,5€/uur) met een maximaal vermogen van 400W. Voor ons veel te weinig aangezien we zelfs de koffiezet niet kunnen gebruiken. Maar geen probleem, er is voldoende zon zodat ons zonnepaneel de batterij volledig heeft opgeladen.
Na de middag begeven we ons naar het historisch stadscentrum. Onderweg passeren we de ruïne van een Romeins amfitheater.
Binnen de stadsmuur valt  onmiddellijk de gele kleur van de gebouwen op. Alle huizen in de stad zijn gemaakt van geel kalksteen en hebben daken van terracotta tegels, en ook veel van de 14de- en 15de-eeuwse paleizen (palazzo’s) volgen deze bouwstijl. Dit levert een zeer mooi en idyllisch beeld op.
Aangezien het dorp op de flanken van een berg is gebouwd lopen de straatjes steil opwaarts tot we één van de grootste bezienswaardigheden hebben bereikt, zijnde de Basilica di Sant’Ubaldo.
Gelukkig moet je niet de volledige klim doen. Er zijn in de stad liften die je twee niveaus opwaarts brengen. Op het tweede niveau ben je al aan de basiliek.
Een van de bekendste straten van Gubbio is de Via dei Consoli. Deze weg doorkruist het oude centrum van het dorp en neemt ons mee langs verschillende leuke winkeltjes, barretjes en restaurantjes. Halverwege is het Piazza Grande gelegen. Vanaf dit plein heb je een prachtig uitzicht op het dal en op de terracotta dakpannen van het lager gelegen deel.
En zo doorkruisen we het volledige middeleeuwse centrum, van het ene prachtige, hoge gebouw naar het andere, en van het ene palazzo naar het volgende. Het is er echt gezellig vertoeven en bij het rondwandelen komt de geur van de lokale specialiteiten je tegemoet.
We sluiten de namiddag af op een terras gelegen op één van de leuke pleintjes. Wanneer we de stad willen verlaten worden we nog getrakteerd op een historische optocht ter gelegenheid van Pinksteren.
Dag 9
Vandaag staat de hoofdstad van Umbrië op het programma. We zijn in Perugia, een stad uitgestrekt over een lange heuvel, die reeds in de 6e eeuw VC een belangrijke stad was.
We installeren onze motorhome op de gemeentelijke camperplaats Il Bove (Via Giovanni Ruggia,  GPS: n43.09810 o12.38386), in de benedenstad. Buiten onze verwachting om waren er nog vele plaatsen vrij toen we toekwamen. Het is geen ideale plaats om te overnachten. Het ligt aan een zeer drukke baan, doch alle voorzieningen zijn aanwezig.
Via een trap gaan we naar de naastliggende weg waar we, de halte ligt net naast de parking, de bus G nemen die ons tot in het hart van de historische stad brengt. Het is tevens de eindhalte van de bus.
We staan op het “piazza Italia”, een prachtig plein met het palazzo Cezaroni en een pittoresk parkje. Het zicht wordt evenwel ontsiert door de vele geparkeerde auto’s.
Via de centrale hoofdstraat wandelen we richting het voornaamste plein van de stad. We worden omringd door de vele hoge en rijk versierde gebouwen, en er heerst een gezellige drukte. De straat loopt, net zoals vele andere, licht hellend op. Hoe hoger je je in de stad begeeft hoe ouder de gebouwen zijn. De meesten dateren uit de 13e, 14e eeuw.
We bereiken het voornaamste plein, het “Piazza IV Novembre”. Er staat een gebeeldhouwde fontein uit de 13e eeuw, de “Fontana Maggiore”, voorzien van een schitterende reeks reliëfs en beelden.
Op hetzelfde plein bezoeken we de San Lorenzokathedraal. Opvallend is dat de kerk voorzien is van een preekstoel aan de buitenzijde. We konden de kathedraal net lang genoeg langs de binnenzijde bekijken. Om 12.30u kwam de kerkbewaarder op ons af met een zeer grote sleutel in de hand. We moesten, net zoals de andere bezoekers, de kerk verlaten waarna deze onherroepelijk tot de volgende dag op slot ging. Nog één keer ging de zware grendel van de deur open om een paar achterblijvers buiten te laten.
Tijd dus om ons op een terras te installeren, waar we een gróte, overheerlijke pizza aten.
Na de lunch kuieren we verder in de stad en ontdekken het ene pareltje na het andere. Vele schoonheden liggen verborgen in smalle steegjes, die enkel via een doorgang in een gevel bereikbaar zijn.
Dan zijn er nog de musea die eveneens in grote “palazzo’s” gehuisvest zijn, met het “Museo Capitolare”, gewijd aan kunst uit Umbrië en Siena, en de “Galleria Nazionale dell’Umbria” als voornaamsten.
Wij bezochten enkel het historische centrum van de stad, doch Perugia telt nog meerdere interessante stadsdelen.
We verlieten de stad zoals we gekomen waren, … met de bus.
Dag 10
De zon is al vroeg van de partij. Ook de marktkramers zijn vroeg uit de veren. Op de parking net boven de camperplaats is het markt. Dus voor we Perugia verlaten bezoeken we de markt om groenten en fruit aan te kopen. Op 100 meter is wel een supermarkt, maar vers van de boer smaakt toch beter. Wil je naar de supermarkt, dan ga je best te voet van de camperplaats want aan de supermarkt is er geen mogelijkheid om de camper te parkeren.
Na onze aankopen vertrekken we richting Assisi. Een stadje dat in het teken staat van de beroemdste inwoner die Assisi gekend heeft, de heilige Franciscus.
We installeren de motorhome op een 4tal km van de stad, dit op camping Green Village (via s.g. In campiglione 110).
De rest van de dag doen we niets anders dan lui genieten onder onze luifel.
Dag 11
Vandaag bezoeken we Assisi, een stad die héél veel katholieken aantrekt.
Aan de ingang van de camping stappen we in de shuttlebus van de camping die ons naar de ingangspoort van de oude stad brengt. Viermaal per dag rijdt hij naar het oude centrum en terug.
We starten ons bezoek, net zoals de andere 5 miljoen toeristen en pelgrims die Assisi jaarlijks overspoelen, in de San Francesco Basilica, een van de mooiste basilieken van Italië. Spijtig dat de vele vrachtwagens van de RAI televisie het zicht op het plein en basiliek ontsieren. Onze eerste klim van de dag is achter de rug. Velen zullen nog volgen want de stad is op de flanken van een heuvel gebouwd. Het kerkgebouw bestaat uit twee boven elkaar gebouwde kerken. Eerst gaan we de benedenkerk (Basilica Inferiore) binnen. De talrijke fresco’s springen onmiddellijk in het oog. Er mogen spijtig genoeg geen foto’s gemaakt worden binnen de kerk, en er is zeer veel controle die elke poging beleefd in de kiem smoort. Toch heb ook ik een paar foto’s kunnen trekken!
Vervolgens daal ik af in de Cripta di San Francesco. Hier is het monumentale graf van Franciscus van Assisi gelegen. Ik vind het toch maar vreemd om gelovigen op de grond te zien liggen ter aanbidding van het graf.
Na de bovenkerk (Basilica Superiore) bezocht te hebben begeven we ons verder stad inwaarts, via de Via San Francesco, één van de mooiste straten van Assisi. We slenteren (als je wandelen in een steil oplopende straat slenteren kan noemen) langs zeer mooie huizen en gezellige boetiekjes en souvenirwinkels waar bijna alle souvenirs eveneens in het teken van Franciscus staan.
Onderweg stoppen we voor het eten van een pizza, waarna we het middelpunt van Assisi bereiken, het Piazza del Comune. Hier bewonderen we enkele belangrijke monumenten van de stad, o.a. het gemeentehuis.
We wandelen verder door de stad en aan het piazza San Rufino bezichtigen we de San Rufino kathedraal. En aan kerken en basilieken geen gebrek in Assisi, buiten de genoemde zijn er ondermeer nog: de Santa Chiara Basiliek, de Chiesa Nuova, … Op het plein voor de Nuova kerk merken we een mooi bronzen standbeeld op. Blijkt dat het de ouders van Franciscus zijn.
Terug naar de San Rufino kathedraal: hier begeef ik mij ook langs de vele steile trappen tot in de top van de toren. Ik waai er bijna uit de kleren, en met het hoofd tussen de klokken heb ik een prachtig zicht op de stad en een panoramisch beeld van de omgeving.
Een uurtje later zit ons bezoek er op en op dat ogenblik begint het te regenen (het was bijna gans de namiddag bewolkt en we hadden een onweer al van in de verte zien naderen).
Nog even moeten we schuilen tot het busje ons terug komt oppikken richting camping.
Dag 12
Geen grote verplaatsing vandaag. Om 18km van Assisi bereiken we het stadje Spello, één van de best bewaarde Middeleeuwse stadjes van Umbrië. Aan de voet er van installeren we ons op de gemeentelijke camperplaats (op de via centrale Umbra).
Blijkt absoluut geen aanrader. Zeer veel lawaai van het sportcomplex ernaast. De parking staat, alhoewel aangeduid enkel voor campers, vol met auto's van bezoekers van het complex. We hebben nog een plaats in een hoek. In de namiddag komt er ook nog een groep met jonge zigeunergezinnen toe, dit met campers en caravans. De lozingsplaats wordt herschapen in een wasplaats voor kleding en auto's.
Terug naar onze uitstap: we gaan richting centrum en hebben een héél steile klim voor de boeg. We klauteren tussen de eeuwenoude huisjes omhoog. Tussendoor genieten we van het adembenemende uitzicht.
Bezweet van de inspanning komen we in het historische centrum. We hebben een aangename wandeling langs de pittoreske straatjes vol met lichtroze gekleurde huisjes opgefleurd met vele bakken en potten vol bloemen en planten.
Wil je er nog meer bloemen zien dat moet je het tweede weekend na Pinksteren komen, dan wordt de hele stad getransformeerd in een kunstwerk van bloemen.
De hele ochtend was het warm en zonnig, maar kort in de namiddag kregen we een onweer over ons vel, gelukkig met niet te veel regen. We schuilden ondertussen op het overdekt terras van een bar-pattiseria. Zo combineerden we het aangename met het onaangename.
We verlieten de stad tenslotte langs de licht hellende hoofdstraat, die eindigde aan de eeuwenoude Porta consulare. Een eind verder bereikten we dan opnieuw de camperplaats die voor de tweede keer volliep met auto's. Benieuwd wat de nacht zal brengen.
Dag 13
Al bij al hadden we een rustige nacht. Rond 23u vertrokken de laatste auto's en van de zigeunergezinnen hadden we geen lawaai.
Vandaag is het nationale feestdag in Italië en de bevolking is al vroeg uit de veren. Vanaf 7u is het al een aan en afrijden aan het sportcomplex.
Sneller dan gewoonlijk hebben we opgeruimd en vervolgen onze trip.
We rijden Montefalco binnen. De camperplaats straalde rust uit (Via G. Pascoli - wanneer je de coördinaten gebruikt dan kom je op een grote publieke parking voor bussen en personenauto's terecht. De camperplaats ligt beneden die grote parking!)
We bevinden ons op 475m hoogte en Montefalco wordt ook wel het balkon van Umbrië genoemd. Het stadje bevindt zich hoog boven de wijngaarden. Juist, het is een wijnstadje, zeer bekend voor zijn wijnen: sagrantino wijnen. Wijnproeven is de boodschap vandaag.
Via één van de oude poorten wandelen we naar het centrale plein van het stadje, tevens het hoogste punt. De smalle straatjes met de oude huisjes kronkelen zich een weg naar boven tot het plein. Rond en om het plein zijn vele gezellige restaurantjes en wijnverkooppunten gelegen.
We bezoeken een winkeltje van één van de gerenommeerde wijnhuizen, dit voor een wijndegustatie. De dure maar krachtige Sagrantino di Montefalco sla ik over, maar proef verschillende Rosso di Montefalco DOC. Ik proef eveneens de reserva van 2018 en besluit hiervan mijn voorraad voor de winter aan te kopen. 
Tijd dan om een terrasje op het centrale plein op te zoeken. Het is er gezellig zitten en we genieten van het goede weer. Ikzelf doe dit met een glas Rosso Di Montefalco en met wat olijven erbij kan de dag niet meer stuk. De wijn is van een ander wijnhuis en valt ook zeer in mijn smaak. Achteraf zoek ik nog een winkeltje en koop nog een paar flessen van dat merk.
Dag 14
Van de wijn rijden we naar de olijfolie. Hoog op een heuvel zijn we in Trevi toegekomen. De gratis camperplaats (Via Costa San Paolo, Trevi  GPS: n42.87829 o12.75221) is eigenlijk een gewone parking (met put voor zowel grijs water als wc cassette) waarop je de camper enkel dwars of overlangs tussen de bomen kunt plaatsen.
Het stadje wordt omringd door olijfgaarden en blijkbaar wordt hier één van de beste olijfolies van Italië geproduceerd.
Via één van de poorten in de stadsmuur, die Trevi vroeger volledig omwalde, wandelen we naar het hart van het dorp: het Piazza Mazzini, met het Palazzo Comunale (het centrale plein met het gemeentehuis).
Aan kerken is er geen gebrek, binnen de muren vind je maar liefst 20 oude kerken.
Langs de smalle straatjes met eeuwenoude huisjes, waarvan enkelen nog dateren uit de middeleeuwen, bereiken we het hoogste punt van Trevi, waar we de belangrijkste kerk binnengaan, de Duomo di Sant’Emiliano. Via die zelfde straatjes wandelen we dan terug naar het gemeenteplein. We palmen er een plaatsje in op het terras van bar caffé Roma, waar al meer dan 100 jaar drankjes geserveerd worden.
Iets later breekt een onweer los. Aangezien het toch regent gaan we het voormalige klooster Convento di San Francesco binnen, waar nu verschillende musea gevestigd zijn. We bezoeken er onder meer Museo della Civiltà dell’Ulivo, waar de geschiedenis van de eeuwenoude productie van olijfolie aan bod komt.
Ons bezoek aan Trevi sluiten we af in een winkeltje gespecialiseerd in olijfolie. Daar proef ik de gerenommeerde Trevi olijfolie. Die is echt lekker en natuurlijk koop ik een fles.
Dag 15
Bij het ontwaken zijn Trevi en de omliggende olijfgaarden volledig in mist gehuld. De veelvuldige regen van gisteravond en de warme temperatuur van deze morgen zorgen er voor dat de stad verborgen is.
Na het ontbijt vervolgen we onze weg en 20km verder rijden we in volle zon een camperplaats in Spoleto op (Via del Tiro a Segno, de coördinaten doen je toekomen op de weg boven de camperplaats!).
De plaatsen zijn vrij groot en naar Italiaanse normen mooi afgebakend.
De oude ommuurde stad ligt hoog op de heuvelflank, met strategisch op de top, het fort Rocca Albornoziana.
Gelukkig moeten we vandaag geen steile klimmen doen; door middel van ondergrondse roltrappen klimmen we omhoog naar het historisch centrum. De eerste reeks roltrappen brengt ons naar het fort. Binnenin zijn mooie tentoonstellingen en van op de vestingmuren hebben we een prachtig panoramisch zicht op de omgeving en … onze motorhome.
Van het fort wandelen we naar de Basilica di San Salvatore, een kerk die reeds dateert uit de vierde en vijfde eeuw. Aan de kerk, waar een misviering bezig was, heerst er een gezellige drukte. Zeer veel Italianen bezoeken op het eind van hun verlengd weekend deze prachtige stad. We zagen al verscheidene mooie en pittoreske dorpen en stadjes in Umbrië, Spoleto is er zeker één van.
We dwalen dan verder langs smalle straatjes, over steegjes met trappen, langs oude huizen en gezellige pleintjes. Gelukkig gaat alles in dalende lijn aangezien we ons bezoek startten op het hoogste punt.
We wandelen nog verder langs een Romeinse boog: Arco di Druso aan het Piazza del Mercato en nabij het Piazza Libertà ontdekken we een heus Romeins theater.
Langs deze zijde van de oude stad nemen we dan, nadat we nagenoten op een leuk terrasje, de roltrappen omhoog om via de basiliek aan de andere zijde van het centrum de roltrappen opnieuw naar beneden te nemen richting parking en camperplaats.
We bezochten de stad in de voormiddag en vroege namiddag, met de weersvoorspellingen in gedachte. Deze klopten, om half vier werden we onthaald op de dagelijkse regenbui.
Dag 16
We verlaten onze overnachtingsplek in de lichte regen. In vergelijking met België hebben we geen goed weer. Gelukkig is het overdag meestal droog en zien we geregeld de zon. De temperatuur is zeker niet slecht (rond de 25 graden, en zelfs als het regent halen we nog 20 graden). De Italiaanse handelaars en horeca uitbaters klagen steen en been, het huidige weerbeeld hebben ze normaal in april. De toeristen, en zeker de Italiaanse dagtoeristen, blijven weg, hetgeen we ook merken, overal waar we komen is het rustig en weinig toeristen, met enkele uitzonderingen.
Vandaag staan de watervallen van Marmore op het programma.
De waterval van Marmore is de grootste kunstmatige waterval die door mensen is gemaakt. De waterval werd door de Romeinen gemaakt in de 3de eeuw voor Christus om het water van de Velino rivier weg te leiden van de Rieti vallei.
De waterval is met 165 meter één van de hoogste watervallen van Italië.
We installeren ons eerst op camping Le Marmore, een camping die in vogelvlucht op 50m van het bovenste uitkijkpunt op de waterval gelegen is.
Buiten twee oude, versleten caravans, een Zwitserse en een Italiaanse motorhome, staat er niemand. We moeten een ongelofelijk hoge prijs betalen (32€/nacht) voor hetgeen wordt aangeboden. De camping is sterk verouderd en niet goed onderhouden. De plaatsen liggen kriskras tussen de bomen en zijn niet afgebakend. Hoe ze hier (volgens de website) zestig motorhomes en caravans kunnen plaatsen is mij een raadsel. Alle buitenfaciliteiten (wasbakken, afwasbakken) liggen vol bladeren en takken, alsof ze in maanden niet meer gebruikt en onderhouden werden. Binnen in het gebouw is ook alles zeer oud, maar toiletten en douches worden wel  schoongemaakt.
Een prijs die blijkbaar enkel door de nabijheid van de waterval wordt bepaald. We betaalden bij het toekomen voor twee nachten, hetgeen we niet zouden gedaan hebben moesten we de camping vooraf kunnen bekijken hebben.
In de namiddag komt de zon er door en we wandelen naar het toegangspunt tot de watervallen. Wil je ze zien dan ben je wel gebonden aan bepaalde uren. De waterval wordt door dammen gereguleerd en een paar keer per dag worden deze geopend. Momenteel is dit tussen 11u en 13u en tussen 15u en 17u. Op andere tijden stroomt de waterval niet.
Er zijn twee verschillende ingangen: Belvedere Superiore en de andere is Belvedere Inferiore. Wij starten bovenaan de waterval, de tweede start aan het onderste deel. Een ticket kost 12€/persoon.
Na 85 trappen gedaald te hebben bereiken we het uitkijkpunt. Het zicht is prachtig en de weerkaatsing van de zon op de waterdruppels zorgt nog eens voor een spectaculaire regenboog.
Monique blijft dan ter plaatse genieten van het zicht en ik daal af op één van de zes uitgestippelde wandelingen. Wandelpad 1 is tevens het meest uitdagende. Via zeer steile en nu zeer glibberige trappen daal ik af naar het middendeel van de waterval. Het is wel een mooie omgeving, diep in de bossen. 500m lager bereik ik dit deel en kan ik via wandelpad 3 verder klimmen naar het hart van de waterval. Ik zie dit echter niet zitten aangezien ik nog de klim terug moet doen.
Na enkele minuten gerust te hebben vat ik de klim aan. Het is zeer lastig, steil met regelmatig geen houvast. Geregeld moet ik stoppen om uit te hijgen en voel mijn hart in de keel kloppen. Bezweet en puffend kom ik boven, maar toch blij de inspanning gedaan te hebben. Nu nog 85 trappen terug naar de uitgang!
’s Avonds begint het opnieuw te regenen, te watergieten tot middernacht.
Dag 17
Om het onderste deel van de waterval, met zicht op de gehele waterval, te bezoeken moeten we met de motorhome naar het Belvedere Inferiore rijden. Daar dan 5€ betalen voor de parking en nog eens 24€ voor de ingang. We beslissen dit niet te doen.
Je kan alles op 1 dag doen, maar niet te voet vanop de camping. Je kan ’s morgens naar het bovenste of onderste deel rijden om daarna bijvoorbeeld in de namiddag naar het andere deel te rijden, dit allemaal met het zelfde ticket (weet ik nu!).
Wij maken er een rustdag van.
In de voormiddag komt de zon er geregeld door. Om 14u is de rust al gedaan. Er breekt een hevig onweer los, met heel veel regen. De ondergrond van de camping kan het vele water niet verwerken en al snel staan we aan de motorhome met de voeten in het water.
We zullen de rest van de dag maar in de camper doorbrengen. Kan ook gezellig zijn met een koffie en een koekje.
Om 16u komt de zon er door, nog even buiten zitten met de voeten tussen de plassen.
Dag 18
Het water is in de harde bosgrond van de camping gedrongen en we begeven ons terug op weg voor onze laatste dagen in Ubrië.
In de voormiddag bezoeken we de mooie archeologische site van Carsulae, gelegen op een hoogvlakte ten noorden van de stad Terni.
In 220 VC ontstond hier een Romeinse stad en dit na de aanleg van de “Via Flaminia”, Een Romeinse heirweg. 500 jaar later werd de stad grotendeels verlaten na enkele zware aardbevingen, en raakte in de vergetelheid. Dit zorgde er voor dat archeologen de site in uitzonderlijk goed bewaarde staat terugvonden.
We wandelen vanaf de ingang, waar ook een klein museum is gevestigd, een zacht glooiende helling af. Hierbij hebben we reeds een mooi uitzicht op de resten van de monumentale gebouwen die langs de heirweg gelegen waren.
Ik vind het wel indrukwekkend om op een meer dan 2000 jaar oude heirweg te lopen.
We wandelen vervolgens langs wat ooit een “basilica” was, geen kerk maar een grote publieke ruimte waar handel werd gedreven.
Verder zien we nog de resten van het forum, twee identieke tempels, het amfitheater en het halfrond theater. In het noorden verlaten we de stad via een imposante boog. Daarachter lag dan de begraafplaats en nog verder nog enkele vestigingen van boeren en handelaars.
We gingen nog even zitten op een grote steen om alles nog eens goed te bekijken en te beseffen dat hier zovele eeuwen geleden legioensoldaten in en uit de stad marcheerden en de ossenkarren van handelaars die over de grote stenen van de weg hobbelden. De sporen van die karren zijn op bepaalde plaatsen nog te zien in de stenen.
We rijden vervolgens naar de camperplaats in Todi (Viale di Montesanto, Todi - GPS: n42.78120 o12.40168). Deze is op een goede locatie gelegen om het middeleeuwse stadje te bezoeken. Aan de parking is er een gratis treinlift die je recht naar het centrum brengt.
Zoals in alle andere stadjes is het een wirwar van kleine steil op- of aflopende straatjes. Op het centrale plein bezichtigen we de kathedraal. Rondom bevinden zich ook verschillende imposante palazzos.
Het indrukwekkendste was toch wel de Santa Maria della Consolazione, een Renaissance kerk verscholen in een smal steegje en met een onopvallende gevel. Het contrast met de binnenzijde is spectaculair.
Het weer is vandaag zeer gunstig geëvolueerd en we verpozen tenslotte op een terras, genietend van een ijsje en een drankje.
Dag 19
Onze laatste dag in Umbrië brengen we door in Orvieto, een middeleeuws vestingstadje bovenop een rotsplateau. We installeren ons op de mooie camperplaats (Strada della Direttissima, Piazza delle Pace, Orvieto - GPS: n42.72562 o12.12736). Het is een complete overnachtingsplek: ruime, mooi afgelijnde plaatsen, alle campervoorzieningen, toiletten, douches. Er is echter één groot minpunt. Aan de ene kant van de camperplaats liggen  de gewone spoorlijnen en aan de andere kant een lijn voor een hogesnelheidstrein.
Het is rond 11u dat we ons richting historisch centrum begeven. We zijn van plan om meerdere bezienswaardigheden te gaan bekijken, daarom kopen we de Carta Unica Orvieto. Met dit kaartje kunnen we alle belangrijke bezienswaardigheden in Orvieto bezoeken.
Buiten de camperplaats gaan we een paar trappen op en gaan door het tunneltje onder de spoorlijnen. Buiten het station nemen we dan de ‘Funiculare’, een kabelbaan die ons boven aan de rand van de oude stad brengt.
Na een bezoekje aan de wekelijkse markt nestelen we ons het terras van een leuk en gezellig restaurantje. De mooi gepresenteerde gerechten waren echt smakelijk.
Voldaan wandelen we vervolgens naar de Torre del Moro. Ik beklim de 265 trappen terwijl Monique enkele inkopen gaat doen. Boven heb ik een spectaculair uitzicht over de stad en de omringende wijnvelden.
Terug beneden gaat het richting de Duomo, een kathedraal die verschillende stijlen samenbrengt. Binnen deze kerk bezichtigen we ook de twee fraaie kapellen.
De kathedraal is gebouwd met stenen die uit het onderliggende rotsplateau zijn gehakt.
daardoor is het ook mogelijk om onder de stad een wandeling te maken door het ondergrondse gangenstelsel.
Uiteraard bezichtigen we dan ook Orvieto Underground. Er zijn alleen gegidste wandelingen en wij waren de enige bezoekers voor de Engelstalige rondgang. We hadden dus een privégids! Overal onder de stad zijn dergelijke uitgehakte grotten en gangen, die bijna allemaal nog gebruikt worden als voorraadkelder van woningen, werkplaatsen. Ze hebben echter nooit als woning gefungeerd.
De gangen die wij bezoeken werden gebruikt als werkplaats waar olijfolie werd geperst en verwerkt. Andere gangen hebben talrijke gaten in de wanden: deze werden gebruikt om duiven te kweken, niet voor de duivensport maar om op te eten! Dit was een toch een bijzondere wandeling.
De laatste attractie die ik bezoek is een 16de-eeuwse put van 62 meter diep en een diameter van 6 meter, de Pozzo van San Patrizio. Het bijzondere van de put zijn de twee onafhankelijk van elkaar gebouwde spiraalvormige trappen die boven elkaar lopen en verlicht worden door 72 vensters. Via de ene trap daal je af en via de andere stap je terug naar boven. Regelmatig stak ik, terwijl ik de 250 trappen afdaalde, mijn hoofd door een venster om naar beneden en naar boven te kijken. Ik was echt onder de indruk. Met open mond keek ik in het rond en waande me binnen een soort metrisch figuur, raar gevoel.
Nog even uitrusten en op een terras genieten we nog na en overschouwen onze toch wel fantastische reis.
Morgen vatten we de terugweg aan richting België.
Dag 20
Met een beetje tegenzin hebben we Umbrië verlaten. Na verscheidene files op de A1 zijn we op onze eerste tussenstop toegekomen. We zijn in Fontanellato in de provincie Parma (Via XXIV Maggio,  Fontanellato  GPS: n44.87797 o10.16987). We stallen de motorhome op een niet alledaagse locatie. We hebben namelijk een bijzonder dak boven het hoofd: een batterij zonnepanelen! De schaduw van de panelen is wel welkom, want ondertussen is de temperatuur tot boven de 30°C gestegen.
Er is weinig wind, en plots worden we massaal aangevallen door, wat we eerst dachten, kleine muggen. Maar het blijken knijten te zijn, kleine steekvliegen die net zoals de mug bloed zuigen. We worden beiden een 20 tal keren gestoken. Hun beet veroorzaakt nog meer jeuk dan van muggen en al snel hebben we al een aantal bobbels open gekrabd.

Dag 21
Opnieuw hebben we regen wanneer we ’s morgens vertrekken. Na een uur rijden hebben we de regen achter ons gelaten en komt de zon door het wolkendek. Algauw halen we 25° en de temperatuur zal nog oplopen. We hebben zeer veel geluk want er is bijna geen verkeer op de autosnelwegen. Enkel een beetje rond Milaan en Turijn (dat het zaterdag is vandaag zal ook wel een rol spelen). We verlaten Italië niet via de Mont Blanc tunnel maar via de Fréjustunnel (T4) omdat we richting Lyon rijden. Op onze heenreis betaalden we in Frankrijk voor de Mont Blanc tunnel 68,10€, van Italië naar Frankrijk kost de rit 69,30€. Waarom het duurder is om vanuit Italië door de tunnel te rijden is mij een raadsel. Voor de Fréjustunnel betaalden we ook 69,30€. Het voordeel van deze tunnel is dat je bijna nooit file of wachttijden hebt. Ook nu niet, wij konden bij het arriveren onmiddellijk de tunnel binnenrijden.
Voor Lyon nemen we dan de autostrade richting Parijs om deze te verlaten voor onze tweede stop, Villefranche-sur- Saône (Camping-Car Park Beaujolais - Route de Riottier 2788,  69400 Villefranche-sur-Saône - GPS: n45.97278 o4.75135). De camperplaats die 128 plaatsen telt stond voor meer dan de helft gevuld en achteraan installeerden we ons op een plaatsje met wat zicht op de rivier de Saône. Het was er heerlijk buiten zitten in een beetje schaduw, zeker nadat we de ganse dag onderweg waren om 564 km af te leggen.

Dag 22
Nog steeds onderweg naar huis stoppen we op een rustige camperplaats in Connantre, gelegen in het zuiden van de Champagnestreek (Camping-Car Park – Connantre - Allée du plan d'eau,  51230 Connantre - GPS: n48.73204 o3.92957).
Het is opnieuw een warme dag en gedurende de namiddag verpozen we onder de luifel.
Maar, als afsluiter van onze reis krijgen we om 17.30u opnieuw een hevig onweer te verduren. De regen valt met bakken uit de lucht en gaat gepaard met hagel, ontelbare bliksemschichten en gedonder. Om 20u is het ergste voorbij doch het blijft regenen.
Toch hebben we, ondanks het wisselvallige weer, genoten van ons verblijf in Umbrië, in een land (Italië) dat tot nu, voor ons onbekend terrein was.

Morgen plannen we om thuis te komen!
Overzicht overnachtingen
Camping-car Park - area of La Halte Saint-Balsème, Le Chêne - Rue de Châlons – Halte Sainte Balzème, 10700 Le Chêne - GPS: N 48.547928 O 4.144442 – 10€/21pl – alle voorzieningen
Camping-car Park - Camping de mon Village of Bonneville - Rue des Bairiers 312, 74130 Bonneville - GPS: N 46.082184 O 6.412573 – 12€/68pl – alle voorzieningen.
Een 10-tal verharde plaatsen. De overige plaatsen zijn allemaal op het gras gesitueerd. Minder goed onderhouden. Het gras stond een halve meter hoog en het sanitair gebouw is oud (enkel open in juli en augustus). Voor één nacht vond ik het wel OK.
Parcheggio camper Scambiatore - Officiële camperplaats – Via de Pratale 78, Pisa – 12€/100pl – alle voorzieningen – centrum 2 km – bewaakte parking – aan parking bus Navetta E alle 15 min. Van eindhalte 400m naar toren Pisa
Camping Listro - Via Lungolago, Castiglione del Lago – 21€/nacht (acsi) – alle voorzieningen – bar en winkeltje - privéstrand aan het meer – historisch centrum 800m
Camperclub Gubbio - Officiële camperplaats - Via del Bottagnone  06024 Gubbio -  GPS: n43.35000 o12.56389 – 10€/56pl – smalle plaatsen - max. 8m - alle voorzieningen, de stroom is er duur (0,5€/uur) met een maximaal vermogen van 400W! Wat te weinig is om zelfs lichte koffiezet te gebruiken - videobewaking - teatro romano 500m, historisch centrum 850m via 2 roltrappen – er zou shuttlebus zijn naar centrum op 50m
Il Bove - Area Comunale Piazzale del Bove - Via Giovanni Ruggia,  06124 Perugia - GPS: n43.09810 o12.38386 – 20€/50pl – mixparking aan een zeer drukke baan bij politiebureau, videobewaking – alle voorzieningen – centrum 1,5 km – buslijn G op 200m – supermarkt 100m
Camping Green Village Assisi - Via S.G. in Campiglione 110, Assisi – 23€/nacht (acsi vanaf 29/5) – alle voorzieningen – kleine winkel, pizzeria – 4x per dag shuttlebus naar Assisi
Area Comunale - Officiële camperplaats - Via Centrale Umbra, Spello  - GPS: n42.99371 o12.66730 – 8€/70pl – voorzieningen zonder stroom – dorp 500m - Absoluut geen aanrader. Zeer veel lawaai van het sportcomplex ernaast. De parking staat, alhoewel aangeduid enkel voor campers, vol met auto's van bezoekers van het complex. We hebben nog een plaats in een hoek. In de namiddag komt er ook nog een groep met jonge zigeunergezinnen toe, dit met campers en caravans. De lozingsplaats wordt herschapen in een wasplaats voor kleding en auto's. WC cassette kon niet geledigd worden, was volledig verstopt vermoedelijk door pampers.
Officiële camperplaats - Via G. Pascoli,  6036 Montefalco - GPS: n42.89230 o12.64791 – 5€/25pl – alle voorzieningen inclusief – mixparking op 100m van dorpskern. Opgelet, wanneer je de coördinaten gebruikt dan kom je op een grote publieke parking voor bussen en personenauto's terecht. De camperplaats ligt beneden die grote parking!
Area communale - Officiële camperplaats - Via Costa San Paolo, Trevi  GPS: n42.87829 o12.75221  - gratis/20pl (tot 50pl) – voorzieningen zonder stroom – dorp 500m
Parcheggio Ponciano - Officiële camperplaats - Via del Tiro a Segno  Spoleto  GPS: n42.73687 o12.74212  - 8€/20pl – vrij grote plaatsen - servicezuil, geen stroom – oude stad 500m te bereiken met roltrappen
camping Le Marmore - Via Cascata 34, Località Campacci, Terni – 32€/nacht! Veel te duur voor hetgeen wordt aangeboden. De camping is sterk verouderd en niet goed onderhouden. De plaatsen liggen kriskras tussen de bomen en zijn niet afgebakend. Hoe ze hier (volgens de website) zestig motorhomes en caravans kunnen plaatsen is mij een raadsel. Alle buitenfaciliteiten (wasbakken, afwasbakken) liggen vol bladeren en takken, alsof ze in maanden niet meer gebruikt en onderhouden werden. Binnen in het gebouw is ook alles zeer oud, maar toiletten en douches worden wel  schoongemaakt.
Een prijs die blijkbaar enkel door de nabijheid van de waterval wordt bepaald.– winkeltje – 50m van het uitkijkpunt op de waterval (boven) – korting op ticket toegang waterval
Area Porta Orvietana - Officiële camperplaats - Viale di Montesanto, Todi - GPS: n42.78120 o12.40168 – 16€/16pl – voorzieningen zonder stroom – oude stad 550m – aan parking is er treinlift (gratis) naar centrum
Area Sosta Camper Battistelli Renzo - Officiële camperplaats - Strada della Direttissima, Piazza delle Pace, Orvieto - GPS: n42.72562 o12.12736 – 18€/40pl – alle voorzieningen inclusief – bewaakte parking – Het is een complete overnachtingsplek: ruime, mooi afgelijnde plaatsen, alle campervoorzieningen, toiletten, douches. Er is echter één groot minpunt. Aan de ene kant van de camperplaats liggen  de gewone spoorlijnen en aan de andere kant een lijn voor een hogesnelheidstrein - 400m naar kabelbaan voor centrum (2€ retour)
Fontanellato - Officiële camperplaats - Via XXIV Maggio,  Fontanellato  GPS: n44.87797 o10.16987 – 10€/20pl – alle voorzieningen inclusief – plaatsen onder zonnepanelen!
Camping-Car Park Beaujolais - Route de Riottier 2788,  69400 Villefranche-sur-Saône - GPS: n45.97278 o4.75135 – 13,86€/128pl – alle voorzieningen
Camping-Car Park – Connantre - Allée du plan d'eau,  51230 Connantre - GPS: n48.73204 o3.92957 – 13,30€/23pl - alle voorzieningen

E-mail: info@dmcamperreizen.be

Copyright © DMCamperreizen 2018.
All right reserved.
Dag 5
We verlaten Pisa en begeven ons naar de regio die we willen ontdekken, namelijk Umbrië. Tegen de middag bereiken we de bestemming voor de komende drie dagen. We zijn in Castiglione del Lago, op camping Listro, gelegen op de Via Lungolago. De camping is onmiddellijk aan het lago Trasimeno, het grootste meer van midden en zuid Italië. Vanop ons plaatsje hebben we zicht op dit prachtig meer. Momenteel staat er voldoende water in, aangezien er in het meer een kunstmatige aanvoer van bergwater is uit de Apennijnen. Vorige jaar moest je 150m in de bedding wandelen om aan het water te geraken, te wijten aan de extreem droge voorgaande jaren. Dit jaar startte veel natter, wat ze in het noordoosten van Italië op dramatische wijze hebben ervaren!
Na het installeren van de motorhome besluiten we om in de namiddag rustig te genieten in de zon. Doch om 15u besliste het weer er anders over, er barstte een hevig onweer los boven het meer. Er viel gelukkig niet al te veel regen uit de lucht. Na anderhalf uur was het onweer voorbij maar het bleef de rest van de namiddag en avond bewolkt.
Dag 6
We worden wakker onder een stralende zon. Het meer schittert en de watervogels snateren en kwaken. De witte reigers staren in het water op zoek naar visjes. Een enkele zwemmer waagt zich aan zijn ochtendrondje.
De hele ochtend luieren we aan de camper. In de namiddag bezoeken we de oude binnenstad van Castiglione del Lago. Dit dorpje, hoog op een heuvel, wordt bestempeld als “I borghi più belli d’Italia” één van de mooiste dorpjes van Italië. De weg er naartoe is héél steil. Het was toch even uitblazen als we boven kwamen aan de hoge stadsmuren die het middeleeuws dorpje omringen.
We betreden het oude centrum via de Porta Senese, één van de drie poorten in de stadsmuur. Onmiddellijk worden we gecharmeerd door de gebouwen, geplaveide straatjes en idyllische kerkjes. Zoals gezegd zijn er drie stadspoorten, en in het centrum kom je drie pleinen en drie kerken tegen.
We wandelen langs de Via Vittorio Emanuele, de verkeersvrije straat die die de hele stad doorkruist. De vele restaurantjes stralen gezelligheid uit en in de winkeltjes worden vooral lokale Umbrische specialiteiten aangeboden. Op het einde van de straat bevindt zich één van de bezienswaardigheden, het palazzo della Corgna. Vanuit het Palazzo kan je via een lange en smalle overdekte gang die is ingewerkt in de oude middeleeuwse stadsmuur de  belangrijkste bezienswaardigheid van Castiglione del Lago bereiken: de Rocca del Leone, het Fort van de Leeuw. Dit fort kijkt uit over het Lago Trasimeno. Het heeft een vijfhoekige vorm en is gebouwd in de dertiende eeuw. Beiden zijn enkel te bezoeken met ticket, kostprijs 9€/persoon. Wij besluiten deze niet te bezoeken en een terrasje op te zoeken voor een lekker ijsje en een verfrissend drankje. Morgen zullen we ons op het meer begeven.
Dag 7
Het meer blaakt opnieuw in de zon. Het is zaterdag en verlengd pinksterweekend. De camping is volgelopen met Italianen die het lange weekend aan het meer willen doorbrengen.
Er staat een strakke wind vandaag, ideaal voor de vele kite surfers die het meer bevolken.
In de namiddag begeven wij ons ook op het water. We schepen in op een  “traghetto di linea”, een veerboot die ons naar het Isola Maggiore brengt. Isola Maggiore is het enige bewoonde eiland in het meer van Trasimeno.
Er is één straat op het eiland. Het is er gezellig wandelen langs de pittoreske gebouwen. De huizen worden hoofdzakelijk bewoond door vissers. Normaal hangen ze hun visnetten te drogen tussen de kerken Sant’Angelo en de San Salvatore, doch op het ogenblik van ons bezoek hingen er geen. Ik kwam welgeteld één visnet tegen dat over een afsluiting hing.
Op het hoogste punt van het eiland is de Sint-Franciscuskerk gelegen. Het was opnieuw een hele steile klim er naartoe. Onderweg moest ik een paar keer stoppen om op adem te komen. De kerk van San Michele Arcangelo werd er in 1136 gebouwd. In de 13e  eeuw werd ze overbouwd door de Franciscanen, nadat  St. Franciscus van Assisi een korte tijd zijn toevluchtsoord zocht op het eiland. Er zijn nog goed bewaard gebleven fresco’s aanwezig in de kerk. De oudsten dateren nog uit de 13e eeuw.
Wat het eiland ook speciaal maakt is het vele kantwerk dat er terug te vinden is. De hoofdbezigheid van de vissersvrouwen was het vlechten en herstellen van vissersnetten, doch in de winter hadden ze niet veel werk. Tot er dame op het eiland arriveerde die kant haakte. Een vriendin van haar die een zeer goed kantwerkster was, was bereid om  de kunst aan de lokale vissersvrouwen aan te leren. Zo werd er een heuse handel opgezet, waardoor het inkomen van de vissers in de winter een heel stuk werd opgetrokken.
Nu nog kan je op regelmatige tijdstippen de oude vrouwen bewonderen die voor hun deur kant zitten te haken. Vele oude werkjes met een hoofdzakelijk Ierse steek kan je bezichtigen in het kleine museum en in de winkeltjes is er ook kant te koop.
Na een paar uur moesten we terug aan de inschepingssteiger staan, dit om de laatste veerboot van de dag te nemen die ons terug naar het vasteland bracht.
Dag 8
Onze drie dagen aan meer van Trasimeno zitten er op. We begeven ons richting Apennijnen. Aan de voet en op de flank van dit gebergte arriveren we in een goed bewaard middeleeuws dorp, namelijk: Gubbio.
We installeren er ons op de lokale camperplaats (Via del Bottagnone -  GPS: n43.35000 - o12.56389). Gelukkig staan er maar een paar campers en hebben we voldoende plaats gezien alle plaatsen smal zijn. De stroom is er duur (0,5€/uur) met een maximaal vermogen van 400W. Voor ons veel te weinig aangezien we zelfs de koffiezet niet kunnen gebruiken. Maar geen probleem, er is voldoende zon zodat ons zonnepaneel de batterij volledig heeft opgeladen.
Na de middag begeven we ons naar het historisch stadscentrum. Onderweg passeren we de ruïne van een Romeins amfitheater.
Binnen de stadsmuur valt  onmiddellijk de gele kleur van de gebouwen op. Alle huizen in de stad zijn gemaakt van geel kalksteen en hebben daken van terracotta tegels, en ook veel van de 14de- en 15de-eeuwse paleizen (palazzo’s) volgen deze bouwstijl. Dit levert een zeer mooi en idyllisch beeld op.
Aangezien het dorp op de flanken van een berg is gebouwd lopen de straatjes steil opwaarts tot we één van de grootste bezienswaardigheden hebben bereikt, zijnde de Basilica di Sant’Ubaldo.
Gelukkig moet je niet de volledige klim doen. Er zijn in de stad liften die je twee niveaus opwaarts brengen. Op het tweede niveau ben je al aan de basiliek.
Een van de bekendste straten van Gubbio is de Via dei Consoli. Deze weg doorkruist het oude centrum van het dorp en neemt ons mee langs verschillende leuke winkeltjes, barretjes en restaurantjes. Halverwege is het Piazza Grande gelegen. Vanaf dit plein heb je een prachtig uitzicht op het dal en op de terracotta dakpannen van het lager gelegen deel.
En zo doorkruisen we het volledige middeleeuwse centrum, van het ene prachtige, hoge gebouw naar het andere, en van het ene palazzo naar het volgende. Het is er echt gezellig vertoeven en bij het rondwandelen komt de geur van de lokale specialiteiten je tegemoet.
We sluiten de namiddag af op een terras gelegen op één van de leuke pleintjes. Wanneer we de stad willen verlaten worden we nog getrakteerd op een historische optocht ter gelegenheid van Pinksteren.
Dag 9
Vandaag staat de hoofdstad van Umbrië op het programma. We zijn in Perugia, een stad uitgestrekt over een lange heuvel, die reeds in de 6e eeuw VC een belangrijke stad was.
We installeren onze motorhome op de gemeentelijke camperplaats Il Bove (Via Giovanni Ruggia,  GPS: n43.09810 o12.38386), in de benedenstad. Buiten onze verwachting om waren er nog vele plaatsen vrij toen we toekwamen. Het is geen ideale plaats om te overnachten. Het ligt aan een zeer drukke baan, doch alle voorzieningen zijn aanwezig.
Via een trap gaan we naar de naastliggende weg waar we, de halte ligt net naast de parking, de bus G nemen die ons tot in het hart van de historische stad brengt. Het is tevens de eindhalte van de bus.
We staan op het “piazza Italia”, een prachtig plein met het palazzo Cezaroni en een pittoresk parkje. Het zicht wordt evenwel ontsiert door de vele geparkeerde auto’s.
Via de centrale hoofdstraat wandelen we richting het voornaamste plein van de stad. We worden omringd door de vele hoge en rijk versierde gebouwen, en er heerst een gezellige drukte. De straat loopt, net zoals vele andere, licht hellend op. Hoe hoger je je in de stad begeeft hoe ouder de gebouwen zijn. De meesten dateren uit de 13e, 14e eeuw.
We bereiken het voornaamste plein, het “Piazza IV Novembre”. Er staat een gebeeldhouwde fontein uit de 13e eeuw, de “Fontana Maggiore”, voorzien van een schitterende reeks reliëfs en beelden.
Op hetzelfde plein bezoeken we de San Lorenzokathedraal. Opvallend is dat de kerk voorzien is van een preekstoel aan de buitenzijde. We konden de kathedraal net lang genoeg langs de binnenzijde bekijken. Om 12.30u kwam de kerkbewaarder op ons af met een zeer grote sleutel in de hand. We moesten, net zoals de andere bezoekers, de kerk verlaten waarna deze onherroepelijk tot de volgende dag op slot ging. Nog één keer ging de zware grendel van de deur open om een paar achterblijvers buiten te laten.
Tijd dus om ons op een terras te installeren, waar we een gróte, overheerlijke pizza aten.
Na de lunch kuieren we verder in de stad en ontdekken het ene pareltje na het andere. Vele schoonheden liggen verborgen in smalle steegjes, die enkel via een doorgang in een gevel bereikbaar zijn.
Dan zijn er nog de musea die eveneens in grote “palazzo’s” gehuisvest zijn, met het “Museo Capitolare”, gewijd aan kunst uit Umbrië en Siena, en de “Galleria Nazionale dell’Umbria” als voornaamsten.
Wij bezochten enkel het historische centrum van de stad, doch Perugia telt nog meerdere interessante stadsdelen.
We verlieten de stad zoals we gekomen waren, … met de bus.
Dag 10
De zon is al vroeg van de partij. Ook de marktkramers zijn vroeg uit de veren. Op de parking net boven de camperplaats is het markt. Dus voor we Perugia verlaten bezoeken we de markt om groenten en fruit aan te kopen. Op 100 meter is wel een supermarkt, maar vers van de boer smaakt toch beter. Wil je naar de supermarkt, dan ga je best te voet van de camperplaats want aan de supermarkt is er geen mogelijkheid om de camper te parkeren.
Na onze aankopen vertrekken we richting Assisi. Een stadje dat in het teken staat van de beroemdste inwoner die Assisi gekend heeft, de heilige Franciscus.
We installeren de motorhome op een 4tal km van de stad, dit op camping Green Village (via s.g. In campiglione 110).
De rest van de dag doen we niets anders dan lui genieten onder onze luifel.
Dag 11
Vandaag bezoeken we Assisi, een stad die héél veel katholieken aantrekt.
Aan de ingang van de camping stappen we in de shuttlebus van de camping die ons naar de ingangspoort van de oude stad brengt. Viermaal per dag rijdt hij naar het oude centrum en terug.
We starten ons bezoek, net zoals de andere 5 miljoen toeristen en pelgrims die Assisi jaarlijks overspoelen, in de San Francesco Basilica, een van de mooiste basilieken van Italië. Spijtig dat de vele vrachtwagens van de RAI televisie het zicht op het plein en basiliek ontsieren. Onze eerste klim van de dag is achter de rug. Velen zullen nog volgen want de stad is op de flanken van een heuvel gebouwd. Het kerkgebouw bestaat uit twee boven elkaar gebouwde kerken. Eerst gaan we de benedenkerk (Basilica Inferiore) binnen. De talrijke fresco’s springen onmiddellijk in het oog. Er mogen spijtig genoeg geen foto’s gemaakt worden binnen de kerk, en er is zeer veel controle die elke poging beleefd in de kiem smoort. Toch heb ook ik een paar foto’s kunnen trekken!
Vervolgens daal ik af in de Cripta di San Francesco. Hier is het monumentale graf van Franciscus van Assisi gelegen. Ik vind het toch maar vreemd om gelovigen op de grond te zien liggen ter aanbidding van het graf.
Na de bovenkerk (Basilica Superiore) bezocht te hebben begeven we ons verder stad inwaarts, via de Via San Francesco, één van de mooiste straten van Assisi. We slenteren (als je wandelen in een steil oplopende straat slenteren kan noemen) langs zeer mooie huizen en gezellige boetiekjes en souvenirwinkels waar bijna alle souvenirs eveneens in het teken van Franciscus staan.
Onderweg stoppen we voor het eten van een pizza, waarna we het middelpunt van Assisi bereiken, het Piazza del Comune. Hier bewonderen we enkele belangrijke monumenten van de stad, o.a. het gemeentehuis.
We wandelen verder door de stad en aan het piazza San Rufino bezichtigen we de San Rufino kathedraal. En aan kerken en basilieken geen gebrek in Assisi, buiten de genoemde zijn er ondermeer nog: de Santa Chiara Basiliek, de Chiesa Nuova, … Op het plein voor de Nuova kerk merken we een mooi bronzen standbeeld op. Blijkt dat het de ouders van Franciscus zijn.
Terug naar de San Rufino kathedraal: hier begeef ik mij ook langs de vele steile trappen tot in de top van de toren. Ik waai er bijna uit de kleren, en met het hoofd tussen de klokken heb ik een prachtig zicht op de stad en een panoramisch beeld van de omgeving.
Een uurtje later zit ons bezoek er op en op dat ogenblik begint het te regenen (het was bijna gans de namiddag bewolkt en we hadden een onweer al van in de verte zien naderen).
Nog even moeten we schuilen tot het busje ons terug komt oppikken richting camping.
Dag 12
Geen grote verplaatsing vandaag. Om 18km van Assisi bereiken we het stadje Spello, één van de best bewaarde Middeleeuwse stadjes van Umbrië. Aan de voet er van installeren we ons op de gemeentelijke camperplaats (op de via centrale Umbra).
Blijkt absoluut geen aanrader. Zeer veel lawaai van het sportcomplex ernaast. De parking staat, alhoewel aangeduid enkel voor campers, vol met auto's van bezoekers van het complex. We hebben nog een plaats in een hoek. In de namiddag komt er ook nog een groep met jonge zigeunergezinnen toe, dit met campers en caravans. De lozingsplaats wordt herschapen in een wasplaats voor kleding en auto's.
Terug naar onze uitstap: we gaan richting centrum en hebben een héél steile klim voor de boeg. We klauteren tussen de eeuwenoude huisjes omhoog. Tussendoor genieten we van het adembenemende uitzicht.
Bezweet van de inspanning komen we in het historische centrum. We hebben een aangename wandeling langs de pittoreske straatjes vol met lichtroze gekleurde huisjes opgefleurd met vele bakken en potten vol bloemen en planten.
Wil je er nog meer bloemen zien dat moet je het tweede weekend na Pinksteren komen, dan wordt de hele stad getransformeerd in een kunstwerk van bloemen.
De hele ochtend was het warm en zonnig, maar kort in de namiddag kregen we een onweer over ons vel, gelukkig met niet te veel regen. We schuilden ondertussen op het overdekt terras van een bar-pattiseria. Zo combineerden we het aangename met het onaangename.
We verlieten de stad tenslotte langs de licht hellende hoofdstraat, die eindigde aan de eeuwenoude Porta consulare. Een eind verder bereikten we dan opnieuw de camperplaats die voor de tweede keer volliep met auto's. Benieuwd wat de nacht zal brengen.
Dag 13
Al bij al hadden we een rustige nacht. Rond 23u vertrokken de laatste auto's en van de zigeunergezinnen hadden we geen lawaai.
Vandaag is het nationale feestdag in Italië en de bevolking is al vroeg uit de veren. Vanaf 7u is het al een aan en afrijden aan het sportcomplex.
Sneller dan gewoonlijk hebben we opgeruimd en vervolgen onze trip.
We rijden Montefalco binnen. De camperplaats straalde rust uit (Via G. Pascoli - wanneer je de coördinaten gebruikt dan kom je op een grote publieke parking voor bussen en personenauto's terecht. De camperplaats ligt beneden die grote parking!)
We bevinden ons op 475m hoogte en Montefalco wordt ook wel het balkon van Umbrië genoemd. Het stadje bevindt zich hoog boven de wijngaarden. Juist, het is een wijnstadje, zeer bekend voor zijn wijnen: sagrantino wijnen. Wijnproeven is de boodschap vandaag.
Via één van de oude poorten wandelen we naar het centrale plein van het stadje, tevens het hoogste punt. De smalle straatjes met de oude huisjes kronkelen zich een weg naar boven tot het plein. Rond en om het plein zijn vele gezellige restaurantjes en wijnverkooppunten gelegen.
We bezoeken een winkeltje van één van de gerenommeerde wijnhuizen, dit voor een wijndegustatie. De dure maar krachtige Sagrantino di Montefalco sla ik over, maar proef verschillende Rosso di Montefalco DOC. Ik proef eveneens de reserva van 2018 en besluit hiervan mijn voorraad voor de winter aan te kopen. 
Tijd dan om een terrasje op het centrale plein op te zoeken. Het is er gezellig zitten en we genieten van het goede weer. Ikzelf doe dit met een glas Rosso Di Montefalco en met wat olijven erbij kan de dag niet meer stuk. De wijn is van een ander wijnhuis en valt ook zeer in mijn smaak. Achteraf zoek ik nog een winkeltje en koop nog een paar flessen van dat merk.
Dag 14
Van de wijn rijden we naar de olijfolie. Hoog op een heuvel zijn we in Trevi toegekomen. De gratis camperplaats (Via Costa San Paolo, Trevi  GPS: n42.87829 o12.75221) is eigenlijk een gewone parking (met put voor zowel grijs water als wc cassette) waarop je de camper enkel dwars of overlangs tussen de bomen kunt plaatsen.
Het stadje wordt omringd door olijfgaarden en blijkbaar wordt hier één van de beste olijfolies van Italië geproduceerd.
Via één van de poorten in de stadsmuur, die Trevi vroeger volledig omwalde, wandelen we naar het hart van het dorp: het Piazza Mazzini, met het Palazzo Comunale (het centrale plein met het gemeentehuis).
Aan kerken is er geen gebrek, binnen de muren vind je maar liefst 20 oude kerken.
Langs de smalle straatjes met eeuwenoude huisjes, waarvan enkelen nog dateren uit de middeleeuwen, bereiken we het hoogste punt van Trevi, waar we de belangrijkste kerk binnengaan, de Duomo di Sant’Emiliano. Via die zelfde straatjes wandelen we dan terug naar het gemeenteplein. We palmen er een plaatsje in op het terras van bar caffé Roma, waar al meer dan 100 jaar drankjes geserveerd worden.
Iets later breekt een onweer los. Aangezien het toch regent gaan we het voormalige klooster Convento di San Francesco binnen, waar nu verschillende musea gevestigd zijn. We bezoeken er onder meer Museo della Civiltà dell’Ulivo, waar de geschiedenis van de eeuwenoude productie van olijfolie aan bod komt.
Ons bezoek aan Trevi sluiten we af in een winkeltje gespecialiseerd in olijfolie. Daar proef ik de gerenommeerde Trevi olijfolie. Die is echt lekker en natuurlijk koop ik een fles
Dag 15
Bij het ontwaken zijn Trevi en de omliggende olijfgaarden volledig in mist gehuld. De veelvuldige regen van gisteravond en de warme temperatuur van deze morgen zorgen er voor dat de stad verborgen is.
Na het ontbijt vervolgen we onze weg en 20km verder rijden we in volle zon een camperplaats in Spoleto op (Via del Tiro a Segno, de coördinaten doen je toekomen op de weg boven de camperplaats!).
De plaatsen zijn vrij groot en naar Italiaanse normen mooi afgebakend.
De oude ommuurde stad ligt hoog op de heuvelflank, met strategisch op de top, het fort Rocca Albornoziana.
Gelukkig moeten we vandaag geen steile klimmen doen; door middel van ondergrondse roltrappen klimmen we omhoog naar het historisch centrum. De eerste reeks roltrappen brengt ons naar het fort. Binnenin zijn mooie tentoonstellingen en van op de vestingmuren hebben we een prachtig panoramisch zicht op de omgeving en … onze motorhome.
Van het fort wandelen we naar de Basilica di San Salvatore, een kerk die reeds dateert uit de vierde en vijfde eeuw. Aan de kerk, waar een misviering bezig was, heerst er een gezellige drukte. Zeer veel Italianen bezoeken op het eind van hun verlengd weekend deze prachtige stad. We zagen al verscheidene mooie en pittoreske dorpen en stadjes in Umbrië, Spoleto is er zeker één van.
We dwalen dan verder langs smalle straatjes, over steegjes met trappen, langs oude huizen en gezellige pleintjes. Gelukkig gaat alles in dalende lijn aangezien we ons bezoek startten op het hoogste punt.
We wandelen nog verder langs een Romeinse boog: Arco di Druso aan het Piazza del Mercato en nabij het Piazza Libertà ontdekken we een heus Romeins theater.
Langs deze zijde van de oude stad nemen we dan, nadat we nagenoten op een leuk terrasje, de roltrappen omhoog om via de basiliek aan de andere zijde van het centrum de roltrappen opnieuw naar beneden te nemen richting parking en camperplaats.
We bezochten de stad in de voormiddag en vroege namiddag, met de weersvoorspellingen in gedachte. Deze klopten, om half vier werden we onthaald op de dagelijkse regenbui.
Dag 16
We verlaten onze overnachtingsplek in de lichte regen. In vergelijking met België hebben we geen goed weer. Gelukkig is het overdag meestal droog en zien we geregeld de zon. De temperatuur is zeker niet slecht (rond de 25 graden, en zelfs als het regent halen we nog 20 graden). De Italiaanse handelaars en horeca uitbaters klagen steen en been, het huidige weerbeeld hebben ze normaal in april. De toeristen, en zeker de Italiaanse dagtoeristen, blijven weg, hetgeen we ook merken, overal waar we komen is het rustig en weinig toeristen, met enkele uitzonderingen.
Vandaag staan de watervallen van Marmore op het programma.
De waterval van Marmore is de grootste kunstmatige waterval die door mensen is gemaakt. De waterval werd door de Romeinen gemaakt in de 3de eeuw voor Christus om het water van de Velino rivier weg te leiden van de Rieti vallei.
De waterval is met 165 meter één van de hoogste watervallen van Italië.
We installeren ons eerst op camping Le Marmore, een camping die in vogelvlucht op 50m van het bovenste uitkijkpunt op de waterval gelegen is.
Buiten twee oude, versleten caravans, een Zwitserse en een Italiaanse motorhome, staat er niemand. We moeten een ongelofelijk hoge prijs betalen (32€/nacht) voor hetgeen wordt aangeboden. De camping is sterk verouderd en niet goed onderhouden. De plaatsen liggen kriskras tussen de bomen en zijn niet afgebakend. Hoe ze hier (volgens de website) zestig motorhomes en caravans kunnen plaatsen is mij een raadsel. Alle buitenfaciliteiten (wasbakken, afwasbakken) liggen vol bladeren en takken, alsof ze in maanden niet meer gebruikt en onderhouden werden. Binnen in het gebouw is ook alles zeer oud, maar toiletten en douches worden wel  schoongemaakt.
Een prijs die blijkbaar enkel door de nabijheid van de waterval wordt bepaald. We betaalden bij het toekomen voor twee nachten, hetgeen we niet zouden gedaan hebben moesten we de camping vooraf kunnen bekijken hebben.
In de namiddag komt de zon er door en we wandelen naar het toegangspunt tot de watervallen. Wil je ze zien dan ben je wel gebonden aan bepaalde uren. De waterval wordt door dammen gereguleerd en een paar keer per dag worden deze geopend. Momenteel is dit tussen 11u en 13u en tussen 15u en 17u. Op andere tijden stroomt de waterval niet.
Er zijn twee verschillende ingangen: Belvedere Superiore en de andere is Belvedere Inferiore. Wij starten bovenaan de waterval, de tweede start aan het onderste deel. Een ticket kost 12€/persoon.
Na 85 trappen gedaald te hebben bereiken we het uitkijkpunt. Het zicht is prachtig en de weerkaatsing van de zon op de waterdruppels zorgt nog eens voor een spectaculaire regenboog.
Monique blijft dan ter plaatse genieten van het zicht en ik daal af op één van de zes uitgestippelde wandelingen. Wandelpad 1 is tevens het meest uitdagende. Via zeer steile en nu zeer glibberige trappen daal ik af naar het middendeel van de waterval. Het is wel een mooie omgeving, diep in de bossen. 500m lager bereik ik dit deel en kan ik via wandelpad 3 verder klimmen naar het hart van de waterval. Ik zie dit echter niet zitten aangezien ik nog de klim terug moet doen.
Na enkele minuten gerust te hebben vat ik de klim aan. Het is zeer lastig, steil met regelmatig geen houvast. Geregeld moet ik stoppen om uit te hijgen en voel mijn hart in de keel kloppen. Bezweet en puffend kom ik boven, maar toch blij de inspanning gedaan te hebben. Nu nog 85 trappen terug naar de uitgang!
’s Avonds begint het opnieuw te regenen, te watergieten tot middernacht.
Dag 17
Om het onderste deel van de waterval, met zicht op de gehele waterval, te bezoeken moeten we met de motorhome naar het Belvedere Inferiore rijden. Daar dan 5€ betalen voor de parking en nog eens 24€ voor de ingang. We beslissen dit niet te doen.
Je kan alles op 1 dag doen, maar niet te voet vanop de camping. Je kan ’s morgens naar het bovenste of onderste deel rijden om daarna bijvoorbeeld in de namiddag naar het andere deel te rijden, dit allemaal met het zelfde ticket (weet ik nu!).
Wij maken er een rustdag van.
In de voormiddag komt de zon er geregeld door. Om 14u is de rust al gedaan. Er breekt een hevig onweer los, met heel veel regen. De ondergrond van de camping kan het vele water niet verwerken en al snel staan we aan de motorhome met de voeten in het water.
We zullen de rest van de dag maar in de camper doorbrengen. Kan ook gezellig zijn met een koffie en een koekje.
Om 16u komt de zon er door, nog even buiten zitten met de voeten tussen de plassen.
Dag 18
Het water is in de harde bosgrond van de camping gedrongen en we begeven ons terug op weg voor onze laatste dagen in Ubrië.
In de voormiddag bezoeken we de mooie archeologische site van Carsulae, gelegen op een hoogvlakte ten noorden van de stad Terni.
In 220 VC ontstond hier een Romeinse stad en dit na de aanleg van de “Via Flaminia”, Een Romeinse heirweg. 500 jaar later werd de stad grotendeels verlaten na enkele zware aardbevingen, en raakte in de vergetelheid. Dit zorgde er voor dat archeologen de site in uitzonderlijk goed bewaarde staat terugvonden.
We wandelen vanaf de ingang, waar ook een klein museum is gevestigd, een zacht glooiende helling af. Hierbij hebben we reeds een mooi uitzicht op de resten van de monumentale gebouwen die langs de heirweg gelegen waren.
Ik vind het wel indrukwekkend om op een meer dan 2000 jaar oude heirweg te lopen.
We wandelen vervolgens langs wat ooit een “basilica” was, geen kerk maar een grote publieke ruimte waar handel werd gedreven.
Verder zien we nog de resten van het forum, twee identieke tempels, het amfitheater en het halfrond theater. In het noorden verlaten we de stad via een imposante boog. Daarachter lag dan de begraafplaats en nog verder nog enkele vestigingen van boeren en handelaars.
We gingen nog even zitten op een grote steen om alles nog eens goed te bekijken en te beseffen dat hier zovele eeuwen geleden legioensoldaten in en uit de stad marcheerden en de ossenkarren van handelaars die over de grote stenen van de weg hobbelden. De sporen van die karren zijn op bepaalde plaatsen nog te zien in de stenen.
We rijden vervolgens naar de camperplaats in Todi (Viale di Montesanto, Todi - GPS: n42.78120 o12.40168). Deze is op een goede locatie gelegen om het middeleeuwse stadje te bezoeken. Aan de parking is er een gratis treinlift die je recht naar het centrum brengt.
Zoals in alle andere stadjes is het een wirwar van kleine steil op- of aflopende straatjes. Op het centrale plein bezichtigen we de kathedraal. Rondom bevinden zich ook verschillende imposante palazzos.
Het indrukwekkendste was toch wel de Santa Maria della Consolazione, een Renaissance kerk verscholen in een smal steegje en met een onopvallende gevel. Het contrast met de binnenzijde is spectaculair.
Het weer is vandaag zeer gunstig geëvolueerd en we verpozen tenslotte op een terras, genietend van een ijsje en een drankje.
Dag 19
Onze laatste dag in Umbrië brengen we door in Orvieto, een middeleeuws vestingstadje bovenop een rotsplateau. We installeren ons op de mooie camperplaats (Strada della Direttissima, Piazza delle Pace, Orvieto - GPS: n42.72562 o12.12736). Het is een complete overnachtingsplek: ruime, mooi afgelijnde plaatsen, alle campervoorzieningen, toiletten, douches. Er is echter één groot minpunt. Aan de ene kant van de camperplaats liggen  de gewone spoorlijnen en aan de andere kant een lijn voor een hogesnelheidstrein.
Het is rond 11u dat we ons richting historisch centrum begeven. We zijn van plan om meerdere bezienswaardigheden te gaan bekijken, daarom kopen we de Carta Unica Orvieto. Met dit kaartje kunnen we alle belangrijke bezienswaardigheden in Orvieto bezoeken.
Buiten de camperplaats gaan we een paar trappen op en gaan door het tunneltje onder de spoorlijnen. Buiten het station nemen we dan de ‘Funiculare’, een kabelbaan die ons boven aan de rand van de oude stad brengt.
Na een bezoekje aan de wekelijkse markt nestelen we ons het terras van een leuk en gezellig restaurantje. De mooi gepresenteerde gerechten waren echt smakelijk.
Voldaan wandelen we vervolgens naar de Torre del Moro. Ik beklim de 265 trappen terwijl Monique enkele inkopen gaat doen. Boven heb ik een spectaculair uitzicht over de stad en de omringende wijnvelden.
Terug beneden gaat het richting de Duomo, een kathedraal die verschillende stijlen samenbrengt. Binnen deze kerk bezichtigen we ook de twee fraaie kapellen.
De kathedraal is gebouwd met stenen die uit het onderliggende rotsplateau zijn gehakt.
daardoor is het ook mogelijk om onder de stad een wandeling te maken door het ondergrondse gangenstelsel.
Uiteraard bezichtigen we dan ook Orvieto Underground. Er zijn alleen gegidste wandelingen en wij waren de enige bezoekers voor de Engelstalige rondgang. We hadden dus een privégids! Overal onder de stad zijn dergelijke uitgehakte grotten en gangen, die bijna allemaal nog gebruikt worden als voorraadkelder van woningen, werkplaatsen. Ze hebben echter nooit als woning gefungeerd.
De gangen die wij bezoeken werden gebruikt als werkplaats waar olijfolie werd geperst en verwerkt. Andere gangen hebben talrijke gaten in de wanden: deze werden gebruikt om duiven te kweken, niet voor de duivensport maar om op te eten! Dit was een toch een bijzondere wandeling.
De laatste attractie die ik bezoek is een 16de-eeuwse put van 62 meter diep en een diameter van 6 meter, de Pozzo van San Patrizio. Het bijzondere van de put zijn de twee onafhankelijk van elkaar gebouwde spiraalvormige trappen die boven elkaar lopen en verlicht worden door 72 vensters. Via de ene trap daal je af en via de andere stap je terug naar boven. Regelmatig stak ik, terwijl ik de 250 trappen afdaalde, mijn hoofd door een venster om naar beneden en naar boven te kijken. Ik was echt onder de indruk. Met open mond keek ik in het rond en waande me binnen een soort metrisch figuur, raar gevoel.
Nog even uitrusten en op een terras genieten we nog na en overschouwen onze toch wel fantastische reis.
Morgen vatten we de terugweg aan richting België.
Dag 20
Met een beetje tegenzin hebben we Umbrië verlaten. Na verscheidene files op de A1 zijn we op onze eerste tussenstop toegekomen. We zijn in Fontanellato in de provincie Parma (Via XXIV Maggio,  Fontanellato  GPS: n44.87797 o10.16987). We stallen de motorhome op een niet alledaagse locatie. We hebben namelijk een bijzonder dak boven het hoofd: een batterij zonnepanelen! De schaduw van de panelen is wel welkom, want ondertussen is de temperatuur tot boven de 30°C gestegen.
Er is weinig wind, en plots worden we massaal aangevallen door, wat we eerst dachten, kleine muggen. Maar het blijken knijten te zijn, kleine steekvliegen die net zoals de mug bloed zuigen. We worden beiden een 20 tal keren gestoken. Hun beet veroorzaakt nog meer jeuk dan van muggen en al snel hebben we al een aantal bobbels open gekrabd.

Dag 21
Opnieuw hebben we regen wanneer we ’s morgens vertrekken. Na een uur rijden hebben we de regen achter ons gelaten en komt de zon door het wolkendek. Algauw halen we 25° en de temperatuur zal nog oplopen. We hebben zeer veel geluk want er is bijna geen verkeer op de autosnelwegen. Enkel een beetje rond Milaan en Turijn (dat het zaterdag is vandaag zal ook wel een rol spelen). We verlaten Italië niet via de Mont Blanc tunnel maar via de Fréjustunnel (T4) omdat we richting Lyon rijden. Op onze heenreis betaalden we in Frankrijk voor de Mont Blanc tunnel 68,10€, van Italië naar Frankrijk kost de rit 69,30€. Waarom het duurder is om vanuit Italië door de tunnel te rijden is mij een raadsel. Voor de Fréjustunnel betaalden we ook 69,30€. Het voordeel van deze tunnel is dat je bijna nooit file of wachttijden hebt. Ook nu niet, wij konden bij het arriveren onmiddellijk de tunnel binnenrijden.
Voor Lyon nemen we dan de autostrade richting Parijs om deze te verlaten voor onze tweede stop, Villefranche-sur- Saône (Camping-Car Park Beaujolais - Route de Riottier 2788,  69400 Villefranche-sur-Saône - GPS: n45.97278 o4.75135). De camperplaats die 128 plaatsen telt stond voor meer dan de helft gevuld en achteraan installeerden we ons op een plaatsje met wat zicht op de rivier de Saône. Het was er heerlijk buiten zitten in een beetje schaduw, zeker nadat we de ganse dag onderweg waren om 564 km af te leggen.
Dag 22
Nog steeds onderweg naar huis stoppen we op een rustige camperplaats in Connantre, gelegen in het zuiden van de Champagnestreek (Camping-Car Park – Connantre - Allée du plan d'eau,  51230 Connantre - GPS: n48.73204 o3.92957).
Het is opnieuw een warme dag en gedurende de namiddag verpozen we onder de luifel.
Maar, als afsluiter van onze reis krijgen we om 17.30u opnieuw een hevig onweer te verduren. De regen valt met bakken uit de lucht en gaat gepaard met hagel, ontelbare bliksemschichten en gedonder. Om 20u is het ergste voorbij doch het blijft regenen.
Toch hebben we, ondanks het wisselvallige weer, genoten van ons verblijf in Umbrië, in een land (Italië) dat tot nu, voor ons onbekend terrein was.

Morgen plannen we om thuis te komen!
Overzicht overnachtingen
Camping-car Park - area of La Halte Saint-Balsème, Le Chêne - Rue de Châlons – Halte Sainte Balzème, 10700 Le Chêne - GPS: N 48.547928 O 4.144442 – 10€/21pl – alle voorzieningen

Camping-car Park - Camping de mon Village of Bonneville - Rue des Bairiers 312, 74130 Bonneville - GPS: N 46.082184 O 6.412573 – 12€/68pl – alle voorzieningen.
Een 10-tal verharde plaatsen. De overige plaatsen zijn allemaal op het gras gesitueerd. Minder goed onderhouden. Het gras stond een halve meter hoog en het sanitair gebouw is oud (enkel open in juli en augustus). Voor één nacht vond ik het wel OK.

Parcheggio camper Scambiatore - Officiële camperplaats – Via de Pratale 78, Pisa – 12€/100pl – alle voorzieningen – centrum 2 km – bewaakte parking – aan parking bus Navetta E alle 15 min, van eindhalte 400m naar toren Pisa

Camping Listro - Via Lungolago, Castiglione del Lago – 21€/nacht (acsi) – alle voorzieningen – bar en winkeltje - privéstrand aan het meer – historisch centrum 800m

Camperclub Gubbio - Officiële camperplaats - Via del Bottagnone  06024 Gubbio -  GPS: n43.35000 o12.56389 – 10€/56pl – smalle plaatsen - max. 8m - alle voorzieningen, de stroom is er duur (0,5€/uur) met een maximaal vermogen van 400W! Wat te weinig is om zelfs lichte koffiezet te gebruiken - videobewaking - teatro romano 500m, historisch centrum 850m via 2 roltrappen – er zou shuttlebus zijn naar centrum op 50m

Il Bove - Area Comunale Piazzale del Bove - Via Giovanni Ruggia,  06124 Perugia - GPS: n43.09810 o12.38386 – 20€/50pl – mixparking bij politiebureau, videobewaking – zogezegd alle voorzieningen, stroom is er niet voldoende en wordt gebruikt door locals – centrum 1,5 km – buslijn G op 200m – supermarkt 100m

Camping Green Village Assisi - Via S.G. in Campiglione 110, Assisi – 23€/nacht (acsi vanaf 29/5) – alle voorzieningen – kleine winkel, pizzeria – 4x per dag shuttlebus naar Assisi

Area Comunale - Officiële camperplaats - Via Centrale Umbra, Spello  - GPS: n42.99371 o12.66730 – 8€/70pl – voorzieningen zonder stroom – dorp 500m - Absoluut geen aanrader. Zeer veel lawaai van het sportcomplex ernaast. De parking staat, alhoewel aangeduid enkel voor campers, vol met auto's van bezoekers van het complex. We hebben nog een plaats in een hoek. In de namiddag komt er ook nog een groep met jonge zigeunergezinnen toe, dit met campers en caravans. De lozingsplaats wordt herschapen in een wasplaats voor kleding en auto's. WC cassette kon niet geledigd worden, was volledig verstopt vermoedelijk door pampers.

Officiële camperplaats - Via G. Pascoli,  6036 Montefalco - GPS: n42.89230 o12.64791 – 5€/25pl – alle voorzieningen inclusief – mixparking op 100m van dorpskern. Opgelet, wanneer je de coördinaten gebruikt dan kom je op een grote publieke parking voor bussen en personenauto's terecht. De camperplaats ligt beneden die grote parking!

Area communale - Officiële camperplaats - Via Costa San Paolo, Trevi  GPS: n42.87829 o12.75221  - gratis/20pl (tot 50pl) – voorzieningen zonder stroom – dorp 500m

Parcheggio Ponciano - Officiële camperplaats - Via del Tiro a Segno  Spoleto  GPS: n42.73687 o12.74212  - 8€/20pl – mogelijks servicezuil, geen stroom – oude stad 500m te bereiken met roltrappen

camping Le Marmore - Via Cascata 34, Località Campacci, Terni – 32€/nacht! Veel te duur voor hetgeen wordt aangeboden. De camping is sterk verouderd en niet goed onderhouden. De plaatsen liggen kriskras tussen de bomen en zijn niet afgebakend. Hoe ze hier (volgens de website) zestig motorhomes en caravans kunnen plaatsen is mij een raadsel. Alle buitenfaciliteiten (wasbakken, afwasbakken) liggen vol bladeren en takken, alsof ze in maanden niet meer gebruikt en onderhouden werden. Binnen in het gebouw is ook alles zeer oud, maar toiletten en douches worden wel  schoongemaakt.
Een prijs die blijkbaar enkel door de nabijheid van de waterval wordt bepaald.– winkeltje – 50m van het uitkijkpunt op de waterval (boven) – korting op ticket toegang waterval

Area Porta Orvietana - Officiële camperplaats - Viale di Montesanto, Todi - GPS: n42.78120 o12.40168 – 16€/16pl – voorzieningen zonder stroom – oude stad 550m – aan parking is er treinlift (gratis) naar centrum

Area Sosta Camper Battistelli Renzo - Officiële camperplaats - Strada della Direttissima, Piazza delle Pace, Orvieto - GPS: n42.72562 o12.12736 – 18€/40pl – alle voorzieningen inclusief – bewaakte parking – Het is een complete overnachtingsplek: ruime, mooi afgelijnde plaatsen, alle campervoorzieningen, toiletten, douches. Er is echter één groot minpunt. Aan de ene kant van de camperplaats liggen  de gewone spoorlijnen en aan de andere kant een lijn voor een hogesnelheidstrein - 400m naar kabelbaan voor centrum (2€ retour)

Fontanellato - Officiële camperplaats - Via XXIV Maggio,  Fontanellato  GPS: n44.87797 o10.16987 – 10€/20pl – alle voorzieningen inclusief – plaatsen onder zonnepanelen! 

Camping-Car Park Beaujolais - Route de Riottier 2788,  69400 Villefranche-sur-Saône - GPS: n45.97278 o4.75135 – 13,86€/128pl – alle voorzieningen

Camping-Car Park – Connantre - Allée du plan d'eau,  51230 Connantre - GPS: n48.73204 o3.92957 – 13,30€/23pl - alle voorzieningen
E-mail: info@dmcamperreizen.be

Copyright © DMCamperreizen 2018.
All right reserved.